Adoeh, apa itoe?
De handel is voor het grootste deel in
handen van de vrouwen. De omgeving
is mooi schoon en Padang heeft al
verschillende keren een netheidsprijs
gewonnen. Dat was me indertijd in 1987
al opgevallen.
Verder viel mij op dat de sfeer onder de
werknemers van de fabriek zo goed was.
Men sprak over onze fabriek.
Men was trots op de werkgever en de
werkgever op zijn personeel. Kennen wij
dat nog in Nederland?
De Minangkabau is een buitengewoon
vrolijk en goedlachs volk, iets wat je als
buitenstaander niet verwacht als je de
kleurrijke maar ingetogen kleding van
deze moslimvrouwen ziet.
We hebben er met plezier gewerkt en
willen er graag nog eens
een klusje doen.
Individuele Vakantieganger
Tekst: Happie de Ziüart
Ik was gestationeerd in Pakanbaroe op Sumatra in de functie van radiotelegrafist,
allemaal jungle om me heen, niets anders te doen dan krokodillen en tjelengs schie
ten en dan verkopen aan de Chinees die toch alles kocht voor obat koeat. Dus een
vrij saai leven, soms onderbroken door het vangen van een paar peloppers die we
dan de third degree gaven.
Vliegveld
Om terug te komen op mijn verhaal (echt gebeurd), onze luitenant kwam op een
avond even langs en vroeg of ik hem naar het vliegveld wou rijden omdat hij naar
Padang moest voor een of andere militaire conferentie. Hij liep krom en ik vroeg
wat er aan de hand was. Hij had net een auto-ongeluk gehad en had of gebroken of
gekneusde ribben. Ik vroeg toen waar zijn chauffeur was en hij zei dat die plat lag
in het hospitaal.
'Hoe is het gebeurd', vroeg ik weer en de luit zei dat zijn chauffeur keek naar een
mooi stuk die daar liep en toen zaten ze in de djoerang. Ah, de vrouw zal nog de
dood van de man zijn.
Tommygfun en Owen
We reden dus Pakanbaroe uit richting het vliegveld, ongeveer 20.30 uur, en al gauw
lieten we de laatste straatlichten van de stad achter ons. Nu was het pikkedonker,
als jullie uit Indië dat wel weten.
Niet lang daarna zagen we een doffe koplamp op de weg, net als van die oude
auto's van vroeger maar het kwam niet op ons af, het bleef voor ons op de weg op
dezelfde hoogte, nogal groen-geel schijnend.
'Verrek, wat is dat?, zei de luit mij aankijkend, 'stop even en maak je lichten uit'. Met
de lichten uit was het donkerder dan in een oksel van een Arabier, dat snap je wel.
De haren op mijn hoofd stonden recht omhoog net als van een blekoh, als de luit
er niet bij was dan was ik al een bruine stip geweest in de verte maar ik wou me niet
laten kennen, we hadden toch wapens. We schoten er dus op, hij met een
Tommygun en ik met mijn Owen, maar het licht bleef aan op dezelfde hoogte en
de zelfde afstand. Wij dus ieder aan een kant van de weg door de alang-alang geslo
pen om dan achter dat licht uit te komen. Toen we weer op de weg waren was het
licht toch weer op dezelfde afstand van ons vandaan.
Mata matjan
Bij de eerste de beste kampong hebben we de kepala kampong gevraagd wat dat
licht was en die goede man zei: 'oh, itoe mata matjan toean' en verklaarde toen dat
iedereen die door de jungle reed werd beschermd. Er kwam absoluut geen verkla
ring waarom het een eenogige matjan was. Hij zei dat als we dichterbij het vliegveld
kwamen het zou verdwijnen en dan weer terug zou komen op de weg terug. (Alleen
als het nacht was natuurlijk.) Ik bleef bij de jongens op het vliegveld die me vertel
den dat het licht daar al een hele tijd was en dat we niet bang hoefden zijn.
De luit kwam om een uur of een terug en ik reed hem weer naar Pakanbaroe en ja
hoor, de mata matjan was weer voor ons uit en verdween met de eerste straatlich
ten. Als ik er nu nog aan denk dan krijg ik gewoon kippenvel over mijn kippenvel
maar ik heb geen haar meer om te laten staan.
Zo, apa itoe?
moessQn
ADVERTENTIE
JAN VINK STICHTING verleent hulp aan de
armste bevolking van Indonesië sinds 1987.
Doelstelling: verbetering leef milieu door
renovatie van woningen. Sinds de crisis is
enige wijziging in de hulpverlening
opgetreden daar velen van onze oud
landgenoten nu in bittere armoede leven. Wij
helpen thans met hulp voor doktoren -
begeleiding ziekenhuis - ondervoede
kinderen en met renovatie van woningen.
Omdat Nederlandse ontwikkelingshulp aan
Indonesië uitbleef hebben wij moeten drijven
op bijdragen van donateurs en verkoop van
tweede-hands goederen als kleding,
schoeisel, serviesgoed en meubilair. Nu de
gulden 2000 rupiah waard is, wordt ons
budget steeds kleiner en vragen wij u
dringend om donateur te worden van onze
stichting voor 50,- per jaar of het
adopteren van een woning. U krijgt per
halfjaar een verslag en later een jaarverslag
met volledige verantwoording van de
bestede gelden, uitnodigingen voor
activiteiten (wandel- en fietstochten), open
dag, leerzame lezingen, et cetera.
Voor donatie kunt u een acceptgiro
aanvragen: tel. 073 - 551 21 81 of per fax
073 - 551 74 55. U kunt het bedrag ook
overmaken op Postbank rek.nr. 716656 of
Rabobank rek.nr. 13.36.72.816 t.n.v.
Jan Vink Stichting, Postbus 127,
5270 AC Sint Michielgestel.
Jan Vink Stichting kan u projecten laten
bezoeken. Een dag verblijf is gratis,
meerdere dagen 50,- incl. ontbijt.
Te betalen in rupiahs, of dagkoers.
Afspraak in Indonesië
0062-(0)251 358787.
Info in Ned. 073 - 551 21 81 of
fax 073 - 551 74 55.
ik ben niet bang uitgevallen, ondanks ik 's avonds soms gillend opsta vanwege een
van die geestverbalen van onze baboe toen we nog kinderen waren in Nederlands-
Indië. In geesten geloof ik niet, maar ik maak toch een grote boekt langs een kerk
hof. Aoals ik al zei, bang ben ik niet, ik za ldu s even een verhaal vertellen waar ih tot
op heden geen verklaring voor kan vinden.
28