W illielini
na, een
In het tweede en laatste deel van de Wilh elmina-hiografie gaat de
meeste aandacht uit naar Wilh elmina's standvastige optreden
tijdens de oorlog. Zij groeide uit tot het symhool van het
Nederlandse verzet. Maar hoe heek zij tegen Nederlands-Indië en
de dekolonisatie aan?, vroeg Hans Meijer zich af. Het hlijkt dat
Wilhelmina weinig op had met haar overzeese gebiedsdelen. 'Zij
miste de verbeeldingskracht om zich veel hij het leven in de kolo
niën voor te stellen en hleef wat provinciaal - zo niet wereldvreemd
- in haar opvattingen.'
door Hans Meijer
'Een echte Oranje, die zijn stug.' Deze zelf-
typering van koningin Wilhelmina dekt
perfect de lading van het prachtig geschre
ven tweede deel van de biografie die Cees
Fasseur over deze Nederlandse vorstin
heeft geschreven. De woorden werden
door Wilhelmina met enig zelfgenoegen
uitgesproken toen ter gelegenheid van de
tewaterlating van de oceaanstomer Oranje
in september 1938 de voor de doop
gebruikte champagnefles weigerde stuk te
slaan op de romp. Cees Fasseur schetst
met die anekdote een vrouw die alles
behalve een gemakkelijke dame was.
S taa Is ree lrteli jke marges
Wilhelmina had wat men noemt 'karakter'
en was in die zin zeker een kind van haar
evenzeer autocratisch ingestelde, grillige
vader. Alle kwalificaties die bij haar 'moei
lijke natuur' horen, vind men terug in het
door Fasseur zonder enige terughoudend
heid, maar desalniettemin mild en begrip
vol geschilderde levensportret van
Wilhelmina. Het is bepaald geen hagiogra
fie geworden. Integendeel. Fasseur weet
een beeld te creëren van een vrouw van
vlees en bloed met al haar voors en tegens.
Niets menselijks was haar vreemd. Zij was
een intelligente, temperamentvolle, zeer
plichtsgetrouwe maar ook weerbarstige
vrouw die stevig in haar schoenen stond en
zich uitstekend staande wist te houden in
een wereld die bijna uitsluitend uit mannen
bestond. Als jong koninginnetje moest zij al
optornen tegen politici die haar grootvader
konden zijn en dit ging haar dankzij haar
eigengereidheid en sterke wil goed af.
'Ik verkies geen ledepop te zijn', zo ver
woordde zij haar standpunt. Naarmate zij
ouder en steeds ervarener werd in staatsza
ken, had zij ook inderdaad steeds minder
moeite om voet bij stuk te houden c.q. haar
zin door te drijven. Dat daarbij de staats
rechtelijke marges wel eens werden over
schreden, kon haar weinig schelen, maar
uiteindelijk bond zij altijd - zij het vaak
mokkend - in.
Meer en meer begonnen haar gespreks
partners evenwel op te zien tegen bezoeken
aan het Loo, indien men wist dat men
opvattingen zou verkondigen die niet
strookten met die van Hare Majesteit.
Koninklijke toorn was dan doorgaans hun
deel. Men moest dan ook wel van zeer
goede huize komen om zich door
Wilhelmina niet te laten intimideren.
Helaas voor haar waren er te weinig man
nen van hetzelfde kaliber.
Nederlands karakter
Wilhelmina was zich zeer bewust van haar
positie als eenheidssymbool van het in het
interbellum door de verzuiling zo verdeel
de Nederland en deze verantwoordelijk
heid drukte zwaar op haar. Al te weinig
liet zij haar zachte, ontspannen kant zien.
Alleen door in de natuur te zijn en te schil
deren ontsnapte zij enigszins aan het
strenge protocol waarin zij zichzelf gevan
gen hield en die haar zo belemmerde om
zichzelf te zijn.
I Ioezeer haar stevige karaktereigenschap
pen haar in haar positie ook te pas kwa
men, daar tegenover staat dat diezelfde
kenmerken tegelijkertijd ook haar valkuilen
waren. Zij was bazig, ongeduldig, liet zich
niet graag tegenspreken, was weinig flexi
bel en soms uitermate klein van geest. Als
zij eenmaal een mening had, veranderde zij
niet gauw meer van gedachte. Impulsief als
zij was, had zij direct haar mening over iets
of iemand klaar en als men haar niet beviel
dan kon zij uitermate kort door de bocht
zijn, op het schofferende af. Als men haar
al weerwoord gaf, dan werd dat vaak niet
in dank afgenomen en waren de betrokke
nen vaak voorgoed uit de gratie. Zij was
kortom een dominante, doorgaans weinig
beminnelijke vrouw die niet tegen kritiek
kon en zichzelf bij gebrek aan humor
moeilijk kon relativeren. Men zou kunnen
zeggen dat Wilhelmina welhaast het
Nederlandse karakter belichaamde; provin
ciaal, recht door zee en wars van uiterlijk
vertoon. Zij was uiterst zuinig en niet voor
niets werd het Hollandse hof ook als het
meest sobere van Europa beschouwd.
Briefwisseling Juliana
Helaas waagt Fasseur zich er niet aan om
haar persoon uitgebreid te psychologise
ren, maar hij wijdt haar weinig ontwikkelde
sociale omgangsvaardigheden aan haar
eenzame opvoeding en het gebrek aan een
gelijkwaardige partner. Want alleen was ze.
Haar huwelijk met prins Hendrik stelde na
de Eerste Wereldoorlog weinig meer voor.
Deze goedmoedige landjonker was van een
geheel ander kaliber, had totaal andere
interesses en was intellectueel niet tegen
haar opgewassen. In feite leefden zij tot aan
zijn dood in 1934 gescheiden levens.
Aangezien dat jaar ook haar moeder was
gestorven, restte slechts nog haar enigst-
kind, Juliana. De band met Juliana was
innig en warm getuige de brieven die
Wilhelmina schreef aan haar dochter toen
die in de oorlogsjaren in Canada zat. Het
vormt uniek materiaal en de briefwisseling
vormt onbetwist het hoogtepunt in het
boek. De correspondentie geeft een open
hartige inkijk in het denken en doen van de
koningin. Zij nam in haar brieven geen
blad voor de mond en spuide in vertrou
wen al haar ergernissen. Bovendien onthul
len de brieven dat Wilhelmina wel degelijk
een zachte kant had.
Iron lady
Hoewel het eerste deel van de tweeluik ein
digt in 1918, sluit het vervolg opvallend
genoeg niet direct chronologisch aan.
Fasseur begint zijn in alle opzichten impo-
moessQn
krachtig
38