Pasar Gambir, de roots
van Pasar Malam Besar
moessQn
de ik alleen maar achter mijn vader
aan te lopen. Hij werkte als verifica
teur bij de gemeente en hield financiële
steekproefjes bij de loketten. De hoofd
ingang van de Pasar Gambir lag recht
tegenover de plek waar Laan Holle op
het Koningsplein uitkwam. Het uit
zicht vanaf het eind van die laan was
imposant: brede, hoge gebouwen en
paviljoens met sierlijke puntdaken, in
Batak- of Minangkabau-stijl, omzoom
den een uitgestrekt binnenterrein met
tientallen showrooms, restaurants en
andere (kermis-)attracties.
Zestig jaar geleden, in 1938, rende ik
als jongen van twaalf in de eerste
plaats richting hotdogtent, waar een
penetrante mosterdwalm hing. Als
mijn vader erbij was, mocht ilc graag
de punt van mijn neus in zijn bierglas
steken en een vlokje schuim wegblazen.
Daarna holde ik naar de electrische
botsautootjes. Regens van blauwe
vonkjes vielen omlaag uit de gevloch
ten ijzeren klamboehemel als je met
volle kracht tegen ieder autootje in je
buurt aan knalde.
En daarna wandelde ik heel bedacht
zaam naar mijn belangrijkste trekpleis
ter: de pijl en boog verkoper. Zou ik
wel of niet die sierlijke boog met drie
pijlen kopen?
Ik had thuis een windbuks - 4,5 mm
Diana - liggen, pas gekregen op mijn
Rondom een halve aardbol heen
is de veertigjarige Pasar Malam
Besar in Den Haag met zijn
roots verbonden aan de Pasar Gambir
in het vroegere Batavia. Want deze
stad, de Koningin van het Oosten,
werd sinds 1906 ieder jaar tijdelijk ge
kroond met een sprankelende feest-
markt, die 's avonds met guirlandes
van lichtjes op Koningsplein Zuid een
sprookjesachtige aanblik bood.
Nu staat daar op Jalan Medan Merde-
ka Selatan de permanente Jakarta Fair.
De Pasar Gambir was een vluchtige
feestmarkt. In mijn herinnering werd
de hele zaak al na twee of drie weken
tot de grond toe afgebroken. Doodzon
de, maar elk jaar, eind jidi herrees de
markt, opgetrokken uit bamboe, hout
en atap, in nog grandiozer glorie. Het
enorme terrein opnieuw vol te bouwen
in steeds een andere Indonesische stijl
was een uitdaging. Zeker voor kunst
zinnige gemeentearchitecten als Anto-
nisse en zijn opvolger Robert Deppe,
die in grote en kleine exotische bouw
werken met lichte bouwmaterialen en
fonkelende kleuren een bijzondere stijl
aan de Pasar Gambir hebben gegeven.
Doel van deze dag- en avondmarkt was
het tonen van nieuwe en traditionele
producten, van flonkerende automobie
len tot artistieke weefstoffen uit Twente,
sigaretten-met-mondstuk en bolknak-
sigaren, het bieden van enerverend
amusement zoals draaimolens en bots
autootjes en natuurlijk het serveren van
smakelijke hapjes. Tot de nieuwe, uit
Amerika geïmporteerde hapjes behoor
den de hotdogs, die veel eters trokken.
Ik kwam daar graag en geregeld, zolang
als het duurde. Als schooljongen hoef-
40
Tekst: Paul van der Put