Op zoek naar onze roots estafettecolumn o Sita van Bemmelen Oosterlengte-Westerlengte Oplossing prijsvraag Eind vorig jaar heeft het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT) haar volledige collectie land- en zeekaarten van Nederlands-lndië, de Nederlandse Antillen en Suriname uit de periode 1850-1950 gedigitaliseerd. Via het internet hebben cartogra fen, historici en andere geïnteresseerden toegang tot de kaarten. Zij kunnen binnen de collectie op geografische locatie zoeken en door verschillende kaarten navigeren. De digitalisering is onderdeel van het zogeheten 'Erfgoed Extra Project', waarmee het KIT -dankzij steun van het Ministerie van Buitenlandse Zaken - achterstanden in behoud en beheer van koloniaal erfgoed heeft weggewerkt. Meer informatie: 020 - 568 8711 ofwww.kit.nl Uiteraard wist iedereen die meedeed met de prijsvraag in het decembernummer van Moesson dat het ging om de Kathedraal van Jakarta. Helaas zijn er maar vijf exemplaren van Indonesië: 500 oude prentbriefkaarten te verloten. De gelukkige winnaars zijn: N. Bruijs-Boekestijn uit Bergen op Zoom,Th.H. Korfage uit Zeist, L. Laurens-Timmermans uit Almere-Haven, P.H. Mansveld uit 's-Gravenzande en N.Tesser uit Nijmegen. Gefeliciteerd! Mijn overgrootouders van moederskant trouwden in 1910 in Yogyakarta. Ik heb nog een prachtige zwart-wit huwelijksfoto van hen in bezit. Alice Masquerier Hofland, mijn grootmoeder als meisje van in de twintig in een prachtige getailleerde lange jurk met lange mouwen. Het geheel met Parijse kanten afgezet,compleet met sluieren bruidsboeket.ThomasJohan Baumgarten met martiale snor, gekleed in een zwierig zwart kostuum, het kort gesneden colbert met ronde revers over iets wat nog het meest lijkt op een kort jasje, gesteven met hoge boord en olijk ogende gepunte pandjes. Het bruidspaar staat op de trappen van het marmeren bordes van een koloniaal huis, met twee bedeesde bruidsmeisjes naast ze en achter hen een troepje feestelijk geklede familieleden en vrienden. Naast het bordes staat de chauffeur, voor de gelegenheid in een wit pak, maar wel met een Javaanse blangkon op het hoofd. En voor het bordes staat... een auto! Op de voorplaat en voor de wielen prijken fraaie bloemstukken. Kortom, het moet een luxe bruiloft geweest zijn waarvoor kosten noch moeite gespaard werden. In 1988, toen ik zelf pas getrouwd was met mijn van Bali afkomstige echt genoot waarbij mijn ouders en broer met vriendin ook aanwezig waren, besloten we om bij ons bezoek naar Yogyakarta een poging te wagen om onze roots terug te vinden. We hadden een foto van het oude plantershuis van opa Tom op de tabaksonderneming Wringin op zak en wisten alleen dat het ergens langs de weg tussen Yogyakarta en Kaliurang moest liggen. We huurden een auto en eenmaal op weg stapten we op aanraden van onze gids uit bij een districtskantoor. Dat bleek een verstandige inval. Een ambtenaar kon ons vertellen dat hij weliswaar geen weet had van een on derneming Wringin, maar wel een dorp met die naam kende. Daar gingen we op af. In het dorp Wringin vervoegden we ons bij het kantoor van het dorpshoofd, de lurah. Deze kon ons niets wijzer maken over een eventuele plantage Wringin en haalde er een oudere dorpsgenoot bij. Deze krasse man van in de zestig richtte zich tot mij, wees naar de overkant van de weg en zei met een big sm/7e:'Hier, direct aan de overkant van de straat stond de onder neming, mevrouw. Afgebrand bij de tweede politionele actie!' Hij nam ons mee naar de oude locatie, waar alleen nog wat over was van de vloer van het oude gebouw. Ook meldde hij dat pas 7 jaar daarvoor de hoge schoor steen was afgebroken die gebouwd was toen op de plantage nog indigo werd geproduceerd. Het ding moet er zeker langer dan een eeuw gestaan hebben. Inmiddels had zich een heel gezelschap dorpelingen rond ons verzameld. Ik vertelde dat mijn overgrootvader en ook zijn vader en overgrootvader hier als planters gewerkt hadden. Ik voegde eraan toe, dat mijn betovergrootmoeder zelfs uit deze buurt afkomstig was. De opgetogen conclusie van de dorpsge noten was: dan hebben jullie vast nog familie in het dorp! En daar werd guitig aan toege voegd: en wie weet nog wel achterneven en nichten! De klap op de vuurpijl kwam van een jongere man die me een onnavolgbaar voorstel deed:'Ben je nog niet getrouwd? We kunnen hier best een man voor je zoeken, hoor!' Sita van Bemmelen is historica en geeft het stokje door aan Claudine Helleman. januari 2006

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2006 | | pagina 9