Op visite Lij prinses Siti door Frans Leidelmeijer Vorig jaar oktober schreef ik m Moesson over Je schilJeres Corry Mühlenfeld. In Jat artikel kwam ook prinses Siti Nuritl Kusumo War Jan i ter sprake, die ter gelegenheid van het huwelijk van prinses Juliana en prins Bernhard in 1Q37 Je Serimpi heeft gedanst voor het bruidspaar en hun hoge gasten. Corry, onder de indruk van haar schoonheid, heeft toen een portret van de jonge prinses gemaakt. Naar aanleiding van het artikel in Moesson kreeg Corry Mühlenfeld veel reacties, onder andere van een arts uit Bandung die haar kwam vertellen dat prinses Siti Nurul nog leeft en in Bandung woont. Helaas liet de arts uit Bandung geen adres van de prinses ach ter, wat jammer was, want ik zou met vakantie naar Indonesië gaan en het heel leuk vinden om haar te ontmoe ten. Kan ik meteen vragen of ze zich het huwelijksfeest nog kan herinneren. Maar hoe vind ik haar in de miljoenenstad die Bandung nu geworden is? De kunste naar Widayanto, die in Bandung heeft gestudeerd, en die ik voor Moesson tij dens mijn verblijf in Indonesië inter viewde, bracht de oplossing. Hij wist waar een zekere Gusti Nurul woont. Zou het wel de prinses zijn die ik zoek?, vroeg ik me af. Op de eerste dag van mijn verblijf in Bandung begaf ik me al rond tien uur 's ochtends naar het opgegeven adres. Het was in de Dagobuurt. Een jonge vrouw deed open en ik vertelde haar in het Engels wat de reden van mijn bezoek was. Ze liet me binnen en vroeg me even in de salon te wachten. Zij verdween achter een gordijn datde salon scheidde van een andere ruimte, waar vage geluiden vandaan kwa men. Om me heen kijkend zag ik een levensgroot schilderij aan de wand van een beeldschone vrouw in sarong en kabaja, gemaakt door Basoeki Abdullah. Veel familiefoto's, waaronder een groot portret van een ouder echtpaar in tradi tionele kleding en foto's van de vrouw met het echtpaar Soeharto. Op een laag tafeltje een foto van haar samen met koningin Beatrix. Ik zag nog geen gelijke nis met de jeugdfoto's die ik van de prin ses kende, totdat mijn oog viel op een bronzen kopje van een jong meisje. Dat is ze! Ik werd licht euforisch. De jonge vrouw kwam terug en nodigde me uit achter het gor dijn te komen. In een soort woonkeuken zat de vrouw, die ik van de foto's in de salon herkende, in gezelschap van een vrouwelijke bediende en twee meisjes die kennelijk voor de komende Lebaran cadeautjes aan het inpakken moessQn 18

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2001 | | pagina 18