Mijn
Indisch hart
'Hoe kan het dat
er spanningen
zijn die ik niet
voel?'
Reacties van lezers
Gevoel van herkenning!
In ben een totok en in 1932 op
Java geboren. Vanwege de eco
nomische crisis vertrokken mijn
ouders naar Nederlands-Indië.
Mijn vader was bestuursambte
naar.
We zaten op school met
Indische en Chinese kinderen.
Buiten mochten wij eigenlijk
niet met hen omgaan. Waar dat
vandaan kwam weet ik niet: het
systeem? Bij mijn weten heb ik
mij nooit tegen die situatie ver
zet. Het was zo. Punt uit.
Na de kampjaren was er wat
dat betreft bij ons thuis weinig
veranderd. Nog steeds mochten
wij niet naar feesten bij Indo's
thuis. Ik heb mij daar toen nog
wel tegen verzet maar dat heeft
niet mogen baten. Ik werd ver
liefd op een Indische jongen.
Dat mocht niet, en dat terwijl
mijn vader een hele sociale man
was. Hij heeft heel veel voor het
binnenlands bestuur gedaan. In
Nederland ben ik veel van de
Indische vrienden van school
weer tegengekomen. We heb
ben er gelukkig met elkaar over
kunnen praten. We hebben,
Indo of totok, toch allemaal iets
gemeenschappelijks. Namelijk
dat land en alles wat daarmee
verbonden is. Tenminste zo
voel ik dat. Als ik iemand uit
Indië tegenkom, bekend of niet,
geeft me dat een gevoel van
herkenning en weet ik haast
zeker dat het zal tjotjokken. Dat
heb ik niet met iedere
Hollander.
Arine van Steenderen-
Lammers, Amsterdam
De Indo is gewend altijd door te gaan. Ik bedoel de Indische mensen van de
eerste generatie. Zij die daar geboren zijn, naar school gingen, aan het werk
gingen tot de coulissen zich plotseling sloten en ze hier verder moesten. Het
moet een janboel geweest zijn in hun harten en misschien is het dat nog steeds.
Het is prijzenswaardig dat onze mensen zulke doorzetters zijn. Dag in dag uit
maar werken en volhouden. Je zult maar zo'n voorbeeld hebben. Het is echter
niet de bedoeling dat de tweede generatie dit voorbeeld zonder meer kopieert.
Altijd maar doorgaan. Hè, bah! Even stilstaan, pas op de plaats maken. Even de
prikkels van buiten weren en kijken hoe het ervoor staat in je hart is minstens zo
belangrijk.
Ik prijs me gelukkig dat er muziek is die mensen daarbij kan helpen. Want zeg
nou zelf, waar moet je beginnen bij het bekijken van je Indisch hart. Er zijn zo
veel kamers.
Zanger Wouter Muller reikt ons met zijn liedjes de helpende hand. Hij is vlak na
de oorlog in Bandoeng geboren en staat met zijn muziek stil bij zijn vertrek uit
Nederlands-Indië. Als kleine jongen, samen met zijn ouders. In Kereta Api rijdt
de trein langs groene padivelden, een bruine kali en een eindeloze brug. En in
die trein zitten medepassagiers die voorspellen: 'deze trein gaat nooit meer
terug.'
Muller staat stil, maakt pas op de plaats, kijkt in zijn hart en doet verslag: 'En ik
besef dat ik werd afgesneden, van een bron aan het begin, van mijn bestaan,
maar de trein is verder gereden, en ik ben meegegaan.' De slotzin van dit lied is
ontnuchterend en dichterlijk tegelijk: 'En als de trein niet verder gaat, weet je
slechts zeker, dan worden bussen ingezet.'
Nee, ontsnappen aan de ongewisse toekomst is onmogelijk.
Twijfelen mag natuurlijk niet in de optiek van de eerste generatie. Zit je bomvol
twijfels? Gooi er een dikke maatschappelijk deken overheen, waarop woorden
gedrukt staan als: 'Nimmer versagen.' 'Doe of je thuis bent.' 'Toon de omgeving
niet je zinkend hart tijdens donkere dagen.' 'Wij moeten vooruit.' De mensen
veroordelen om deze houding? Natuurlijk niet, maar twijfelen onder de muzikale
leiding van Muller is wel heerlijk. In De twijfel wordt verteld hoe moeder (Indië)
anders is geworden en vader (Nederland) niet goed weet wie moeder was. En
omdat de ouders het niet goed weten slaat bij het kind de twijfel toe. Maar geen
nood. Hij burgert in, is niemand tot last, aangepast, je bent zó Hollands, net
echt. En dan slaat de twijfel toe.
Heeft het zin stil te staan en naar de eigen twijfel te kijken? Natuurlijk. Wie altijd
maar doorloopt gaat voorbij aan zichzelf. Wie zichzelf niet kent kan zich niet
verder ontwikkelen. Het gaat uiteindelijk om je welzijn en daarvoor moet je aan je
balans werken. Wouter Muller zegt het zo: 'De balans in mijn leven kent een
nieuwe harmonie, maakt plaats voor nieuwe klanken en voor nieuwe poëzie.'
Met zijn muziek steekt Muller zowel de eerste als de tweede generatie een hart
onder de riem. Dit jaar hoop ik naar een concert van Wouter Muller te gaan en
zijn liedjes uit volle borst mee te zingen met een brandende aansteker in mijn
hand.
Jill S t o I k
moessQn