May I have your votes please estafettecolumn door Basha Faber Dit jaar vinden er in Indonesië voor de tweede keer sinds het aftreden van Soeharto vrije verkiezingen plaats. De vorige keer deden er bijna vijftig partijen mee aan de verkiezingen, dit jaar zijn het er vierentwintig. Ook de partijen van president Megawati's zussen, Rahmawati en Sukmawati, probe ren een plaats in het parlement te verwerven. Of dit ze gaat lukken en wat er nog meer speelt rond de ver kiezingen kan je lezen op de officië le site van het Indonesische verkie zingscomité. Na de verkiezingen kan je, net als vijf jaar geleden, alle uitslagen per provincie bekijken, o Excuus januari 2004 Al van jongs af aan stond ik ambivalent tegen over ons Indische verleden. Ik kende Indië alleen uit familieverhalen en foto's. Mijn moe ders familie had er generaties lang gewoond en mijn grootmoeder was Indisch, maar wilde dat niet zijn. Als ik er naar vroeg, ontkende ze. 'Ik ben niet Indisch, kind, geen druppel. Klingalees of Indiaas, dat misschien wel.' Een volgende keer was het:'Ik? Een beetje Italiaans.' Zo wisselde ze vaak van identiteit zonder ooit 'gewoon een Indisch meisje' te worden. Die geheimzinnigheid maakte Indië nog meer tot een land van sprookjes en prin sessen. De foto's bewezen het: een wit huis als een paleis, een auto waar oma instapte gekleed in witte jurk terwijl een chauffeur de deur voor haar open hield, bedden met kanten gordijnen, palmen. Oma was overduidelijk een Indische prinses. In het naoorlogse Nederland zonder auto, zon der tuin met palmen, zonder witte jurk aan, bekeek ik de foto's vol stomme afgunst op iets dat onbereikbaar was. Want dat wist ik: wij waren ons Indië kwijt, het was weg en we kon den het niet meer terug krijgen. Het heette zelfs geen Indië meer, het heette nu Indonesië en was van mensen die er niets van bakten, die alles kapot maakten wat wij hadden opge bouwd. Wij hadden daar iets groots verricht en ze zouden nog eens spijt krijgen. Vijf of zes jaar oud, klopte mijn hart driftig mee op het ritme van die familiepraat.Tot mijn grootvader iets vertelde waardoor de twijfel binnensloop. Grootvader was als marine-officier betrokken geweest bij de Atjeh-oorlog. Uiteraard ging dat toen mijn bevattingsvermogen te boven. Als hij het woord Atjeh-oorlog al noemde, dan moet ik gedacht hebben aan oorlog zoals ik die had beleefd in een Amsterdams huis tussen de Joodse Raad en het SD gebouw. Oorlog bestond in mijn herinnering uit mannen in uniformen die moffen heetten, uit moedige Nederlanders en zielige kinderen met ouders die NSB-ers waren. Een wereld die uiteenviel in goede en foute mensen. Grootvader vertelde graag over Atjeh. Atjeeërs waren moedig, ze waren de laatste ridders, bezaten trots en eer gevoel en ze vochten als helden. Ik luisterde met aandacht.'Zaten ze in het verzet opa?' 'Zo zou je het kunnen noemen. Ja, ze waren verzetsstrijders.' Dat was prachtig. Daar wilde ik meer van weten.'Vochten ze tegen de moffen, opa?' 'Tegen de Duitsers? Kind hoe kom je daar nu bij? Nee, tegen ons Nederlanders.' 'Maar ze zaten toch in het verzet?' Het begon in mijn kinderbrein te broeien: Atjeeërs waren helden; ze waren verzetsstrijders die vochten tegen mijn grootvader. Maar grootvader was geen Duitser. Dan moest mijn grootvader een NSB-er zijn. Iets anders kon ik er toen niet van maken. Ik heb nooit meer naar Atjeh gevraagd. Toch bleef het broeien. Uiteindelijk is die twijfel, al was hij door een onjuiste kindergedachte ont staan, een roman geworden. Wisselkind is het verhaal van een Indisch meisje, dochter van een Nederlander en een Atjeese. Dochter van de bezetter en van... ja van wie? Daar gaat mijn dilemma over. De Atjeh-oorlog maakte overduidelijk dat ze niet met open armen werden ontvangen. De rol van de Nederlanders was die van de verove raar en bezetter, ook al zeiden ze welvaart en de Pax Neerlandica te brengen. Maar wie was de vrouw of man die samenwerkte met de Nederlanders? Wie was de vrouw die sliep met de bezetter? Had ze een keus? Of was ze een arme drommel, bezig in leven te blijven. Misschien voelde ze liefde of genegenheid. Maar hoeveel zijn er geweest voor wie de enige reden neerkwam op het feit dat die Hollander een toean besar was die macht ver tegenwoordigde? De macht van de veroveraar. Het is weer actueel met de Verenigde Staten als veroveraar en bezetter in Irak. Hoe moet dat als daar straks kinderen van komen? Wat wordt de essentie van hun bestaan? Basha Faber schreef behalve de roman Wisselkind ook de boeken De maagden mantel (1995) en De jeugdzonde (2002). IPemenntah Jepang Memberi Bontuan US$ 23 Juta unluk Pengadaan Bllik dan Kotak Suara Tanggal 8 Desember Balas Akhir Ponyerahan Laporan Hasil Verifikasi Calon Anggota DPD Tanggal 8 Desember Batas Akhir Ponyerahan Laporan Hasil Verifikasi Calon Anggola DPD PT Survindo Resmi Ditetapkan Monjadi ffacana Pomonang Tender Kotak Suara www.kpu.go.id Het interview met Pascal Jalhaij in het afgelopen decembernummer is mede dankzij Frans Leidelmeijer tot stand gekomen.Tot onze spijt is het dankwoord aan hem onderaan het artikel weggeval len. Onze excuses. O

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2004 | | pagina 7