Voorwoord Vergane glorie In het spoor van mijn opa Henri Maclaine Pont moessOn 43ste jaargang nummer 2 Vandaag kwam een van onze abonnees op bezoek om zijn visie en ideeën omtrent tijdschrift Moesson bij mij bekend te maken. Hij is niet de eerste die een steen wil bijdragen om het tijdschrift in nerlijk of uiterlijk te verfraaien en bij het lezen van zijn opsomming bespeur ik in eerste instantie geen ideeën of iets van soortgelijke strekking, die in de 43-jarige denk tank van Tong Tong/Moesson niet aan de orde zijn gekomen. In het kader van abonneewerving of bladvullende onderwerpen, hebben de ingenieurs van de redactie nagenoeg alles overdacht of uitgevoerd. Hoewel, we hebben nog geen Olympische Spelen voor Indo's bedacht waarbij het hoogtepunt bestaat uit een rondvaart met prauwen door de Amsterdamse grachten. Maar goed ook; het zou zelfs mijn prullenbak niet halen. Aan ideeën en plannen geen gebrek. We hebben er hangmap pen vol van. Het is alleen de uit voering die de bottleneck vormt. Te weinig inkomsten om extra personeel te werven, geen vrijwilli gers meer die Moesson willen promoten en te hoge kosten om op een Pasar Malam te staan. En toch... is het fijn om meeden kers. zoals die abonnee van van daag. in onze Moesson-kring te hebben. Voor mij kunnen er niet genoeg zijn! Zij geven ons nou net dat zetje om de hangmappen opnieuw door te nemen en een volgend idee daad werkelijk te verwezenlijken. R.AM Abrahams Hoofdredacteur Na een gevecht met een tuinpot wordt Jack Poirrié door de huisdoekoen doorver wezen naar 'een jonge en beslist niet onaantrekkelijke' toekang pidjit. Dat vindt hij als krijgsman in ruste niet fijn: 'Sta je daar op kousenvoeten en in hemd en onderbroek je vergane glorie te etaleren.' Pagina 8 Tom Golder is een Indische jongen van 25 jaar. Voor zijn studie Indonesisch kreeg hij de kans om in Pekanbaru een cursus te volgen. Pekanbaru, waar zijn opa aan de beruchte spoorlijn heeft ge werkt. 'Mijn grootvader is bijna twintig jaar geleden overleden en nu kreeg ik de kans om een stuk familiegeschiede nis in kaart te brengen. Met de steeds terugkerende gedachte "opa moest eens weten waar ik nu mee bezig ben..." startte ik mijn zoektocht.' Pagina 19 'Slenterend en genietend van de typische sfeer en het geroezemoes van de Pasar Malam liep ik door de Maclaine Pontstraat, genoemd naar Ir. Henri Maclaine Pont. Hij was architect én onderzoeker in het vooroorlogse Nederlands-Indië. Maar, zult u zich afvragen, wat betekende hij eigenlijk voor de maatschappij waarin hij leefde?' Ben van Leerdam vertelt ons meer over hem. Pagina 22 Bij de voorplaat Waterlelies, gesl. Nymphaea (Waternimpfen), gelden als de mooiste Aziatische waterplanten, bij uitstek geschikt voor het beplanten van grote vijvers en meren. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 2