Meditation s rom Florida Centen Evenals iemand die verre reizen doet rijk is aan verhalen, zo is iemand die 'in de centen zit rijk aan geld. Als kind al koorden ivi die uitdrukking, vaak gebezigd met een mengeling van bewonde ring en afgunst. Een cent, wisten we, is een munteenheid die valt onder de verzamelnaam 'geld' en geld bezitten, zo dachten we, kon je geven wat je kart begeerde, maar we ontdekten oo k dat liet heel snel kon verdwijnen net als je dacht dat bet niet op kon. Die belangrijke les moesten we nog leren en daartoe kregen we - mijn broertje en ik, respectievelijk acht en tien jaar oud - zakgeld van een kwartje, een glanzend, zilveren kwartje. Pa, die nooit een gele genheid voorbij liet gaan om ons wat bij te brengen, liet ons weten dat we nu rijk waren, want 'een kwartje,' zei hij, 'is 25 cent en daar kun je heel veel mee doen. Niet alles ineens opmaken, eerst naden ken voor je wat koopt en zuinig zijn. Jullie moeten er een hele maand mee doen.' Brasso Die les dus over de waarden van geld kwam met ons allereerste zakgeld van een kwartje. Wij, dolblij, bewaarden ons kwartje een hele dag voordat we het wis selden voor twee dubbeltjes en een stui ver, dat maakte ons nog rijker dachten we. Nog een dag ging voorbij en toen wisselden we elk onze rijkdom tegen tien gobangs (koperen munten van tweeën halve cent). Onze dompets (die we erbij kregen) werden dikker. Als laatste brain storm wisselden we de gobangs in tegen 25 centen elk. Nu voelden we ons betoel kaja en elke cent werd opgepoetst met Brasso tot ze allemaal glansden als goud. Wat konden we ervoor kopen? Voor een cent toen kocht je een portie tapé, een pakje rokok kretek, twee gewone vliegers, tenminste vier knikkers, twee ès lilin (we l Lpntze kwamen af op de roep: 'Es lilin! Sah sen loro!'), een hele bos karetjes, trekplaatjes, noem maar op. Mensen, we waren schatrijk, het kon niet op. En bovendien hoefden we ook geen rokok kretek meer te gappen van de kebon! Al op Door de week, maar meestal 's zondags, kwamen de orang miskin het erf op. Ze gingen nooit met lege handen weg, en nu konden we ze ook een cent geven, wel met pijn, maar we moesten leren delen van onze rijkdom. Na een poosje werden we bosen van onze centen en gingen we terug naar de dubbeltjes en stuivers waar van ik Wrigley kauwgom kocht, erg duur, vijf cent per pakje. En van mijn allereer ste kwartje, moet ik bekennen, kocht ik met een groots gebaar zo maar vijf pakjes kauwgom bij de Chinese toko. Daar! alles was ineens op. Broerlief, wijzer dan ik, hield zijn geld goed vast en beweerde heel liefjes: 'Ik heb nog van mij, van jou al op.' Ach soedah laat maar, dacht ik. Toen we onze uitgaven moesten verantwoorden, kreeg ik natuurlijk een serie vermaningen. Je moet niet zo maar het hele kwartje opmaken, een beetje voor dit, een beetje voor dat, en... sparen ervan moest ook nog. Hele moeilijke lessen waren dat. Iïarry Jaren gingen voorbij en we zijn nu in New York. Mijn neefje van een jaar of zes en ik zijn op weg naar 'het aardige mevrouwtje' - de naam waarmee hij de eigenares aanduidt van een winkeltje met allerlei tètèk-bengèk waar kinderen gek op zijn. In zijn gesloten vuistje zaten een dubbeltje en een stuiver, samen vijftien centen wist hij. Voor Michael, zijn broertje, zou hij wat kopen en voor Jill, zijn zusje, zou hij wat kopen en hij zou ook delen in zijn eigen goedgeefsheid. Toen zag ik een cent lig gen vlak voor onze voeten en riep enthousiast: 'Harry! Een cent! Pick it up, kan je nog meer kopen!' Hij keek er naar, keek naar al het zilver in zijn hand, en zei tot mijn verbazing: 'I don't want it.' Waarschijnlijk was dat stukje koper in zijn kinderogen geen cent waard, en net als pa toen, dacht ik hem een lesje te geven over de waarde van geld. Ik stopte de cent in mijn zak en, je raadt het, hij kocht en kocht in het winkeltje en moest zestien cent betalen! 'Een cent te kort, Har,' vertelde ik hem zonder mededogen. Leiden in last, hij keek me vol verwachting aan, maar ik raadde hem aan (Wrigley vergat ik nooit) wat goedkopere spulletjes uit te zoeken voor zijn vijftien centen. Zo kassian. Die middag ontdekte hij wat een enorm ver schil een cent kan maken. Wie liet kl eine niet eert De laatste keer dat ik in Holland was, miste ik de cent. 45 ste jaargang - nummer 2 - augustus 2000 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2000 | | pagina 17