Zo is een Indo liet eerste nummer van Je CD Hier en Jaar van Wouter Muller, InJo van Je tweeJe generatie (oftewel na-oorlogse generatie om verwarring te voorkomen) heeft als titel 'Wat is een InJo?' Muller verwoorJt op prachtige wijze Jat hij het antwoorJ schulJig moet blijven. uller voelt dat hij anders is, maar hij weet niet op welke manier, want het ligt niet aan de saté kambing, de kleur van je ogen of je haar. Het zit heel diep van binnen. Maar waar? De Wouter van het lied zoekt al zo lang naar wie hij eigenlijk is en als dat niet begrepen wordt door de omgeving voelt hij zich miskend en houdt hij zich maar stil. Soms is het antwoord heel dichtbij, maar wanneer een niet-lndo dan zegt: 'Dat gevoel heb ik ook,' valt het doek weer. Het moet tóch 'iets anders' zijn. Vader en moeder hebben nooit zoveel gezegd, want zij hadden hun krachten nodig voor hun eigen gevecht en de aanpassing. Zodoende is de de vraag 'Wie ben jij?' blijven liggen. De hoofdpersoon vraagt zich af of hij ooit die ene vraag beantwoord zal krijgen. Hij staat alleen. De voorlopige conclusie in het laatste couplet is dat een Indo verlangt naar een identiteit die hij zelf ook begrijpt. Wouter Muller stelt de vragen op zijn manier en zet ons hiermee ook weer op een bepaald spoor dat hopelijk naar ieders eigen antwoord zal leiden. Zelf heb ik wel een paar antwoorden op de hamvraag, maar het boek van Wim Willems De uittocht uit Indië. De geschiedenis van Indische Nederlanders 7945-7995 heeft mijn gedachtegoed weer verrijkt. In het hoofdstuk 'Een sociaal-culturele erfenis' komt de literaire schrijver en journalist Jan Johannes Theodorus Boon oftewel Tjalie Robinson (1911-1974) aan de orde. In dit kort bestek kan ik alleen wat bevindingen toespelen, in de hoop dat ze u een hart onder de riem zullen steken en u aanzetten tot het lezen van heel hoofdstuk 9. W.W. over T.R.: 'In zijn perspectief leefden Indo's niet ergens in de marge tussen twee culturen, maar werd hun Indische identiteit gevormd door het leven in de wijde wereld van meerdere culturen.' Daar! Doer! Vooruit, kom uit de marge met je denken en neem bezit van de wijde wereld. En nog maar een schepje er bovenop. 'Voor het ontwikkelen van een eigen identiteit dienden misleidende vergelijkingen met andere mensen te worden afgezworen, om plaats te maken voor bestudering van het eigen verleden, de eigen cultuur.' De passage over 'het Niks' is mooi, toepasbaar op de dag van vandaag. Veel lezers (van Tong Tong) merken dat werkelijke verdieping (en dus geestelijke rust) niet verkregen wordt met veel studeren. Je kunt een vat vol kennis worden met een goede job en tegelijkertijd een vervelend, twistziek, kinderachtig, bang mens zijn. T.R.: 'En dat in het Niks meer vorming zit dan in "twee vuisten vol arbeid en studie," dat moet men in Europa nog leren.als het kan met een beschavingspatroon.' Leve het Niks! Laten we tijdens 'het Niks'- doen eens de hand in eigen boezem steken en voelen waar we 'een goede Hollander' proberen te zijn met verloochening van ons Indo-wezen. Dat zal voor de tweede generatie niet meevallen, want veel van onze ouders hebben ons de aanpassing 'voorgeleefd'. Zo zie je, Niks- Doen is op deze manier eigenlijk hard werken aan jezelf. Ik ken trouwens veel 'Hollanders' die deze vorm van Zijn in de verste verte niet verstaan. Dat kachelt en jakkert maar voort, tot de klap valt. Wie weet, heeft Wouter Muller straks stof voor een nieuw lied. Jill S t o 1 k door Ciska Cress Het is weer zover, over Jrie Jagen zit ih in InJonesië. ih verheug me zo op Jeze reis. Deze heer bezoeh ïh met mijn zus Sunny, haar man Jan en mijn moeJer uitge- breiJ Suhabumi. Vanuit Suh abumi zu Hen we enkele Jagen naar Yogyaharta gaan. Leuk om al Jie men sen weer terug te zien, want Vanaf dat ik terug ben uit Indonesië krijg ik bijna elke week wel een kaartje, brief of een sms- je. Met 'mijn' gezinnetje bel ik regelmatig. Ik heb nu de ere-titel mama Ciska en nenek es krim. Wanneer ik daar ben, moet ik namelijk als eerste ice-cream kopen voor de kinderen. Ik had verteld dat er in Holland veel sneeuw is in de winter, maar hoe vertaal ik dat in het Indonesisch? Het eerste wat bij mij op kwam was: ice-cream en nu moet ik natuurlijk mijn titel in ere houden. Heri (de vader van het gezin) vertelde mij dat hij weer nieuwe kippen had gekocht en ze nu voert met maïs zodat de kippe tjes vet zijn wanneer ik daar ben. Heerlijk om weer echte ayam kam- pung te eten. Ik hoop dat Heri mij weer mee neemt naar Bantul (dat is een bui tenwijk), want ik weet daar een warung met allemaal lekkere hap jes. Diverse soorten loempia, lem- per, risolles en noem maar op. Ook hieraan heb ik een leuke her innering. Bij deze warung kocht ik zo'n veertig stuks verschillende snacks. De eigenaresse vertelde dat zij nog nooit een toerist zoveel snacks had zien kopen. Ze was zo blij en gaf mij als aardigheidje een moessQn 14 c u Jat baJ ik beloof J. Waning

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2002 | | pagina 14