Poirrié's perikelen En al die anderen Agenda januari-februari Varia Kantjil en Suzette Winternachten Daniel Sahuleka in concert Opera met melk en suiker Sommige Kerst- en Oud en Nieuw- vieringen wijken zo sterk af van het traditionele patroon dat ze net zo storen als een paar oude kerstballen die tussen de glinsterende versiering hangen van je kerstboom. Die in de loop der jaren dof geworden dingen zou je graag kwijt willen, maar om de een of andere reden lukt je dat niet. Veel van die afwijkende vieringen vinden plaats als er erg weinig reden tot vrolijkheid is. De nood misschien zelfs zo hoog is dat feesten onmogelijk of tenminste ongepast is en de Kerstgedachte een sterke opleving doormaakt. Dan vervalt meestal ook de behoefte aan allerlei cadeautjes en komt alleen een voorspoedig nieuwjaar op het verlanglijstje te staan. Tijdens de jaarwisseling van 1950/1951 zaten we veilig en wel op de Volendam, in de buurt van het Suezkanaal. Eigenlijk zat daar een typische 'point of no return'-symboliek in. Op het moment dat we het oude j aar voor het nieuwe verruilden, voeren we letterlijk en figuurlijk vanuit de Oostelijke wereld de Westerse binnen en lieten ons geboorteland definitief achter ons om op vreemde bodem een nieuw bestaan op te bouwen. Op dat moment tilde ik daar niet zo zwaar aan. Als boedjang vond ik het zelfs een beetje interessant. Wat me echter net zo stoorde en is blijven storen als een lelijke kerstbal tussen een boel mooie, was de aanloop naar diezelfde jaarwisseling. In afwachting van passage was ik ingedeeld bij de staf van het doorgangskamp Tandjoeng-Oost. Dit voor malig interneringskamp werd bevolkt door 'uitgeprocedeerde' inheemse KNIL-militai- ren en hun gezinnen. Die mannen hadden een keus moeten maken uit 'ontslag leger' met een oprot-premie of overgang naar de Tentara Repoeblik Indonesia Serikat (TRIS). Beide mogelijkheden waren allesbehalve aanlokkelijk. Als nieuwbakken burgers van wie bekend was dat ze een som geld in huis hadden, vormden de mannen een aantrekkelijke prooi, en als ex-militair van het koloniale leger konden ze bij de TRIS op een 'voorkeursbehandeling' rekenen. Niet zo verwonderlijk dat de stemming slecht was en er soms relletjes uitbraken. Na het vertrek van deze afgedankte mannen arri veerde er een TRIS lcwartiermakersgroep om de legering van een voor uitzending bestemd infanterie bataljon te regelen. Commandant was majoor Beckx, S3 (officier operatin) van het bataljon. Beckx was een Indische jongen en oud-Gadja Merah. Hij had als sergeant-majoor van het KNIL met de ongeveer een compagnie sterke vliegen de brigade als 'brandweer' van de Y-Brigade opgetreden op Zuid-Sumatra. Ik vertel dit omdat ik hem goed heb gekend en in kamp Tandjoeng-Oost een laatste gesprek met hem heb gehad. Daarom weet ik ook dat hij net als wij naar Holland had gekund, maar na veel wikken en wegen daar van had afgezien. De voornaamste reden was dat hij weigerde zijn inheemse soldaten in de steek te laten. Daarom ging hij samen met hen over naar de TRIS, wetend dat ze zich alras zouden moeten 'bewijzen'. In de voorhoede, waar ze vaak tegenover oud-wapenbroeders zouden komen te staan. Beckx' besluit werd door sommigen van ons afgekeurd, maar ik denk dat er veel moed nodig was om zo'n beslissing te nemen. Toen wij veilig en wel naar Holland voeren, waren Beckx en zijn mannen druk bezig met het uit naam van de Repoeblik bestrijden van een 'brand haard' op Zuid-Celebes, zoals ze dat eerder op Zuid-Sumatra hadden gedaan voor de Nederlandse zaak. Voor hen was er naast een volkomen verziekt Oudjaar en aller minst voorspoedig Nieuwjaar alleen maar een ongewisse toekomst. In vergetelheid, want aan zulke dingen worden we liever niet herinnerd. Toch maar de beste wensen, allemaal. Jack Poirrié groeide op in Batoeradja en woont sinds 1951 in Nederland. Elke maand schrijft Jack Poirrié in Moesson over zijn perikelen. tips@moesson.com In restaurant Kantjil en de Tijger in Amster dam kun je naast Indonesisch eten kijken naar werk van Indische kunstenaars. Van 23 januari tot 19 maart is er een tentoon stelling met werk van Moesson-illustratrice Suzette Huwae te zien. Meer informatie: Restaurant Kantjil en de Tijger, Spuistraat 291-293, Amsterdam. Tel. 020 - 620 09 94, www.kantjil.nl Van 20 tot en met 23 januari bieden het Theater aan het Spui en Filmhuis Den Haag weer plaats aan het Winternachten Festival. Thema van het festival is dit jaar beeldcultuur en woordcultuur in Oost en West. Indonesi sche gasten dit jaar zijn poppenspeler Slamet Gundono en schrijver Agus Sarjono. Verder geven Indonesiëcorrespondent Dirk Vlasbom en schrijfster Hella Haasse acte de presence. Meer informatie: www.winternachten.nl Zanger Daniel Sahuleka treedt weer op. Op 15 januari speelt hij in het Pirn Jacobsthea- ter in Maarssen. Tijdens het concert speelt Sahuleka ondermeer nummers van zijn nieuwe cd Colorfool. Meer informatie: www.sahuieka.com Op 4, 6, 8, 9, 11 en 12 januari voert Het Mu ziektheater/De Nederlandse Opera de opera Tea op. Tea speelt in het Japan en China van de 9e eeuw, waar twee jonge mannen januari 2005 31

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 31