Meditations from Florida 'JyOlLo/ door Juul Lentze 'Koiboi'. Zo noemden we als hind de cowboy, symbool van een typisch Amerikaanse Old West cultuur die de rest van de wereld ook meesleept via boeken en films. In Amerika schijnt niemand het mythisch heldhaftige, en romantische karakter van de A merikaanse cowboy te kunnen overtreffen. Mijn jongere broer was zo'n koiboi. Kebon maakte een paard uit de nerf van een pisang blad, sneed er twee inkepingen in, boog ze naar beneden en je paard had oren! Een stukje touw door zijn pisang bek en zie daar, Tom Mix kon er zo op weg rijden met zijn lasso van tali doh, een snor van ramboet djagoeng die hij met z'n bovenlip tegen z'n neus moest drukken, en pa's zakdoek om zijn nek. Als klap op de vuurpijl had hij ook nog een zilverkleurig pistool met klappertjes die hij wel eens afschoot naast mijn oor. Maar hij had geen koeien om voor zich uit te drijven, want ik had geen zin om voor koe te spelen- Djon Waaina Ook pa hield van cowboys en de films waarin ze speel den, Randolph Scott was zijn held en een zekere William S. Hart. Ma las ook wel eens cowboyboeken van Zane Gray, en wij, nu al veel ouder, vonden onder andere Errol Flynn, Gary Cooper, James Stewart en Alan Ladd zeer de moeite waard. Er werd geen film van ze gemist. En vooral niet van Gary Cooper, de aards-koeienjongen, man van weinig woorden, behalve yup of nope, liefst uitgesproken met half dichtgeknepen ogen. Haweldih! Op een dag stonden we voor de bio scoop, maar hadden nog geen kaartjes. Komt er een kleine katjong die ons kaartjes aanbood: 'Ini kartjies boeat pilm bagoes, sama Djon Waaina'. Zelfs dit jochie was geheel op de hoogte van de geweldige figuur van John Wayne als cowboy. Geen afrasteringen Maar wat en wie is de cowboy eigen lijk? In werkelijkheid was hij een heel hardwerkende man die een baantje uit oefende die je vandaag de dag waar schijnlijk voorbij zou lopen. Het begon, zoals zo vele dingen in de Nieuwe Wereld begonnen, met Columbus. Hij bracht op zijn tweede reis naar de New World vee en paarden mee, die hier eenvoudig niet beston den. Vooral in Mexico en Texas ver menigvuldigde het vee zich op een ongelooflijke manier. Het dwaalde vrij rond, er was volop gras en water, het klimaat was goed en voor je het wist kwamen er ranches. De Mexicaanse vaqueros waren de eerste cowboys. In het Oude Westen bestonden geen afrasteringen of wat dan ook. Alles was vrij en open. De legendarische cowboy was net zo vrij. Hij werd beschouwd als een held, soms als een bandiet, een gunslinger en soms zelfs als een dichter. Al het vee moest bij tijden naar de markt worden gedreven en hier was de cowboy onmisbaar. Soms duizenden mijlen ver dreef hij duizenden stieren voor zich uit over de onafzienbare prairies, weer of geen weer. Als er eens een stampede ontstond waarbij al dit vee niet te stop pen over de prairie rende, werd de cowboy die niet vlug genoeg uit de weg ging al gauw vertrapt. Cowl>oy tjengeiig Voor z'n werk heeft de cowboy (nu nog) een aparte klederdracht. Een blauwe of bruin-katoenen broek - van Levi Strauss - versterkt met koperen klinknageltjes (de spijkerbroek), een rode halsdoek los jes om de nek om het stof uit het gezicht te houden, natuurlijk de breed gerande hoed die voor alles wordt gebruikt, ook voor waterhalen (want door al het vet en vuil werden ze water dicht!), een shirt met lange mouwen en, heel voornaam: de laarzen met de schuine hak en de puntige neus. De schuine hak zodat de cowboys goed in de stijgbeugel zit ten en de puntige neus zodat ze de voet gemak kelijk uit die beugel kun nen verwijderen om niet meegesleurd te worden als ze van het paard val len. Wat ik ook niet wist, is dat een cowboy werkelijk voor het vee zingt! Het heeft een kalmerende uit werking op de koeien, tjobah. Dus Gene Autrey heeft z'n plaats in de geschiedenis, en Roy Rogers, en zelfs al was hij geen cowboy, ook Hank Williams de country zanger die, met zijn grote witte hoed op, het feit bejam merde dat z'n geliefde een Cheating Heart bezat, en onder ons de naam kreeg van cowboy tjengeng! Weet je nog? Cowboy Han Riifi, 1951. 45 ste jaargang - nummer 11 - mei 2001 17

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2001 | | pagina 17