POIRRIÉ'S PERIKELEN De beste wensen moessOn Stond laatst in de krant: in Zuid- Afrika hebben ze in de tijd van de apartheid een grote groep gekleurdcn zomaar bijeen geveegd en elders op een onaantrekkelijke plek gedepo neerd. De blanken vonden dat ze zelf meer recht hadden op het mooie stukje grond waar die mensen zaten. Interesseerde ze geen biet dat dit de ontwrichting betekende van een gemeenschap, waarin zwarten en iets minder zwarten al jarenlang in goede harmonie samenleefden. Maar boontje kwam om zijn loontje, zo leek het. Het opheffen van de apart heid bracht met zich mee dat de ont heemden zonder vrees voor harde tegenmaatregelen op een wettige manier konden ijveren voor terugkeer naar de hun ontnomen plek. Tot nog toe zonder veel succes, want de advocaten van de tegenpartij weten zich geruggensteund door het proces van uitkopen, waarmee men destijds een zweempje legaliteit aan de onrecht matige uitzetting had weten te geven. Weliswaar ging het om een 'appel en een ei-transactie', maar ze hadden toch betaald gekregen? Internationale hulp Stond laatst in een weekblad: een door de wol geverfde fotograaf maakt een fotoreportage van een van de Afrikaanse hongergebieden. Zonder voorbij te gaan aan de hulp die daar geboden wordt, vraagt hij zich af wat er zou gebeuren als de vele uitgemergelde lijven waarop hij zijn lens richt nu eens niet zwart maar wit waren. Zou dan niet onmid dellijk een geweldige, meer doeltreffen de internationale hulpactie op gang komen? Hij durft zijn eigen vraag niet te beantwoorden. Dat vind je dan niet helemaal eerlijk, want de rampzalige gevolgen van de orkaan Mitch hebben wel degelijk een heleboel in beweging gezet. En zo zijn er gelukkig veel meer voorbeelden van hulp zonder voorkeur voor kleur. Maar goed, met het naderen van de feestdagen sta je toch even stil bij alle narigheden die krant en tv vrijwel da gelijks over je heen storten: de talloze slachtoffers van zinloos geweld, de economische crisis in Azië, het onop losbare asielzoekersprobleem en al die andere ellende. Brandnetels Krijg je ook nog paperassen toegestuurd van de stichting Dorkas Hulp Neder land, waarin ervaringen zijn opgetekend die haar medewerkers dit jaar hebben opgedaan. Zoals het in Ilicestie, Roe menië, betreden van een uit modder opgetrokken één-kamer-bouwvalletje, dat 'bewoond' wordt door een zigeuner echtpaar met zeven kinderen. Door de scheuren in de muur is het daglicht te zien. Op het vuur staat een pan met brandnetels te pruttelen. Ander voedsel is er niet. En ook in Ilicestie: een echtpaar dat met zes kinderen leeft in een op in storten staand modderbouwsel, waar van het plafond al gedeeltelijk is uitge zakt. In een hoek van het enige vertrek ligt het jongste kind te slapen op modderige jutezakken en wat vochtig stro. Een ander, nog maar vijfjarig kind uit dat gezin is recentelijk overleden. Omdat de doodsoorzaak onduidelijk was, werd sectie verricht. In de maag van het kind werd gras gevonden. En de kennismaking met een echtpaar in Rovno, Oekraïne, dat reeds drie kinderen heeft verloren. De vier nog levende kinderen zijn zowel geestelijk als lichamelijk gehandicapt als gevolg van de Tsjernobyl-ramp in april 1986. Hulp is er niet. Vader drinkt, moeder huilt de hele dag en vraagt haar kinde ren om vergeving voor het feit dat zij hen ter wereld heeft gebracht. En tenslotte die ene oude Rus: drie maanden achtereen kreeg hij op het gemeentehuis te horen dat er geen geld was om zijn pensioen uit te betalen. Een vierde keer was er niet, want drie weken na zijn (letterlijk) laatste gang naar het gemeentehuis vond men hem in zijn flatje, gestorven door ondervoe ding. Daar word je dan echt helemaal stil van. Fluweel Maak je je desondanks druk over de invulling van de decembermaand, voor de duurte en drukte waarvan je nota bene (mede)verantwoordelijk bent. Eerst vanwege de komst van Sinter klaas en zijn grote concurrent de Kerstman, die allebei uit andermans zak met cadeautjes strooien. En daarna Oud en Nieuw, met al dat lawaai en meer goede wensen en zegeningen dan een normaal mens verdragen kan. Het enige wat je aan die dure feest maand overhoudt, is pijn in je kop en een geplunderde portemonnee. Maar als je alles op een rijtje zet, is er ook wel een beetje gêne, omdat je moet beamen dat je vergeleken met onnoemelijk veel anderen op fluweel zit. Dat ook nog een vanzelfsprekend iets vindt en je stekels opzet als de een of andere onheilsprofeet in Den Haag waarschuwt dat we volgend jaar ander half procent aan koopkracht gaan inleveren. Laat maar, voor de feestdagen zijn al zóveel schitterende heilwensen bedacht, dat er eigenlijk niets zinnigs meer aan toegevoegd kan worden. Desalniettemin de beste wensen 40

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 40