Voorivoora
O U
m miA m
Voor het augustusnummer wil
ik eigenlijk weI iets schrijven
over Je herdenking, maar Jat
vinJ ik niet 20 ma kkelijk,
omdat ik Je oorlog zelf niet
hek meegemaakt.
Mijn opaherinner ik me,
had er ook wel moeite mee.
Niet Jat hij er niet over wil Je
praten, Jat wi Ne hij heus wel.
rij Jens Je oorlog heeft hij een
klem dagboekje bijgehouden,
ik lees 2ijn woorden - ik
vermoed Jat hij zijn notities
later wat heeft uitgewerkt
en stel me er zijn stem bij
voor. De ene keer boos, Jan
weer gelaten, soms met
bravoure, maar meestal niet.
Op 7 november 1Q42
schreef hij bijvoorbeeld:
'In Rangoon werden we in
een gevangenis geduwd en
opgesloten. Hier gingen er
per dag zes tot elf Jood.
Niet genoeg medicijnen.
In deze gevangenis kreeg ik
m 'n eerste klap met een
zaklantaarn op m 'n hoofd.
Waarom weet ik nog niet.
Enfin, een beroerde tijd'.
Ja, gevoel voor
understatement ha dhij wel.
De Knouffs
De moeder aller Moessons, Lilian
Ducelle, stuurde
ons een serie ver
geten artikelen van
Tjalie op, artikelen
die hij had
geschreven onder
de schuilnaam
Knouff. In deze
aflevering maken
we kennis met
Quiqui, de vrouw
van Knouff. Zij is
net de Vogue aan
het doorbladeren: 'Moet je die oren 's
zien, als casseroles gewoon!'
Pagina 14
E.F.E. Douwes Dekker
C. de Jong over de nieuwe biografie van
E.EE. Douwes Dekker, voortrekker van
een onafhankelijk Indonesië.
Pagina 22
Auke Sonnega (1910-1963)
In het Fries Museum in Leeuwarden is
vanaf 9 september een tentoonstelling te
zien over de schilder Auke Sonnega. Op
pagina 26 meer over deze bijzondere
schilder.
Gouvernementsarts in Noord-Ontario
Noord-Ontario. In de winter is het er
koud en onherbergzaam. 'Het ziekenbe
zoek verder in het noorden gebeurde per
hondenslee. De soepir zorgde altijd goed
voor zijn passagiers en moedigde je aan
om af en toe te hollen, zodat je voeten
konden ontdooien.' Guus Mertens
vertelt over zijn belevenissen als
gouvernementsarts.
Pagina 32
moessQn
I
n
2