De verhuizing estafettecolumn 0 Ben Markx Sahuleka op je deurmat Eenmalige cd-aanbieding Sahuleka fool Vorige maand verlootten we drie exem plaren van Colorfool, de nieuwste cd van Daniël Sahuleka. De volgende mensen kunnen binnenkort Daniël Sahuleka op hun deurmat verwachten: Jos Inez Austen uit Arnhem, E.M. Zwaanswijk uit Den Haag en M.van Ligten uit Driel. Gefeliciteerd! Zojuist zijn verschenen: Pardon My Bop van het Rob Agerbeek/Ruud Brink Kwartet met Harry Emmery Jo Krause en That's All Ann Burton Mark Murphy meet the Rob Agerbeek Kwartet met Harry Emmery Frits Landesbergen. Moesson-lezers krijgen de cd's voor 14,00 per stuk thuisgestuurd (winkelprijs 17,50). Stort 14 euro (inclusief verzendkosten) op rekening 25.30.86.132 t.n.v. Stichting Uitgifte Contemporaine Jazz muziek in Den Haag en onder vermelding van de titel van de cd die u wilt hebben. Voor verdere inlichtingen: Blue Jack Jazz Records, tel. 070-328 07 07. Het is twaalf jaar geleden dat ik voor het laatst verhuisd ben. Sinds mijn huwelijk woon ik op hetzelfde adres. Toch heb ik nog steeds de krie bels om te verhuizen, maar mijn vier kinderen en mijn vrouw willen daar niet aan denken. Mijn vader was gewend aan verhuizen. Als KNIL-militair was dat immers de normaalste zaak van de wereld. In Indië, in Nederland: ver kassen zat in de genen. Ik ben in 1955 in Bergen op Zoom, tegenover de kazerne, geboren. Mijn ouders hadden toen al een wereldreis achter de rug, maar bleven ook in Nederland 'in be weging'. Mijn vader ging in mijn geboortejaar met pensioen en besloot om een Indonesisch restaurant te beginnen in het Achterhoekse plaatsje Enter. Raar misschien, maar ik kan mij de reis in een klein autootje naar Enter nog her inneren. Waarschijnlijk heb ik toen mijn trauma voorverhuizen opgelopen. Zolang ik me kan herinneren waren we met het gezin aan het verhuizen. Van Enter naar Deventer, waar mijn ouders het zeer succes volle restaurantje Warung Djawa hadden, en binnen Deventer een stuk of tien keer. Zodra er namelijk iets teveel allochtonen - mensen uit Indonesië, Turkije, Marokko - in de wijk kwamen wonen, waren we vertrokken. Want wij hoorden niet bij de allochtonen, wij waren 'blanda's'. In de praktijk heeft me dit vaak dwarsgezeten. Mijn uiterlijk was donker en mijn innerlijk was wit, maar toch werd ik niet overal geaccepteerd als Nederlander. Boven dien, als je ouders een Indonesisch restaurant hebben, helpt dat natuurlijk ook niet. In de jaren zestig werden de nieuwbouwwijken uit de grond gestampt en die waren elke keer weer groter, chiquer, beter. Dus zodra er teveel buitenlanders in de buurt kwamen wonen, verhuisden wij van de Douwelerstraat naar de Lutgerstraat,Stoevelaar, vervolgens naar de Keizerslanden waar de middenstand woonde, door naar de Nieuwstad in Zutphen en uitein delijk aan de chique Capellelaan. Als mij - en mijn twee broers en zeven zusters - medegedeeld werd dat we gingen verhuizen, gebeurde dat heel simpel, zonder veel bomba rie:'We gaan verhuizen'. En dat was het. Ik was dan toch een beetje blij want het is spannend, je krijgt een leuker huis in een betere buurt en met een nieuwe kamer. Dan gingen we met z'n allen kijken en een maand later woonden we er. Heel geroutineerd en heel geconditioneerd. Je wist niet beter. En het was ook niet verve lend. Ik heb een fijne jeugd gehad en met de familie deden we altijd veel leuke dingen. Maar nu, terugkijkend, blijkt het toch een on rustige en rare periode geweest te zijn. Ik had vooral veel pijn en geestelijk was ik in de war. Ik kon nergens aarden en ik weet ook niet of ik kon wennen aan al die verschillende scholen waar ik naartoe ging. In Deventer hadden alle katholieke scholen dezelfde naarm'Bernardus- school' met dan de toevoeging van de straat naam. Zoals de 'Bernardusschool Centuurbaan', of de 'Bernardusschool Houtmankade'. Het waren er een stuk of vijf, zes. Ik heb op al die scholen gezeten. Veel kans om vriendjes te ma ken in de buurt of op school had ik natuurlijk niet. De kans was groot dat ik het jaar daarop alweer verhuisd was. Het lijkt er nu op dat verhuizen in de genen zit van onze familie. Op één broer na zijn mijn andere broer en zeven zusters vrijwel continu on the move over de hele wereld. Ook ik ben, vanaf mijn eigen verhuizing naar Amsterdam in 1972, binnen Amsterdam blijven verhuizen. Een keer of twintig, schat ik zo. Ik had zelfs mijn interieur er op aangepast: niet te veel en niet te duur. Ik begon op een kamer in een pand aan een gracht, en langzaamaan verhuisde ik naar woningen die groter en chiquer waren, tot waar ik nu woon. In een fijne buurt vlakbij het Concertgebouw, hartje Amsterdam. Het was dus nooit verhuizen enkel en alleen om het verhuizen. Het was wel telkens een stapje hogerop wonen, in een betere buurt, met iets chiquere medebewoners. En waarom? Was ik ergens naar op zoek? Ik weet het niet precies, maar in mijn jeugd is een onrust ontstaan die zich nu al twaalf jaar, weliswaar door mijn vrouw en kinderen opgelegd, rustig houdt. Nu ik wat ouder ben hóef ik me niet meer te verantwoorden, ik bén Indisch, mijn kinderen blijven fijn altijd bij mij wonen en ik wil niet meer verhuizen. Hoewel, een beetje kriebel moet ik af en toe toch wel onderdrukken. Ben Markx, ondernemer Q»arfet januari 2005 7

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 7