Meditations from Florida
Nederlands - Indisch
w s,
jt- \"'A
'i£ v c
In Indië spraken we thuis en op school
Hollands - niet Nederlands, maar Hol
lands - dat op straffe van een slecht punt
keurig en duidelijk uitgesproken moest
worden. Ik herinner me het niet meer zo
precies, maar ik moet een jaar of acht zijn
geweest toen ik in aanraking kwam met
mijn eerste taalboekje. De titel mag Taal
boek der Nederlandse Taal hebben geheten,
maar voor ons was het allemaal Hollands
tussen die twee kaften. Als ik het wel heb
begon het boekje met een versje getiteld
'De barongan'. Het opende met de re
gels: 'Wie komt er in de verte an?
De barongan, de barongan', en
we dreunden die zinnetjes op
met de klemtoon op ba van
barongan. Al meteen had ik
een vraag en ging ermee naar
mijn alwetende vader. 'Pap,
waarom zeggen ze 'an'? Dat is
toch een naam? Maar de juf zegt
dat het betekent aan. Waarom?' Zegt
pa: 'Het moet rijmen op barongan.' Zat me
niet lekker, een beetje slordig vond ik. Van
dichterlijke vrijheid had ik geen weet.
Wij spraken dus Hollands en werden gere
geld gecorrigeerd. Zo zou je in Algemeen
Beschaafd Nederlands (ABN) zeggen van
iets datje eet: 'Het smaakt niet'. Klinkt
goed, maar wij zeggen 'het is niet lekker'.
Wij gingen niet naar 'Nederland', maar
naar Holland. Ook gingen we vaak naar
de wc en minder vaak naar het toilet.
We zeggen dat we in de winkel een zeker
artikel kunnen 'krijgen', waarop ons wordt
bijgebracht dat je er niks krijgt, maar wel
koopt! Al eerder heb ik gezegd dat we geen
bad nemen. Wij baaien. Heel vaak gaan we
niet naar bed, neen, we gaan slapen. Wan
neer we de uitdrukking 'een tijd geleden'
gebruiken, hebben we het dikwijls over
'toen vroeger'. We luisteren wel eens, maar
we horen liever. Op ons brood eten we nu
nog aardbeiengelei. Ik weet niet of aardbei-
enjam even goed smaakt!
Nu we al bijna vijftig jaar in Amerika
zitten (we wonen er niet!) is het Neder
lands dat we hier spreken - als we het al
spreken - veelal nog Hollands. We zijn
blijven stilstaan midden in een levende
taal, of beter gezegd, we zijn een ander pad
ingeslagen. In Indië wasje taal veel Maleise
woorden rijk, die werden opgenomen in
het Hollands en als correct beschouwd.
Hier in Amerika gooien we er ook nog eens
Engelse woorden door. Zodoende ontstaat
een springlevend, uiterst dynamisch, en
soms komisch taaltje. Dat merkten we toen
we eens bezoek kregen van een Indisch
echtpaar uit Holland met vakantie hier. Ik
sprak van Algieren. Ludwig keek me aan
en een aarzelend lachje speelde om zijn
mond. Voorzichtig zei hij: 'Je bedoelt Al
gerijnen?' We schoten allemaal in de lach,
natuurlijk bedoelde ik dat, maar
Algieren klonk me heel goed in
de oren. Het geval wilde ook
nog dat Hetty bij het naar
huis gaan haar jasje zocht
dat ze mij had aangereikt
om op te hangen toen ze
binnen kwamen. Het bleek
dat ze het bij een andere
familie had laten liggen. Wel
was ik geschrokken, want ik herin
nerde me totaal niets van een jasje. Bij het
naar huis gaan stak ik mijn hoofd in de
auto en zei: Ik ben zo blij te weten dat ik
nog geen Alzenheimer heb, en ik keek naar
Ludwig die alweer wat flauwtjes lachte.
Gauw zei ik: 'Ik weet dat het Alzheimer is,
mensen, maar we hebben een kennis die
het Alzenheimer noemt en dat hebben we
overgenomen. Algemene hilariteit.
Ik had het onlangs in een telefoongesprek
naar Holland over een hoog cholesterol
gehalte dat, zei ik, zeker vetkluiten in de
bloedsomloop zou veroorzaken. Dat klonk
me prima in de oren. Maar mijn vriendin
aan de andere kant van de lijn was even
stil en vroeg toen beleefd: 'Je bedoelt
vetklonters?' Adoeh! Heeft iemand nog dat
barongan boekje? Ik kan er vast nog een
hoop uit leren!
Juul Lentze groeide als kind op in Malang. In
1957 emigreerde ze naar de Verenigde Staten.
Elke maand schrijft Juul Lentze in Moesson over
haar belevenissen in haar woonplaats Ocala,
Floria en over toenfroeher.
'^3 1 ff W
30