iü 1
Hiroshima mon ami
Annemarie en Ruud
alweer 35 jaar samen
2 juli 1970 - 2 juli 2005
Gefeliciteerd!
"Heeft u nog mooie herin
neringen op dia's, negatieven
en/of smalfilms in huis?
U kunt het nu allemaal op TV
of PC bekijken!"
we make your memories digital!
"Specialist in het overzetten
van foto-negatieven, dia's
en smalfilms naar DVD of CD."
www.trigger.nl 030-6308518
estafettecolumn
Eric Schneider
r
l
10 10 10
trigger
01 01 OL
Toen ik gevraagd werd om iets voor
Moesson te schrijven was mijn eerste ge
dachte: nee nee, niet al die herinneringen,
die identiek zijn aan de herinneringen
van mijn generatiegenoten, geboren in
de dertiger jaren, wéér benoemen en op
schrijven! Soms heb ik de indruk minder
met Indië te leven dan mijn generatiege
noten; dat Indië dat 'van ons' was en dat
in onze herinnering alleen maar mooier,
zoeter en vooral nostalgischer wordt.
Het rare is dat ik ook nooit ben terug
gegaan naar dat Indië van de verhalen,
dat Indië van de kampen, dat Indië van
kort na de kampen. Nee, ik leefde er niet
mee en eigenlijk nóg niet echt. Het enige
dat ik wel eens doe met collega-acteurs
die uit die tijd stammen is overdreven
petjö praten als we elkaar tegenkomen,
tegen elkaar opbiedend met die prach
tige klanknabootsende woorden; leuk
en het geeft een band. Maar wat voor
één? Geen bloedband: we zijn gewoon
allemaal driedubbele boerenheikneu-
ters geworden! Een herinneringsband
wellicht? Misschien. De zon, de regen, de
geuren en de klanken, 't is niet uit ons
geheugen te wissen en wordt langzaam
een cliché. Waarover zal ik dan schrijven
moeten? Over dat we oorlogskinderen
waren? Maar er waren in die jaren, en
over de hele wereld, oorlogskinderen,
tienduizenden! Lot en noodlot was mas
saal en haast abstract. En het overleven
gaat gewoon verder en het verleden
verdampt heel langzaam tot er wat losse
gedachten overblijven.Tot dat... ja, tot
dat lot en noodlot terugkeren tot iets
uiterst persoonlijks, een confrontatie, een
ontmoeting die je najaren doet beseffen
datje wérkelijk iets hebt overleefd.
In de negentiger jaren werd ik gevraagd
een rol te spelen in het befaamde toneel
stuk Eindspel van Samuel Beckett. Het is
een stuk dat eigenlijk gaat over het einde
van de wereld: een vader en een zoon,
samen met de grootouders die zich in
vuilnisbakken hebben teruggetrokken,
wachten - niet ongeestig trouwens - op
de bevestiging dat er iets gebeurd is dat
uiteindelijk iedere vorm van leven doet
uitsluiten, alsof de atoombom geval
len is. Het werd geregisseerd door een
beroemde Japanner: Joshi Oida. Ik moet
zeggen: een fenomeen. Ook al sprak hij
gebrekkig Engels en een paar woorden
Frans, hij wist alles duidelijk te maken en
zo in interessante banen te leiden. Privé
bleef hij eigenlijk zeer gesloten. Tot hij
hoorde dat ik op Java was geboren en in
de kampen de oorlog had overleefd. Onze
geschiedenissen vervlochten zich en lot
en noodlot culmineerden in één datum:
zes augustus negentien vijf en veertig.
De dag ervoor was Joshi door zijn moeder
met een mand eten naar zijn grootouders
gestuurd, die ruim vijftig kilometer buiten
Hiroshima woonden. Met de bus vertrok
hij naar het dorp van zijn grootouders.
Nooit zag hij zijn ouders, broers en zuster
terug. Die dag heeft mijn leven bepaald
en misschien wel gered. Tientallen jaren
later treffen deze twee war-children
elkaar, in Nederland, aan de Noordzee,
repeterend aan het noodlotsdrama
Eindspel\ Volgens mij bestaat er ook geen
toeval: Joshi Oida en ik werden geboren
in negentienhonderd vier en dertig en we
schelen één dag, van de maand waarin
de wereld nooit meer hetzelfde zou zijn:
augustus vijf en veertig.
Eric Schneider geeft het stokje door aan
zijn broer F. Springer.
augustus 2005