Dichteres Ramona Maramis
'Ik dicht niet op
een bepaalde
manier omdat ik
een pindaatje
ben'
Dichteres Ramona Maramis
(Haarlem, 1968) houdt er niet
van in een hokje gestopt te
worden. 'Mensen moeten
beoordeeld worden op wie ze
zijn en wat ze doen. Niet op
waar ze vandaan komen.'
door Sjors Bos
Ramona Maramis (Haarlem, 1968) is
een veelzijdige vrouw; dj, dichteres en
schrijfster. Omdat ze er naast haar werk
als webredacteur bij de gemeente
Amsterdam geen tijd meer voor heeft, is
ze gestopt met het dj-en. 'Ik heb gewoon
te weinig tijd om al die dingen naast
elkaar te blijven doen. Maar dat is niet
erg. Ik doe de dingen wanneer ik er zin
en tijd voor heb. Soms schrijf ik maan
denlang helemaal niets. Ik ben al op
jonge leeftijd begonnen met schrijven. Ik
zat op de montessorischool in
Amstelveen. Daar stimuleren ze je talen
ten. Bij mij was dat schrijven en taal. Het
gevolg was wel dat ik een soort debiel
werd in rekenen.'
Op het moment is Ramona bezig een
roman te schrijven. 'Maar daar wil ik nu
nog niets over kwijt. Ik ben er druk mee
bezig. Ik heb hem waarschijnlijk dit jaar
af.'
Dichten
Hoewel ze al sinds haar kinderjaren
schrijft begon Ramona Maramis pas tij
dens haar studietijd in Groningen (ze
studeerde daar communicatieweten
schappen) met dichten. In 1998 trad ze
voor het eerst op. In het USVA-theater
in Groningen droeg ze gedichten voor
bij de presentatie van het inmiddels weer
verdwenen literair tijdschrift Afslag 28.
Dat optreden maakte veel indruk op
haar. 'Toen ik daar stond dacht ilc: Oké,
dit ga ik dus de rest van mijn leven
doen.' Sindsdien stond ze op verschillen
de literaire podia in Groningen. 'Het
literaire leven in Groningen was heel
bruisend.' Zo trad ze op in muziekcafé
Koekoek en de stadsschouwburg van
Groningen. 'Ik hou ervan om op te tre
den. De chemie tussen het voordragen
voor publiek en mijn gedichten vind ik
erg belangrijk. Geen enkele voordracht
is hetzelfde. Dat is prachtig.'
Ramona Maramis werd ontdekt toen ze
gedichten voordroeg op een literaire
avond van uitgeverij Vassallucci. 'Nadat
ik een paar gedichten had voorgedragen,
stapte ik naar iemand van de organisatie.
Ik wilde zeggen dat het een leuk evene
ment was en dat ze zoiets vaker moesten
organiseren. Ik had geen flauw idee dat
het iemand van Vassallucci was.
Diezelfde persoon is nu mijn redacteur.
Het is allemaal vrij snel gegaan.
Vassallucci vroeg me of ik mijn gedich
ten bij hen wilde uitgeven. Die vraag
kwam voor mij nogal onverwacht. Ik had
zelf nooit echt iets gedaan om mijn
gedichten uitgegeven te krijgen. Ik heb
'Ik hou niet zo v<