Melk
West-Java, omstreeks 1930. Vier Onversoenlikes'oud-krijgsgevangenen van
Ceylon, op de Generaal de Wet-boerderij. Van links naar rechts: Christoffel van
Zijl, Louis Hirschland en Willem van Zijl, en een bezoeker uit Batavia: Theodor
Sandrock, toen president-directeur van de Nederlandsck-Indische Escompto-
Maatschappij. Foto: Herman Sandrock.
schoolopleiding in Bandoeng. Van
Hirschlands kinderen studeerde dochter
Nannie rechten in Batavia en Nederland
en werd zoon Joop veearts. De
Afrikaners op Generaal de Wet leefden
heel vriendschappelijk met elkaar en
namen toe in welstand en ontwikkeling.
Aan de voorspoed kwam in 1942 een
einde door de Japanse bezetting.
Uitgezonderd Louis en Nannie
Hirschland werd iedereen geïnterneerd.
Louis en Nannie hielden de boerderij
gaande, maar slechts met moeite. De
geïnterneerden overleefden de Japanse
kampen en keerden na de capitulatie
van Japan op 15 augustus 1945 terug
naar de Generaal de Wet-hofstede.
Zoals bekend werd de toestand spoedig
echter zeer onveilig door het optreden
van de pemoeda's, de Indonesische
onafhankelijkheidsstrijders. Nannie en
haar gezin begaven zich onder bescher
ming van Britse militairen. De anderen
bleven.
In november 1945 werden bij een aan
val op de boerderij Louis en Joop
Hirschland en Hertzog van Zijl -
Christoffels zoon - vermoord door de
pemoeda's. Christoffels vrouw werd
ontvoerd. Het vee werd weggevoerd en
de boerderij verwoest. Dat was het tra
gische einde van de Afrikaners en hun
modelbedrijf. De kinderen emigreerden
vervolgens naar Nederland en de
Verenigde Staten.
Na 1900 is de afzet van verse melk en
melkproducten op Java uitgebreid door
de toename van Nederlanders en
Indo's. Daarom werden verschillende
melkerijen op Java gesticht door
Europeanen, onder wie enige grote-
boeren. Voorbeelden waren Baroe
Adjak (het nieuwe streven) van de
broers Ursone uit Zuid-Italië,
Nagel Meyer en Van Balgooy op
Tegalsari. Hun bedrijven kwamen met
moeite door de Japanse bezettingstijd,
en hun toestand bleef moeilijk tijdens de
onafhankelijkheidsstrijd en na 1950 van
wege de onvriendelijke houding van de
Indonesische regering. Deze verbande
in 1957 alle Nederlanders. De Europese
boeren deden de een na de ander hun
bedrijf van de hand en vertrokken in
1957 - als laatste een zoon van Ursone.
Meer weten?
De vergeten geschiedenis der Westerse boeren
op Java is nagevorst door dr. C. de Jong
te Pretoria. Hij heeft daarvoor Java
bezocht - waar nu vrijwel niets meer aan
deze boeren herinnert - en veel gecorres
pondeerd met kinderen en vrienden van
hen in drie werelddelen, onder meer
Zuid-Afrika. Hij heeft in 2000 voor eigen
rekening het boek Veeteeltbedrywe van
Westerse boere op Java 1900-1960, onder
wie Afrikaners van Ceylon gepubliceerd,
ten dele in het Afrikaans, ten dele in het
Nederlands.
Het bestaat uit 150 gefotokopieerde
bladzijden, met kaarten en vele afbeel
dingen, formaat 20 x 30 cm in slappe
band. Prijs: 35 rand, exclusief 5 rand
verzendkosten.
Te bestellen bij dr. C. de Jong,
Protea-Aftree-oord 139, Posbus 72196,
Lynnwoodrif 0040, Pretoria,
Zuid-Afrika. Tel. +27 (0)12 - 807 19 11.
Te betalen voor of na ontvangst van het
boek.
Plechtige herbegrafenis van Louis Hirschland en zijn zoon Joop naast het graf van
Willem van Zijl op de Pandoe-begraafplaats te Bandoeng, in januari of februari
1946. Van links naar rechts: kapitein Cabri, Witbols Fengen jr., mevrouw Nagel-
Middleton, F.A. Witbols Fengen senior, E. Ritter en Willem Nagel.
Foto: mevrouw Joyce Reissner-Nagel.
46 ste jaargang - nummer 3 - september 2001
33