Arie, trots bij zijn bord waarop hij maant Bali schoon te houden. Tekst: R. Binkhuijsen Het klinkt overdrevenmaar wie Bali bezoekt en niet Ubud, beeft Bali niet gezien, hn eenmaal in fbud, mag zeker een bezoek aan Arie's Warung niet worden overgeslagen. Als wij voor het eerst zijn eethuisje passe ren, staat Arie in de deuropening. Hij pre senteert foldertjes en nodigt ons uit om binnen te komen. Gezeten aan één van de zeven tafeltjes en genietend van een prima loempia, weggespoeld met een glas warme thee, hebben we zicht op het sportveld. Een kleuterklasje heeft gymnas- tiekuur. De jongens in lichtblauwe en de meisjes in roze blouses, de broekjes en rokjes lichtbruin, doen een tikspelletje. Ze lijken op vlinders die met hun heldere kleuren boven het gras stoeien. Aan de overkant van het veld staat de school, nauwelijks zichtbaar achter groen. Nasi Er is weinig verkeer vandaag. Het hoog seizoen is nog lang niet begonnen. De grootste stroom toeristen gaat naar Kuta en Sanur, waar het druk is van de zon- aanbidders. En zij die Ubud bezoeken, zijn vaak juist deze plaatsen ontvlucht op zoek naar het echte Bali. In de directe omgeving van Ubud vinden zij dat. Overnachtingsmogelijkheden in alle prijs klassen zijn er ruimschoots. Arie komt bij ons tafeltje staan en vraagt of alles naar wens is. Als wij nog geen plannen hebben voor het diner, heeft hij een aanrader: vanavond is er nasi kuning. Met levendige gebaren beschrijft hij een portie; de geopende linker handpalm, het bord, de rechterhand, de vingers als een muizen snoetje bijelkaar, de gerechten om een denkbeeldig hoopje rijst rangschikkend. We zien het voor ons en besluiten van avond terug te komen. Meer nog dan dit beloofde feestmaal intrigeert ons de figuur Arie. Geen Baliër, dat is zeker. Eerder een Javaan. Yogyakarta? Oost-Java? De nasi kuning blijkt verrukkelijk en het blijft niet bij deze twee bezoekjes. De volgende dagen leren we Arie beter kennen. En spoedig horen we hem uit over zijn ach tergrond. Die lijkt interessant genoeg om op te schrijven. Zijn verhaal is doorspekt met filosofische opmerkingen. Je moet oppassen door zijn gebaren en mimiek niet afgeleid te worden van de inhoud. Een le^e kist In 1943 wordt Arie in Malang geboren en Bambang Harsono gedoopt. Maar hij wordt Arie genoemd naar zijn grootvader Arieningsi. Zo gaat dat op Java. Zijn vader was een lage ambtenaar in gouverne mentsdienst. Van de Japanse bezetting herinnert Arie zich niets. Zijn jeugd verloopt normaal. Echte armoe kent het gezin niet, ondanks de slechte economische toestand. Op onze vraag of hij zich iets herinnert van de politiek uit die tijd - hij groeit immers op in het Indonesië van Soekarno - ant woordt hij niet direct. Aarzelend zegt hij: 'Weet u, Bung Karno zei altijd dat de Kemerdekaan (vrijheid) die we op de Nederlanders hebben bevochten als een kist is: mooi en kostbaar, maar leeg. En de inhoud, daar moesten wij als volk zelf voor zorgen. Voor de kist had Bung Karno gezorgd.' Was er een diplomatieker antwoord mogelijk? Na de SMA (HAVO) doorlopen te heb ben, treedt hij in dienst bij de firma Ruhaak, die in die jaren overgaat in de PT Dharma Niaga. Hij klimt snel op en krijgt al spoedig een afdeling te leiden. In 1973 trouwt hij met de zes jaar jongere Lewok uit Surabaya. In 1974 en 1976, hij is dan inmiddels op Lombok tewerkge steld, worden de eerste kinderen geboren; meisjes. Een promotie betekent een over plaatsing naar Denpasar. Als hij in 1980 opdracht krijgt om een nieuwe vestiging in Kupang op Timor te openen, is hem dat te ver van Java en zijn familie. Hij besluit ontslag te nemen. Trots laat hij het document zien waarop hem dit eervol wordt verleend. Catering Vervolgens werkt Arie dertien jaar als inspecteur bij een bouwonderneming in Surabaya. Werkuren telt hij niet. Tot laat na kantoortijd tuft hij op een brommertje langs de bouwplaatsen. In 1984 wordt de lang gewenste zoon geboren. Arie en Lewok zijn dolgelukkig. Dimas gaat hij heten. Van adik emas (gouden broertje). Het werk bevredigt Arie niet, te weinig wordt er een beroep gedaan op zijn creati viteit en initiatief. Zijn chefs lijken blind voor zijn ijver. Hij neemt wederom ont slag en gaat voor zichzelf beginnen. Niet in de bouw, maar in de horeca. En niet op Java, maar op Bali. Waarom? Arie geeft graag advies bij de keuze uit het menu. ff YOU WOULD LIKE TO HELP BALI S ENVIROM WHY MOT REFILL YOUR AQHA'BOTTLE nn (i fu&in moess©n Ari e 22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2001 | | pagina 22