Moessons huisrecensent, Hans Meijer, las het derde deel uit de serie De Japanse bezetting m dagboeken, over het leven buiten de hampen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het boek is een voorzichtig begin naar een meer evenwichtige geschied schrijving. 'Alleen al de term "buitenhamper geeft aan dat het kamp de maat was.' door Hans Meijer De laatste jaren verschuift in Nederland de aandacht voor het leven van de Europese gemeenschap in Nederlands-Indië. Voorheen domineerde het perspectief van de blanke bovenlaag. De Indische of Indo-Europese groep - die toch een ruime meerderheid vormde - werd doorgaans slechts zijdelings te berde gebracht, als een naamloze actor. Nu is er een tendens naar een meer evenwichtige geschiedschrijving, waarin ook de 'in Indië gewortelde Indische Nederlanders' aan bod komen. Deze nieuwe ontwikkeling is mede ingegeven door de behoefte van de Indische gemeenschap om de eigen Indo-wereld binnen het koloniale bestel naar waarde geboekstaafd te zien. Door het hoge 'totokgehalte' herkent zij zich tot nu toe tot haar ongenoegen onvoldoende in de geschiedschrijving over Indië. In plaats van een figurantenrol toebe deeld te krijgen, wil de Indische gemeenschap haar aandeel in de koloniale historie ten volle gehono reerd zien, waarbij recht wordt gedaan aan haar verdiensten. Japanse bezetting' De wens om de eigen lotgevallen vastgelegd te zien, geldt speciaal de Tweede Wereldoorlog. Hier doet zich bij uitstek de overheersing van het blanke element gelden. Waar tot voor kort de belangstelling uitslui- tend uitging naar de wedervaardig- heden van de geïnterneerden, richt de interesse van historici zich nu meer op hetgeen buiten de kampen heeft plaatsgevonden. Juist doordat al zo veel is geschreven over wat zich achter de kawat afspeelde, verlegt zich de focus als vanzelf naar die aspecten van de Japanse bezetting die nog niet zijn bestreken. In het licht van de behoefte aan boeksta ving van het eigen bestaan dient aldus ook de Indische hang naar erkenning en bevestiging van het onder de Japanners ondergane leed te worden gezien. Zoals te zien in de gehele koloniale geschiedschrijving, draait het ook waar het de ervaringen van de Europese groep tijdens het Japanse regiem betreft, nog altijd exclusief om de blanke belevenissen. Dat komt tot uiting in de allesoverheer sende rol van interneringskampen. Alleen al de term 'buitenkamper' geeft aan dat het kamp de maat was, en nog altijd is. De oorlogservarin gen worden dus afgemeten aan de interneringskampen en dat terwijl er nota bene meer Europeanen buiten verbleven in plaats van erbinnen. moessOn -a»- 22

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2002 | | pagina 22