opname beluisterde. Hij pikte onmiddel
lijk de kenmerkende geluiden op en floot
vervolgens een of twee andere karakteris
tieke geluiden.
Kennis
Enkele jaren later.had ik een betere gele
genheid om de arend te bestuderen.
Verschillende vooraanstaande leden van
de Wereld Werkgroep voor Roofvogels
bezochten Java in juli '86 om een uitge
breid overzicht van roofvogels samen te
stellen. Hoofddoel was de Javaanse kuif-
arend.
Dr. Jean-Marc Thiollay en zijn vrouw
Franpoise, dr. Bernd Meyburg, mr. Robin
Chancellor en ik trokken van het westen
naar het oosten van Java. We zagen de
arend op verschillende plaatsen en schat
ten de totale bevolking voorlopig op zo'n
vijftig, zestig paren.
Met deze schatting legden we de grond
slag voor komende overzichten en in vol
gende jaren vond ik de kuifarend in een
aantal lager gelegen bossen in de westelij
ke en oostelijke provincies van Java.
Recenter onderzoek door studenten van
Britse, Nederlandse en Indonesische uni
versiteiten bevestigde dat hij ook op
Midden-Java voorkomt. De huidige gege
vens wijzen op een aantal van minder dan
tweehonderd paren - jonge en ongebon
den vogels niet meegeteld.
Het toegenomen onderzoek leidde ook tot
de ontdekking van een aantal nesten.
Observatie van deze nesten verbeterde de
nog geringe kennis van de biologie van
deze vogels. Het lijkt erop dat de Javaanse
kuifarend in biologisch opzicht veel weg
heeft van andere havikarenden. Wat
betreft incubatietijd bijvoorbeeld, of rol
verdeling tussen de ouders bij het voeden
van de jongen en de tijd van het leren
vliegen, heeft de kuifarend veel gemeen
met wat we tot nu toe weten over zijn
neotropische verwant, de bonte kuifarend.
Bas van Balen (Arnhem, 1954) houdt zich al jaren bezig met
Indonesische vogels. Volgens Kees Heij (u weet wel: van de grootpoot-
hoen) is hij de belangrijkste kenner van Indonesische vogels in
Nederland. Van Balen, verbonden aan de Landbouwuniversiteit
Wageningen, woonde en werkte meer dan vijftien jaar in Indonesië.
Daar heeft hij ook zijn vrouw Like ontmoet. Ze hebben twee kinderen:
Leonie (6) en Gerrit (3).
In december vorig jaar promoveerde Van Balen op het proefschrift Birds
on fragmented islands, persistence in the forests of Java and Bali.
Ontbossing en overmatig vangen en jagen, zegt Van Balen in zijn boek,
zorgen ervoor dat op dit moment een flink aantal vogelsoorten op Java
met uitsterven wordt bedreigd. Een van die bedreigde soorten is de
Spizaetus bartelsi of Javaanse kuifarend (Elangjawa).
Birds on fragmented islands
Persistence in the forests of Java and
Bali
door Sebastianus van Balen
Eigen beheer: 182 pag. (paperback)
ISBN 90 5808 150 8
prijs: nog niet bekend
On] jevang'en
De laatste tien jaar zijn er
meer gegevens verzameld
over de Javaanse kuif
arend dan in de afgelopen
honderdvijftig jaar. Dit
betekent echter niet dat er
méér kuifarenden zijn.
Dat er steeds meer vogels
worden waargenomen, is
vooral dankzij het feit dat
er steeds meer vogelwaar
nemers zijn, dankzij ver
beterde identificatie
technieken en dankzij
gespecialiseerde onder
zoeken, zoals die van de
Wereld Werkgroep voor
Roofvogels.
Met de voortschrijdende
fragmentatie van bossen
en de verdere ontginning
van Java hebben de over
gebleven, bijna duizend
vogels (met inbegrip van
jonge en ongebonden
vogels) zorgvuldige
bescherming nodig. Het
behoud van ieder stuk levensvatbaar bos
in de lager gelegen delen van het overbe
volkte Java is essentieel.
Een aantal jaar geleden startte het
BirdLife International Indonesië
Programma zijn project voor zogeheten
Belangrijke Vogelgebieden op Java en
Bali; het begin van een veel breder project
voor alle eilanden van Indonesië. Naar
verwachting zal het project nog meer
gebieden vinden waar Javaanse laafaren
den verblijven en zijn best doen om de
gebieden in stand te houden.
Al deze actitiviteiten vereisen steun. Steun
door strikte handhaving van de wetgeving
voor het vangen en verhandelen van
vogels en steun door uitbreiding van pro
gramma's om de bevolking kennis bij te
brengen van roofvogels. Dit laatste is
vooral belangrijk, omdat met name jonge
vogels de neiging hebben het betrekkelijk
veilige regenwoud te verlaten. De onbe
vangen vogels zijn extra kwetsbaar voor
jagers en in het bijzonder vogelvangers als
ze zich in open terrein ophouden.
Hopelijk zullen de Indonesiërs ervoor zor
gen dat hun nieuwe Garuda kan overle
ven, als een tastbaar natuurlijk erfgoed,
veilig in zijn oorspronkelijke habitat.
45 ste jaargang - nummer 1 - juli 2000
Vertaling: D.J. Prins. Een iets andere versie van dit
artikel verscheen eerder in het tijdschrift World
Birdwatch van BirdLife International, Wellbrook
Court, Girton Road, Cambridge CB3 ONA,
Engeland.
23