Meditations from Florida De keerzijde ^Asaan moessOn Tekst: Juul Lentze Soms is ons een lang leven beschoren en soms niet, er is altijd een keerzijde aan de medaille. De keerzijde van het leven is de dood en daarmee zijn we bij een onderwerp beland dat we niet graag aansnijden. Een onderwerp waarmee we met diep respect opgroeiden en waarvoor we onze hoofden niet in het zand hoeven te steken. Mijn ouders hadden als kennissen het echtpaar Spierings van de 'Begrafenis onderneming Spierings', dichtbij Blim- bing aan de hoofdweg naar Malang. Als we vanuit Singosari op weg naar Malang waren, mampirden ze vaak bij hen en wij kinderen liepen dan, aange trokken door al het onbekende dat met de dood te maken heeft, de grote loods in waar Opa Spierings' kistenmakers werkten. Op een van deze excursies zag m'n jon gere broer opeens een hoofd uit een kist verschijnen en ging op de loop. Het bleek alleen maar een werkman te zijn. Toch bleef het griezelig, vonden we. Op een kwade dag hoorden we Ma zeggen: 'Kasian, nu moeten ze hun eigen zoon begraven.' Het bleek dat Otto Spierings bij een motorongeluk was omgekomen. Hij was de bocht uit gevlogen op de grote weg bij Sukun. We vonden het vreselijk verdrietig en we stelden ons voor dat Opa Spierings z'n kistenmakers zeker heeft aange spoord om voor Otto de mooiste kist te maken. Bij een Javaanse begrafenis komt geen kist te pas. In Taju, op de suikerfabriek, verkenden wij jongelui graag de omge ving en wandelden dan door de kam pongs en riettuinen. We kwamen op een kerkhof terecht waar we een vers gedolven graf zagen tussen de kam- bodja bomen. Voorzichtig over de gra ven heenstappend, waren we één en al aandacht voor het diepe gat toen we een holle stem hoorden die als uit het graf ldonk: 'Selamat sore'. We stonden als aan de grond genageld. De man die het gat had gegraven zat kennelijk uit te rusten in de boom ernaast en hield zich doodstil toen hij ons zag aankomen. Ik snap nog niet waarom hij daar een boom voor koos, maar hij dacht zeker: 'Laat me deze jongelui even de stuipen op het lijf jagen'. Het was hem gewel dig goed gelukt, want als hazen zijn we er vandoor gegaan. We maakten mee dat de vader van de Chinese toko-eigenaar die naast ons woonde in Taju, overleed. Zoonlief kwam Pa vragen of hij voor hem een kist wou kopen in Pati, 25 hele slechte kilometers verderop. Pa had een jeep, de Chinees niet, zodoende. M'n vader reed naar Pati, kocht een kist zo kira- ltira* wat de maat betrof bij de Chinees daar en reed met het bonkende ding dat een eind achter de jeep uitstak, te rug naar Taju waar de tokobaas hem dankbaar stond op te wachten. Maar dat was nog niet het einde. De Chinees kwam weer aanldoppen, dit keer om Pa te verwittigen van het feit dat de kist wat te Mein was. Om een lang ver haal kort te maken: mijn vader is niet naar Taju terug gereden en ik laat het aan de lezer over om zelf een einde voor deze benepen toestand te bedenken. In 1953 ontdekten we dat in Holland de gewoonten heel anders waren. Daar werd je niet binnen 24 uur begraven en ging je naar een 'rouwkamer' waar de mensen hun medeleven kwamen betuigen aan de naaste familie. In In- dië gebeurde dat veelal aan huis of op het kerkhof bij de begrafenis. Maar goed, er werd mijn vader op het hart gedrukt dat hij voor ons allemaal een begrafenisverzekering moest afsluiten (je kunt immers nooit weten) bij Ouwe jan. Hoe kan het anders, we woonden in Den Haag. De hele familie van vijf moest hiervoor present zijn toen Ouwe jan op een avond kwam om zaken te doen. Na wat over-en-weer ge praat moesten we allemaal tegen de muur staan, schoenen uit, en Ouwejan nam ons de maat. Hij had, dachten we, met ons geen moeite want we zijn allemaal lang, behalve mijn moeder. Dus allemaal dezelfde maat toch? We hielden ons goed, maar toen hij weg was, barstten we in lachen uit. Je heloof, je bent nog springlevend en dan wrord je al opgemeten voor een doodslcist? Hoeveel maten bestaan er anyway Klein, middelmaat en lang? Misschien hield Ouwejan ons maar voor de gek met dat maatnemen. In Amerika vonden we het helemaal ingewilckeld. Hier kan je het net zo mooi maken als je maar wilt. Toen, zo'n veertig jaar geleden, was crematie nog niet zo in. Het is heel anders van daag. Ik ken de percentages niet, maar een groot aantal mensen laat zich cre- (Advertentie) MIDDELBURG op 3, 4 en 5 juli 1998. Op vrijdag en zaterdag van 11.00 tot 23.30 uur en op zondag van 11.00 tot 17.00 uur. Een gratis toegankelijk buitenevenement met producten en artiesten in relatie tot Indonesië, Thailand, Singapore, Brunei, de Philippijnen, Vietnam, Maleisië en Japan. Voor nadere informatie over commerciële deelname en podium-optredens: tel./fax 0118 - 46 19 29 (na 18.00 uur) of 06-53571251. 24

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 24