TOKO KEDIRI In Indonesië had ze een eigen kokkin. In Nederland ging Sylvia Camphuisen (66) zelf koken om geld te verdie nen voor haar gezin. Zij is de uitvindster van de Indische minisnack en coacht met veel plezier haar zoon Rick (42) en zijn vrouw Nicole (49) in hun toko in Rijswijk. 'We hadden het jarenlang heel goed in Indonesië', vertelt Sylvia Camphuisen. 'Mijn man was afde lingsdirecteur van een suikerplantage in Kediri, een plaats op Oost-Java. Helaas is hij eind jaren zestig overle den. Ik besloot toen met mijn vier kinderen naar Holland te gaan omdat al mijn familieleden daar inmiddels naar toe waren verhuisd. In het begin woonden wij bij mijn oma totdat we eigen woonruimte vonden. Elite dag moest ik huilen van heimwee. Omdat ik mij flink wilde houden voor mijn twee zoons en twee dochters zorgde ik ervoor dat zij niet zagen hoe ver drietig ik was.' Piepkleine risolles Sylvia ging bij verschillende toko's en Indische restaurants werken. 'Vroeger had ik in Indonesië een kokkin die ik vertelde wat zij moest doen. In Nederland moest ik op mijn werk zelf koken en vertelden mijn werkgevers wat er moest gebeuren. Ik had er veel plezier in van hen nieuwe recepten te leren. Na enige tijd ontmoette ik een aardige Nederlandse man met wie ik nu al jaren samenwoon. Hij opperde dat ik een eigen toko moest beginnen. Ik maakte, toen ik nog in loondienst werkte, altijd lange dagen omdat ik mijn werkzaamheden heel goed wilde doen. Ik had ook zo'n lol in mijn werk dat ik soms de tijd helemaal vergat. Kun je net zo goed voor jezelf begin nen, vond mijn vriend. Met mijn spaargeld en wat geleend geld begon ik een eigen zaak in Voorburg. Ik was de eerste die Indische minisnacks zoals piepkleine risolles, pangsit, loempiaatjes en pasteitjes op de markt bracht. Vooral cateringbedrijven waren enthousiaste afnemers van mijn borrelhapjes. Ik kreeg zelfs een keer een order voor tienduizend mini- snacks. Tot diep in de nacht heb ik toen samen met mijn kinderen deeg voor de loempiaatjes zitten rollen.' Professor in gerechten Zoon Rick was negen toen hij in 1970 met Sylvia en zijn broer en zus jes in Nederland aankwam. Na de middelbare school werkte hij twaalf jaar als elektromonteur bij Fokker. Toen zijn moeder het rustiger aan wilde doen, nam Rick met zijn oude re broer Peter de toko in Voorburg over. Twee kapiteins op een schip, dat werkte uiteindelijk niet. Daarom begon Rick acht jaar geleden samen met zijn vrouw Nicole een eigen toko in Rijswijk: Toko Kediri. Zijn moeder fungeert als tokocoach en steun en toeverlaat. 'Ik heb Rick tot professor in gerechten opgeleid', lacht ze. Bij Toko Kediri is Rick de kok en helpt Nicole de klanten in de winkel. Nicole is geen Indische. 'Mijn Nederlandse afkomst komt mij bij het omgaan met Wanten vaak goed van pas', stelt Nicole. 'Ik help Nederlandse mensen regelmatig over de drempel bij het proeven van gerechten die zij niet kennen. Omdat ik uit mijn eigen ervaringen kan put ten, nemen zij mijn adviezen graag aan. Ik vertel Wanten bijvoorbeeld dat ik tahoe eerst ook maar sponzige din getjes vond die mij niet lekker leken. Toko's in Ned door Bettina van de Kar s «i "Q 0) O OS 30

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2003 | | pagina 30