Boudewijn de Groot:
Het leven van Boudewijn de Groot gaat over rozen. Zijn nieuwste cd
staat aan de top van de hitlijsten en zijn tournee was al weken van
tevoren uitverkocht. Deze maand viert hij zijn zestigste verjaardag en
is het veertig jaar geleden dat zijn eerste single uitkwam.
DOOR SJORS BOS EN INGE DÜMPELo FOTOGRAFIE ROB BECKER
'Indië
zit in mijn hoofd'
Hoewel het al lang geleden is dat Boudewijn de Groot zijn laatste
protestsong heeft geschreven, is hij voor veel mensen nog steeds
de protestzanger uit de jaren zestig. Maar Boudewijn de Groot
maakt al lang geen protestsongs meer. En, zo vindt hij zelf, een
echte protestzanger is hij nooit geweest. Goed voor zijn carrière
was het wél. De Groot: 'Ik was jong, had mijn wilde haren nog. Als
je jong bent is het heel normaal dat je tegen de maatschappij aan
schopt. Ik wilde niet schoppen om te kwetsen, ik wilde schoppen
om dingen duidelijk te maken. Hoewel Meneer de president wel
voor commotie heeft gezorgd, was ik geen protestzanger in die zin
dat ik politiek geëngageerd of onderlegd was. Met name de platen
maatschappij was in eerste instantie huiverig om die plaat uit te
brengen. Het heeft mijn carrière geen kwaad gedaan. Ik heb wel
kritiek gehad, men verweet mij het uitbuiten en commercialiseren
van het protest tegen de oorlog en demonstraties. Maar daar heb ik
me nooit wat van aangetrokken.'
Lennaert Nijgh
Wie Boudewijn de Groot zegt, zegt Lennaert Nijgh. Jan Rot, die
enkele teksten voor zijn laatste cd schreef, noemt Nijgh en De
mei 2004 11