Tekst en illustraties: Ben Anthonio
J/vl
1
Vliegeren
Kleine wendbare, vaak zelf gemaakte
vliegers lieten we tegen elkaar vechten
(sambitan)Als vliegertouw gebruikten
we naaigaren. Vijfhonderd of duizend
yards, van het merk Gadja Mada. Het
garen voorzag je van een glaslaag door
het in een blik te dompelen met gesmol
ten hars dat meestal vermengd was met
gestampt lampenglas.
Het begin van dit garen werd dan om
een lantaarnpaal gebonden, waarna je
met het blik in de ene en het garen in de
andere hand naar de volgende lantaarn
paal liep, om deze paal weer terug naar
de eerste paal tot al het garen van de
klos was gerold. De klos garen draaide
dan in de hars in het blik rond, zodat
het garen wat van de klos wikkelde,
omgeven werd door het mengsel van
hars en glas. Als na een tijdje het garen
droog was, wikkelde je deze om een leeg
conservenblikje of een plankje.
Samliitan
Het vechten gaat als volgt: je manoeu
vreert je vlieger richting andere vlieger,
en zodra je voelt dat de vliegertouwen
elkaar kruisen, begin je met het vieren
(garen van het blik wikkelen). We had
den dan meestal een soort van brede,
van leer gemaakte ringen om de wijsvin
ger en de duim om te voorkomen dat tij
dens dit vieren het garen in je vingers
snijdt. Tijdens het vieren maak je af en
toe draaiende bewegingen met je arm.
Op deze manier probeer je het garen
van de tegenstander stuk te snijden, ten
minste, als jouw garen het sterkst (lees:
het scherpst) is. Zo niet, dan is het jouw
Voor zijn hinderen had Ben Anthonio enige jaren geleden zijn leven
in In die op schrift gesteld, waarhij hij natuurlijk ook uitlegde wat
voor spelletjes er vroeger gespeeld werden. Vorige maand hesprak
hi) in Moes son de Indische regels van knikkeren, gamharan, gatrik,
patok lèlè, koeng koeng, pande, hikk elen en karet. Deze maand het
tweede en laatste deel, over vliegeren en speelgoed, hn ook nu weer
de vraag: zijn er lezers die Hen Anthonio kunnen verbeteren of aan
vullen?
garen dat doorgesneden wordt.
Als je zelf niet aan het vliegeren bent en
een losgesneden vlieger (lemboeng) weg
ziet wapperen, dan probeer je de vlieger
te pakken te krijgen, waarna je die mag
behouden. Je loopt dan met nog anderen
die het vechten hebben gade geslagen,
door de straten of sawah's, springt over
kali's (plompt er vaak middenin, maar
dit is niet zo pijnlijk als wat ook wel
gebeurt: dat je net met je schenen de
leant van de kali of sloot raakt), klimt in
bomen (awas rangrang!) en op daken en
maar proberen als eerste bij de vlieger te
komen.
Ook houd je deze vechtende vliegers in
de gaten, bepaalt waar het garen van de
verliezer neer zal komen, trekt dan het
garen stuk voordat de verliezer al het
garen terug op zijn blik gewikkeld heeft.
Op deze manier heb je dan soms wel
tientallen meters garen te pakken.
Om een pak slaag te voorkomen, moet je
natuurlijk wel van tevoren weten of je
niet al te dicht in de buurt van verliezen
de partij staat.
Een frame maken
Het maken van een vlieger: met een
kapmes splijt je twee latjes uit een bam
boe stengel. Deze latjes maak je op dikte
door ze, terwijl je zit of hurkt, een latje
aan één eind in de linkerhand te nemen,
deze op je (korte) broekspijp te leggen,
waarna je met een zakmes in je rechter
hand licht op het latje drukt vlak voor je
linkerhand. Nu trek je langzaam je lin
kerhand naar achteren, zodat het latje
licht geschild wordt. Dit doe je net zo
lang tot je de gewenste dikte (afhankelijk
van de grootte van de vlieger die je wilt
maken) hebt bereikt. Het volgende latje
krijgt dezelfde behandeling.
Vervolgens maak je de latjes op lengte,
waarbij het dwarslatje op ongeveer drie
kwart van de lengte van het verticale
latje wordt ingekort. Het midden van dit
dwarslatje wordt bepaald door een stuk
garen aan dit latje te knopen en de
knoop net zolang te verschuiven tot het
latje horizontaal blijft hangen (zie figuur
2). Nu bind je het dwarslatje op drie
kwart hoogte van het andere latje vast
(figuur 3).
De uiteinden van beide latjes voorzie je
van een kleine inkeping. Aan het onder
ste gedeelte van het verticale latje knoop
je een stuk garen vast, trek dit garen
naar de inkeping van bijvoorbeeld eerst
het linkereind van het dwarslatje, zorg
ervoor dat dit latje enigszins gebogen
komt te staan en wind het garen enige
keren aan dit uiteinde vast. Ga nu met
garen naar de bovenste inkeping, wind
het garen enige keren om
dit uiteinde, ga vervolgens
naar de inkeping rechts
van het dwarslatje, dan
weer naar de onderste
inkeping, waar het stuk
garen dan vastgeknoopt
wordt. Denk erom dat het
dwarslatje licht gebogen
wordt opgespannen (zie
figuur 4)
moessQn
Spellet)
es
16