en zijn die ik niet voel?' I Vriendschap Ik ben een Indo van 82 jaar. Mijn reactie komt uit eigen ervaring en uit eigen gevoel. Hella Haasse heeft de verhoudingen tussen de twee bevolkingsgroepen goed beschreven. Tjalie Robinson, Rob Nieuwenhuys en Siem Boon hadden al geen gelijk en zeker niet als er gesteld wordt dat Haasses blikveld beperkt is. Afstand tussen Indo's en totoks is er van meet af aan geweest. Maar het ligt genuanceerder. Binnen beide groepen komen dezelfde maatschappelijke lagen van rang, stand, opleiding en kleur voor. Mijn ervaring is dat met een persoon uit de andere groep, maar wel uit dezelfde eigen laag, gemakkelijk een beter contact ont staat, dan bijvoorbeeld met een persoon uit de eigen groep, maar uit een andere laag. Afstand tussen de twee groepen en de vele subgroepen is er nu nog wel, maar speelt minder dan voorheen. De vraag of dat gat te overbruggen of zelfs te dichten is, beantwoord ik met ja. Maar wel in individuele gevallen en door middel van de enig mogelijke weg. Je inleven in eikaars gedachten en gevoelens. Een boek als Sleuteloog is daarbij in ieder geval een steun. Ch.J. MacGillavry, Zoeterwoude Lief en leed Ik wil graag reageren op het interview met Hella Haasse. Sleuteloog heb ik nog niet gelezen. Mijn allerbeste vriend in is een Indisch meisje. Ik ken haar al sinds 1939. We trokken veel met elkaar op en deelden lief en leed. Ik voelde me altijd heel prettig wanneer ik bij haar thuis was. We vertrouwden elkaar volledig. Ik vind de uitlating van Tjalie Robinson wat overdreven, maar ik kan hem wel begrijpen. De Indischen verloren het land waar ze geboren waren. Maar ook mensen die er niet geboren zijn en er lang gewoond hebben, verloren een land dat ze lief was. Dat wij totoks buiten de Indische gemeenschap stonden, is volgens mij niet waar. Wij voelden ons vol komen thuis in die gemeenschap. Ik was op de laatste herdenking van de Japanse Vrouwenkampen en het viel mij op dat er zoveel Indische mensen waren. Dat deed mij deugd. Ik voelde mij heel senang tussen al die men sen. Mocht er nog een afstand bestaan dan kan die zeker overbrugd worden. Mevrouw J. Erenstein-de Haan, Zeegse Andere invalshoek Volgens mij zijn Indo's en totoks die geboren zijn Nederlands-Indië of daar gewoond hebben allemaal Indische Nederlanders. Een totok heeft wel en andere invalshoek dan een Indo. Een totok woonde en leeft in andere omstandigheden dan een Indo. Een totok woont meestal in grote huizen, gaat naar de Harmonie of jachtclub en gaat tennissen. Na school gaan de totok-kinderen met totok-kinderen om. Indo's wonen in andere omstandigheden. Na school spelen zij ook met Indo-kinderen. Gaan jagen of maken muziek, gaan vliegeren of tollen en gaan voetbal len (op blote voeten) tegen voetballers uit de kampong. Indo kinderen komen meer in aanraking met Indonesische mensen. Indischen hebben immers Indonesische familie van de oma of overgrootoma. Als totoks en Indo's over hun geboorteland praten dan herbeleven zij het elk op een andere manier. De verhalen worden ook anders verteld. De totok uit zijn cultuur, de Indo vanuit zijn gemengde cultuur. Ik denk dat bij de derde of vierde generatie het verschil gedicht is. Maar ik denk dat Tjalie Robinson, Rob Nieuwenhuys en Siem Boon gelijk hebben. H. W Rijke, Heerlen We hebben erg veel reacties op onze vraag in het november-num- mer gehad. We willen al onze lezers bedanken voor hun reacties. Onder de inzenders hebben we vijf gesigneerde speciale drukken van Hella Haasses Sleuteloog verloot. De volgende Moesson-lezers krijgen hun boek zo snel mogelijk toege stuurd: mevrouw I.E. van de Wissel uit Den Haag, mevrouw Van der Pol-Degener uit Amsterdam, L. Johan uit Beinsdorp, de heer Haak- Wegmann uit Rotterdam en J.R. Mellema uit Roden. Veel leesplezier! 47 ste jaargang - nummer 7 - januari 2003 23

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2003 | | pagina 23