Waar zijn de bomen? Ilse Theresia van Prehn-Lapré Jenny Leonie Lantzius column door Zeffrey Alkatiri Met alle dierbaren om ie heen was het gevecht voor jou alleen We zagen wel je stil verdriet maar helpen konden wij je niet Ondanks je ongelijke strijd raakte jij je geloof niet kwijt Onze gebeden mochten niet baten in berusting heb jij ons verlaten Te vroeg nam je afscheid Je nam afscheid zoals je was, trots, moedig, sterk, dapper, behulpzaam, intelligent en liefdevol. Soerabaja, 26 november 1949 t Rotterdam, 3 september 2005 Heer ontvang haar met alle liefde welke zij ons ook zo vaak gaf Max Marcel Watteren Marjolein Robert Fam. van Prehn Fam. Lapré Correspondentie-adres Merwedestraat 8 2987 CJ Ridderkerk Vergeet haar tranen, bewaar haar gulle lach. Zij heeft haar strijd gestreden, dat zij nu vredig rusten mag. Toch nog onverwacht is van mij heengegaan mijn lieve zuster Batavia, 9 maart 1924 t Amsterdam, 7 augustus 2005 Els de Groot-Lantzius Correspondentie-adres: Louis Bouwmeesterstraat 60 1065 KX Amsterdam De crematieplechtigheid heeft in besloten kring plaatsgevonden. De Indonesische schrijvers Zeffrey Alkatiri en J.J. Rizal schrijven afwisselend een co lumn waarin ze verbanden leggen tussen Batavia en het huidige Jakarta. Veel topografische gebieden en straatna men in Jakarta dragen de naam van een bepaalde boomsoort. Maar als je vraagt waar deze bomen zijn, zal men waarschijn lijk moeite hebben de desbetreffende boom te kunnen traceren. Veel van die bomen zijn namelijk verdwenen. Het vernoemen van gebieden naar namen van bomen begon al voor de Nederlandse tijd. Waarschijnlijk is Batavia vroeger, van wege uitbarstingen van de Cunung Gede en de Gunung Salak erg vruchtbaar geweest. De vruchtbaarheid kan afgeleid worden uit de vele namen van gebieden die verwij zen naar plantages, zoals Pisangan (een gebied met veel bananenbomen), Cimang- gis (met veel manggisbomen), Kayu Putih en Kampung Ambon, vernoemd naar de ambonboom en niet naar de inwoners van Ambon. Waarschijnlijk groeiden er ook veel djatibomen, want er zijn nu nog steeds ge bieden naar vernoemd, zoals Kebon Jati,Jati Padang enJatinegara. Maar denk ook eens aan Kebon Jahe (gembertuin), Kebon Sayur (groentetuin), Kebon Nanas (ananastuin) en Kebon Kacang (pindatuin). Het vreemde is dat er geen gebied is dat Kebon Tebu (suiker riet) heet, terwijl bijna de helft van alle plantages vroeger uit suikerrietplantages bestond. Het is ook vreemd dat kampong Condet in Pasar Minggu, die bekend staat om zijn salakplantages, niet kampung Salak genoemd is. De naam voor een gebied werd gegeven door de zogenaamde 'Stadsgemeente Bata via', zowel voor als na de onafhankelijkheid. Ook regelde de 'Stadsgemeente' het samen voegen van gebieden. Maar tot op de dag van vandaag weet niemand eigenlijk welk gebied vermeld staat bij de'Stadsgemeente Batavia' en welk gebied vermeld is in het beleid van de gemeente Jakarta. Behalve namen van bomen en plantages hanteerde de 'Stadsgemeente Batavia' ook namen van bloemen voor het benamen van gebieden, zoals Teratai (lotus) en Anggrek (orchidee). Het gebied Johar in Jakarta is een voor beeld van een gebied dat naar een boom vernoemd is. Dit gebied werd op bevel van Oscar van Nispen, de resident van Batavia in 1877, beplant met joharbomen om zo het hete en kale Batavia wat meer groen te ge ven. Vandaag de dag heet het Johar Baru.m verband met de uitbreiding van het gebied. Behalve Van Nispen nam ook Daendels initi atieftot het planten van bomen. Hij gaf de opdracht om djati- en asembomen te plan ten langs de weg van Anyer naar Panarukan. Tot grote spijt van ex-president Wahid heeft zijn opvolger, president Megawati, alle eeuwenoude djati- en asembomen langs de kant van de weg in Banyuwangi, Proboling- go en Panarukan laten kappen. In de tijd van de compagnie werd ook regelmatig gekapt, om wegen en tuinen aan te leggen. Uit veiligheidsoverwegin gen werden bomen gekapt zodat men de bewegingen van de vijand in de gaten kon houden. Ook werden er in de twintigste eeuw veel bomen geveld als brandhout voor de stoomwals. Vroeger was Batavia rijkelijk begroeid. Aan weerszijde van elke straat groeiden verschillende soorten bomen. Vooral in de elitewijken zoals de Oranje Buurt en de Menteng Buurt. Sinds de tijd van gouverneur Ali Sakidin in 1967, is er prioriteit gegeven aan het groe ner maken van de stad. Maar omdat er geen harde sanctie op staat, zijn er al veel oude bomen uit de Bataviatijd geveld. Vooral voor de aanleg van de snelweg om Jakarta. Met het verdwijnen van de eeuwenoude Bataafse bomen zijn ook de kappers, die vroeger hun service verleenden onder deze bomen, met de noorderzon vertrokken. Vooral de kappers die onder de bomen vlakbij de militaire kazernes zaten. Vandaag de dag verlenen ze hun service in de nieuwe Barbershops, voorzien van airconditioning. Bomen vormen de stille getuigen van de geschiedenis. Het is triest dat een boom of plantage tegenwoordig alleen nog herkend wordt uit botanische boeken en de Jakartaan niet meer weet waar de bomen zelf zijn. oktober 2005 41 i'l'UH—MUIT*'i"iiiiPitfaa!SiBlr 1 Mfi.mnniwinnnm w „iHirfh

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2005 | | pagina 41