Nederlands-1ndiscli voetbalelftal
In uw veel gelezen meinummer stond een foto van een voetbalelftal uit 1924. Ik
heb iemand gevonden die
nog veel namen van de
spelers kent. Het is de
86-jarige heer Palmen uit
Hollister, in de Verenigde
Staten. Hij herinnert zich
de namen van acht spe
lers uit dat elftal. Jack
Samuels (rechtsback van
HBS of Excelsior
Soerabaja), Hong Djien
(linksbuiten van Tiong
Hwa Soerabaja), Herman
Zomers (spits van
Hercules Batavia), Nawir
(rechtshalf van HBS
Soerabaja), Mo Heng
(keeper uit Malang),
Hukom (linksback van
Sparta Bandoeng), Frans
Meeng (libero van SCBB
Batavia), Isaac Pattiwael (rechtsbuiten van Jong Ambon Batavia).
Roseville, California
Max Vanhall,
Scnip en schoen
In Moesson van september 2002 is
in mijn artikel 'Indonesische Wapens'
een storende fout geslopen. Daar heb
ik het over 'de verbrede schoen van
de krisschede (wrangka)'. Een toege
wijd krissenverzamelaar attendeerde
mij erop dat dit absoluut fout is. Hier
had de voor ingewijden enig juiste
term schip moeten staan. Hopelijk
zijn met deze rectificatie eventuele
misverstanden en onjuistheden voor
goed uit de weg geruimd.
René Wassing, Den Haag
Onder de loep
In de column van Jill Stolk in het
septembernummer is mijn beschei
den kolommetje 'Zomaar' in het
maandblad Dc Indo tot mijn verras
sing streng onder de loep gelegd. Ik
zou volgens Jill de Indische
Nederlanders in Nederland in verge
lijking met die in de Verenigde Staten
en elders buiten Nederland als ziele-
poten afschilderen. Dit onder de
paraplu van Wim Willems, die in zijn
boek De uittocht uit Indië 1945-
1995) het verschil accentueert tussen
Indische Nederlanders in Nederland
en daarbuiten. In 'Zomaar' ging ik in
op het commentaar van Willems.
'Ginds is men trots dat men
Amerikaan of Australiër is.' Ik voeg
de er bij toe dat vele Indische men
sen daarginds, mede door ruimte en
klimaat, een thuis gevonden hebben
waar zij zichzelf kunnen zijn. Net als
bij hen die besloten in Holland te
blijven, gaat het er volgens mij om
waar in de wereld Indische mensen
zich het meest senang voelen. Wat de
taal betreft, mijn nakomelingen spre
ken Engels en Frans, geen
Nederlands. Zij hebben geen dag
boek van opa om uit te putten, maar
wel twee dikke foto-albums die hen
schijnen te fascineren en vaak beke
ken worden. Ze zijn bij wijze van
spreken thuis op drie suikerfabrie
ken. Om maar te zwijgen van onze
heerlijke vakantieverblijven en de stad
aller steden, Soerabaja. Ik heb, na
veertig jaar in Canada gewoond te
hebben, tien jaar in Holland doorge
bracht (acht jaar daarvan op twee
deuren van Jill Stolk af) alvorens
voorgoed naar Canada terug te
keren. Die tien jaar heb ik vooral in
de Indische gemeenschap geleefd.
Koempoelans, lezingen, dagtochten
en bezoeken, alles ging ik langs. Ik
denk er nog steeds met dankbaarheid
aan terug. Zielenpoten heb ik daarbij
nooit ontmoet. Maar ik moet wel
moessQn
Brieven
De inlioud van cle ingezonden brieven valt buiten
de verantwoorclelijbbeid van de redactie.
Drieven maximaal 250 woorden.
4