Hard gelag, hard gelach Happening moessOn heen is geploegd. Of hebben jullie hier soms een aardbeving gehad?' vroeg hij grijnzend. Ik wou hem net vertellen dat ik nu eenmaal geen meester ben in het tuinieren, toen Grote Gijs in lachen uitbarstte en naar onze nieuwe schutting wees. 'Niet te geloven', dreunde het, 'heb je zeker zelf in mekaar getimmerd? Dat ding staat helemaal uit het lood. Wedden, dat de hele koetoeboesoek bij de eerste de beste windstoot drie tui nen verder komt te liggen?' Grote Gijs kennende, liet ik hem uitrazen. Doet ie altijd: je eerst op stang jagen door de heleboel af te kraken, om dan toe te geven dat het er best aardig uitziet. Dat deed hij ook nu weer, alleen keek hij er een beetje zuinig bij: 'Laat maar waaien, beste kerel. Als je zelf vindt dat je tuin er mooi bij ligt, is het goed. Wat een ander er van zegt, is allemaal omong kosong. Doe ook maar waar je zelf plezier in hebt en trek je van de hele zwiepzooi niets aan.' Hij zweeg even en zei toen met enige nadruk: 'Moet je ook echt doen. En denk potjandorie niet aan de dag van morgen, want die is er misschien niet.' Ik keek hem verbaasd aan en vroeg wat er loos was, want zo kende ik hem niet. Een flauwe glimlach trok over het gezicht van Grote Gijs en het leek of zijn ogen een beetje dof werden. 'Ik weet niet precies wat er in mij geva ren is, maar het deugt van geen kant,' zei hij zacht, 'de heren doktoren zeggen dat het al heel lang in mijn lijf zit en dat het er niet meer uit te krijgen is.' Grote Gijs bleef niet lang, maar we hebben toen toch nog even gepraat over de goeie en kwaaie dingen die we vroeger samen hebben beleefd. Voordat hij wegreed, draaide Grote Gijs zijn raampje open en zwaaide mij gedag, met de gebruikelijke uitbundig heid, maar zonder de twinkeling in zijn ogen (Advertentie) "INGET MATI" "AD PATRES" Fa. Johs. Ouwejan Zn. In het aprilnummer heeft u een voor proefje gekregen van een nieuwe ru briek 'Hard gelag, hard gelach'. Deze rubriek is voortgevloeid uit de oproep 'Humor achter prikkeldraad' in Moesson van november 1997. Aanvankelijk werden lezers gezocht die zich (zwarte) humorverhalen wisten te herinneren over de Japanse kamptijd voor een nog samen te stellen bundel. Echter, na overleg met de redactie van 'ons' blad werd voorlopig gekozen voor een rubriek. Het doel van de rubriek is om u als lezer extra te stimuleren ook eens naar de pen te grijpen en uw anecdote, grap, tekening of anderszins - die betrekking heeft op deze tijd - op te sturen. Indien noodzakelijk, neem ik de vrijheid uw details te bewerken doch de kern zal onaangetast blijven. De bedoeling blijft nog steeds om met elkaar een bonte verzameling te maken van al uw humoristische herinneringen uit die voor de rest afschuwelijke perio de uit uw leven. Over de ellende is im mers al zo veel geschreven! Schrijf, bel of fax naar: Tina Daniels, Badhuisweg 125 E, 2597 JM Den Haag, tel. 070 - 358 53 26, fax 070 - 358 83 26. Alvast dank aan al degenen die op een of andere manier tot 11 april jl. reeds hebben gereageerd of verhalen via familie hebben nagelaten. Zelfs vanuit Amerika, Canada en Australië: A.W. Bor, Olga Bor, Ruud Benink, Rob Daniels, Connie Kneefel, J.K. Leijendekker, M. Leijendekker- Augustin, Adrienne Meijer-van Mastrigt, Corrie Taylor-Parkins, A.A.G.M. Volle- bergh-van Leent, H.W.H. Weeda en anderen die anoniem willen blijven. Een speciaal dankwoord richt ik tot Anneke van Loggem-Kouwenhoven, mijn inspirerende en lieve vriendin. Met haar steun zijn een aantal verha len tot stand gekomen. Ook aan Feite Posthumus uit Seattle (Amerika) die mij vele bouwsteentjes heeft aangedragen voor leuke anecdotes! 'Meisjes, horen jullie dat? Wat een ka baal in het straatje. Het lijkt wel een soort opstand der horden!' Er klonk ge schreeuw en gejoel in het kamp. Probeerden zij uit te breken? Of werd er iemand afgemaakt? Neen, het klonk ook wel vrolijk en aanmoedigend. Nieuwsgierig renden zij allen uit het huisje naar buiten. Hèèè, wat zagen zij daar? Mannen nota bene. Twee, drie - al zo lang niet gezien! Maar het was toch echt zo. Zij kwamen begeleid door een leger enthousiastelingen deze kant uit. Drie mannen, precies hetzelf de gekleed. Lange witte broeken, witte hemden, handen in de zakken, sigaret in de mondhoek bungelend, koppen geschoren. Zij kwamen als stoere zee lieden aangeslcntcrd. Totdat zij dichterbij kwamen. Iedereen ontdekte dat het vrouwen waren. Nota bene Marietje van verderop, met Hannie en Mies! Wat was er gebeurd? Zij waren gebo- lost, door de Japanner ontdekt en voor straf kaal geschoren. Zij lieten zich hierdoor niet ontmoedi gen. Dacht de Japanner nu werkelijk hen met hun kale 'kapsels' in een ver nederende positie te hebben gebracht? Het tegendeel was waar. Inventief en demonstratief maakte het drietal er meteen een zeer geslaagde happening van. Zij keken de joelende menigte triomfantelijk aan. Hun kinnen vastbe raden omhoog gestoken. Ongebroken en een lichtend voorbeeld voor allen. 'Wij zijn trots op jullie!' schreeuwde iemand uit het publiek hen toe. 'Enne, fantastische coupe hoor. Lekker luis- vrij. Complimenten voor jullie kapper!' Tjihapit, oorlogstijd 14 Samengesteld door: Tina Daniels Begrafenis- en Crematie- Onderneming Opgericht 1924 ROUWKAMERS EN ONTVANGKAMERS AIRCONDITIONED Kantoren: Frederik Hendriklaan 7 - Den Haag Tel. 070 - 355 64 27 (drie lijnen)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 14