Brieven V !|jp ito xdjamff moessQn De inhoud van de ingezonden brieven valt buiten de Na verantwoordelij kheid van de redactie Komedie Stamboel Op bladzijde 14 van Moesson van au gustus 1998, las ik het artikel 'Stam boel 2000' van Ed Brodie. Op de niet al te duidelijke foto (of 't ligt aan mijn 91-jarige ogen) vind ik hem op mijn zoon lijken, die ook een Mercedes Benz bezit en dezelfde ambitie nastreeft (die bij mijn zoon al weer een tijdje achter de rug is). Wel toevallig of niet?! In elk geval wil ik hierbij de opmerking maken, dat stamboel door een Indo op gericht - door mijn Indo-zoon hier in Amerika tot wedergeboorte gebracht en 25 jaren lang buitengewoon succesvol - beslist niet in Nederland kan worden gecreëerd. Omdat de oudjes in Neder land waarschijnlijk geen zin en tijd hebben om toneel te spelen. Maar ook omdat de jonge Indo's in Holland lang zaam hun Indische taal alleen met een Hollands mondje kunnen spreken. Om een echte Stamboel op te richten heb je mensen nodig, die de taal van de Indo's tot aan Petjoh toe begrijpen en kunnen praten en die zijn er vol gens mij niet in Nederland, op een paar uitzonderingen na misschien. Hier in Amerika hebben wij Indo's on ze complete identiteit behouden, ook te horen in ons Engels babbelen. Hier weet je meteen met honderd pro cent koeno Indo's te maken te hebben, die dan ook honderd procent geschikt zijn om in de stamboel te spelen. De persiflage van sprookjes en opera's, onder leiding van mijn zoon Guido, liggen als een tweede vel om hun li chamen gedrapeerd, teiwijl impulsieve dramatische handelingen de stamboel uitvoering tot iets speciaals maken. Deze, zo met ons moederland verbon den, uitingen zijn plechtig en lieflijk weggevaagd in ons laatste toneelstuk, ...en toen al. We kunnen niet nog eens een stamboel opzetten, want de sandewara's zijn in tussen oma's en opa's geworden en de jongere garde hoort graag ons taaltje, maar kan 't alleen na-apen met een Engels mondje, soedah al, niet meer echt zo, hoewel hier en daar de Engelse, Franse en Duitse taal even wordt 'inge- miseerd' voor grote hilariteit, omdat ook dat helemaal wordt verindischt. Hoe dan ook, ik wens Ed Brodie succes toe, wie weet, hoe goed 't nog kan uit vallen - misschien weet de originele In do stamboel, maar een tjampoer adoelc van toeroenan Indo, die met zijn inspi- ratie's, een speciale stamboel kan ma ken. Dit epistel is dus niet, om af te kraken of te ontmoedigen, maar alleen om te doen weten, wat er aan vast zit om een stamboel in elkaar te zetten. Intussen dus, poekoel teroes. Ik onder steun je Ed Brodie, met al mijn sterke gedachten voor een groot succes. Love, Oma Schertlihuizen, West Covina (CA), Verenigde Staten Baloeran Als gepensioneerd Rotterdamsche Lloyd-employé heb ik met belangstel ling het artikel over de Baloeran in het julinummer van Moesson gelezen. Ik heb dit prachtige mailschip en daar na ook haar The Liner she's a Lady) zusterschip Dempo uiteraard heel goed gekend, voornamelijk als zij afgemeerd lagen aan de NISE-kade te Tandjong Perak (Soerabaja). Toen op 10 mei 1940 Nederland over rompeld werd door de Duitsers, lag de Dempo in Soerabaja. Het schip werd direct geschikt gemaakt om de geal lieerde zaak te dienen en voer van Indië naar New York. Als troepenschip heeft zij vele reizen met succes afgelegd tot dat zij op 17 maart 1944 door de Duit se U371 voor de Noord-Afrikaanse kust werd getorpedeerd. Langzaam is zij over de achtersteven weggezonken. De gehele bemanning kwam gelukkig langs de Afrikaanse kust veilig aan land. De Baloeran lag op 10 mei 1940 te Rotterdam. Het schip kon niet tijdig wegkomen en viel in handen van de bezetter. Zij werd omgebouwd tot hos pitaalschip, herdoopt in Strasshurg en kreeg een Duitse bemanning, in beheer van de HAPAG. Op reis naar Hamburg is het schip op 1 september 1943 ten noorden van het Noorderhoofd te IJmuiden op een mijn gelopen. Het wrak werd daarna bestookt door Britse vliegtuigen, waarop het geheel uitbrandde. Nadat de Baloeran (1930) en de Dem po (1931) reeds enkele jaren de dienst onderhielden tussen Rotterdam en Ne- derlands-Indië, besloten de R.L.-direc tieleden (de Firma Wm. Ruys Zn.) tot het geven van de bouwopdracht aan de scheepswerf De Schelde te Vlissin- gen voor nog een nieuw (groter) mail schip. Op 25 januari 1939 werd de kiel ge legd op de helling van de werf en kreeg het te bouwen schip het bouwnummer 214, en zou het later de naam Ardjoeno krijgen. Zoals bekend werd zij eerst na de oorlog afgebouwd. En als posthuum hommage aan de hoofddirecteur Willem, die in augustus 1944 door de Duitsers was geëxecuteerd, kreeg dit nieuwe vlaggeschip de naam Willem Ruys. Tijdens de vlagwisseling van de werf naar de R.L. werd namens konin gin Wilhelmina bekend gemaakt dat aan de Rotterdamsche Lloyd het predi kaat 'Koninklijke' was verleend. De Willem Ruys begon op 2 december 1947 haar maiden-voyage en arriveerde op dinsdag 23 december te Tandjong Perak. Na vele dienstjaren werd dit prachtige schip verkocht en op 6 janu ari 1965 onder haar nieuwe naam Achille Lauro overgedragen aan de Ita liaanse rederij Flotta Lauro. Na te zijn uitgebrand heeft zij op 30 november 1994 in de Indische Oceaan een zee mansgraf gevonden. F. van Eeldiout, Maassluis (Advertentie) "INGET MATI" "AD PATRES" Fa. Johs. Ouwejan Zn. INDONESISCH SPECIALITEITEN RESTAURANT DEWATA Beeklaan 269 - Den Haag Tel. 070 - 346 76 97 4 Begrafenis- en Crematie- Onderneming Opgericht 1924 ROUWKAMERS EN ONTVANGKAMERS AIRCONDITIONED Kantoren: Frederik Hendriklaan 7 - Den Haag Tel. 070 - 355 64 27 (drie lijnen)

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 4