De Sprookjesdoos otak Taji Pieter van Donk roept de hulp in van Moesson-abonnees. Op pagina 114 in zijn boek is een fraaie 'sprookjesdoos' afgebeeld. In het rechterpaneel is bovenaan het beken de sprookje 'De reiger, de vissen en de krab' uitgesneden. Dat sprookje gaat als volgt: De reiger brengt de in een waterplas gevan gen vissen zogenaamd in veiligheid, maar peuzelt de goedgelovige schepsels lekker op. Als hij als laatste ook de krab wil redden, ziet deze de resten van de vissen. De krab realiseert zich welk lot hem te wachten staat en knijpt de reiger zijn nek af. Wie kan de rest van de taferelen op de 'sprookjesdoos' verklaren? Mogelijk is wat op de linkerhelft en rechts onderaan staat afgebeeld één verhaal. Als u weet welk sprookje is afgebeeld en u ook nog eens kunt vertellen waar dat ge- of beschreven staat, schrijft u dan Moesson. Voor de juiste aanwijzingen of het mooiste eigen sprookje, stelt Moesson vijf door de auteur gesigneer de exemplaren van Indonesian Cockspur Cases (ter waarde van 125,-) beschikbaar. Stuur uw verhaal naar MoessonBergstraat 27, 3811 NE Amersfoort, met linksboven op de envelop geschreven: 'sprookje'. Vergeet niet uw naam, adres en telefoon nummer én abonneenummer te vermelden. In het oktobernummer publiceert Moesson de uitslag. 4. Doosje uit Lombok. De wayangfiguur Twalèn. begin 20ste eeuw. Zo zijn beschrijvingen bekend over Midden-Sumatra, Kalimantan, Midden- en Zuid-Sulawesi, Java en vooral Bali en Lombok. Over de Balische toestand zijn wij goed geïnfor meerd door de oude handschriften of lontar. Dit zijn gebundelde palmbladre- pen waarop de tekst met een mesje is ingegrift. Een uitgebreide verzameling lontar handschriften wordt bewaard in de bibliotheek van de in 1928 opgerichte Gedong Kirtya in Singaraja. Hanengevechten behoorden tot het privi lege van de lokale vorsten, die hieruit vaste inkomsten trokken. Zij stelden strenge voorschriften vast en zagen erop toe dat de wedstfijdregels op straffe van boetes nauwkeurig werden nageleefd. De wedstrijden maakten deel uit van zuive ringsrituelen, die tot doel hadden om de dorpsgemeenschap te bevrijden van onheilbrengende aardse demonische krachten: buta kala. Dit gebeurde ook tij dens periodiek terugkerende gebeurtenis sen als Nyepi, de Dag van de Stilte, bedoeld om over heel Bali de demonen te verjagen. Sommige lontar zijn gewijd aan de- uiterst ingewikkelde methode van kans berekening, gebaseerd op een combinatie van twee verschillende, historisch gegroeide kalendersystemen. Weer ande re lontar beschrijven allerlei bijzondere kenmerken, die een vechthaan tot kam pioen bestempelen, zoals de kleuren van de verentooi, de ogen, de snavel en de poten.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2001 | | pagina 31