Le^uminosae (PeuJg'ewassen) Tamarindus indica, Asem (I), Tamarinde (N), Tamarind (E) Lage boom met geveerd blad, de vrucht is een langwerpige peul, de zaden zijn omgeven door bruin vruchtvlees. Oorspronkelijk Noordoost- Afrika maar door cultuur over de hele tropen verbreid. Het zurige vruchtvlees wordt in vele gerechten gebruikt, onder andere in gado gado saus, sayur asem, et cetera. Een goed alternatief is blimbing wuluh (Averrhoa bilimbi). Uit: Prosea 13 Uit. J.J. Ochse R.C. Bakhuizen van den Brink Liliaceae (Lelieaclitigen) Diverse soorten van het geslacht Allium worden in de Indonesische keuken gebruikt. Ik noem alleen de meest beken de. Allium ampeloprasum: Pre (I), Prei (N), Leek (E) - afbeeldinglinks Allium cepa: Bawang merah, Brambang (I), Sjalotjes (N), Onions (E) - afbeeldingrechtsboven Allium sativum: Bawang putih (I), Knoflook (N), Garlic (E) - afbeelding rechtsmidden Allium tuberosum: Kucai (I), Chinese bieslook (N), Chinese chives (E) - afbeelding linksonder De oorsprong van de soorten is het Middellandse zeegebied en Centraal Azië. Kruiden met langwerpige bla deren waarvan de bases tot een steeltje zijn samen gepakt. Van prei en kucai worden blad en steel gebruikt, van bawang putih en merah de ondergrond se bolletjes. Vooral de laatste twee zijn onmisbaar in de Indonesische keuken. De andere twee vooral in Chinese schotels. 46 ste jaargang - nummer 11 - mei 2002 31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2002 | | pagina 31