Brieven
OUDE VRIENDEN, NIEUW JASJE
Zoals de nieuwe Moesson eruit ziet kan ik
alleen maar toejuichen! Nieuw jasje, jonge en
oude mensen. Dat is de toekomst, de nieuwe
generatie die de oude bij de hand pakt, zodat
die zich niet vergeten weet. Dank u wel.
Ik was al heel lang op zoek naar een mede
passagier die in augustus/september 1953
op de MS Oranje de overtocht van Java naar
Nederland maakte. Ik was zijn naam, P.H.
Mansveld, al eerder ergens tegengekomen en
heb toen na een speurtocht op internet een
telefoonnummer gevonden. Ik heb de stoute
schoenen aangetrokken en het nummer ge
beld. Helaas, het was niet de man die ik zocht.
In het januari-nummer van Moesson kwam
ik zijn naam weer tegen omdat hij een boek
had gewonnen. Ditmaal stond er ook een
plaatsnaam bij. Ik heb weer een speurtocht
op internet gedaan en heb zijn adres en tele
foonnummer gevonden. Ik was aanvankelijk
wel een beetje huiverig om te bellen. Er zitten
maar liefst 53 jaren tussen. Ik probeerde hem
afgelopen zaterdag te bellen, maar helaas:
geen verbinding. Vandaag 10 januari het toch
weer geprobeerd en ik kreeg de heer Mans
veld weer aan de telefoon. Het gesprek ging
zo'n beetje als volgt:
'Bent u Paul Mansveld?'-'Ja.'
'Heeft u in Nieuw Guinea gediend?'-'Ja.'
'Bent u in 1953 met de Oranje naar
Nederland gekomen?'-'Ja.'
Tenslotte vertelde ik hem wie ik was en hij
kon zich mij herinneren.Te gek!
Het werd me emotioneel even te veel en
moest ik naar woorden zoeken, maar die wa
ren er al gauw weer. We hebben nog een poos
gebabbeld over de andere jongelui aan boord
en hij herinnerde zich Hans Benschop heel
goed. Ik heb meer contact met Ben Benschop
en met zijn zusje Gerry heb ik destijds de
boot onveilig gemaakt. Het heeft gewoon zo
moeten zijn, de tijd was daar en is het geen
toeval dat ik nu achter zijn adres kwam, hier
ben ik helemaal van overtuigd. Alles komt op
zijn tijd, niet de tijd die wij denken te vinden!
Herinnering, herkenning en ontmoetingen,
dit alles houdt de Moesson in! Dank u wel.
Maudy Angenent-van Raemdonck (via e-mail)
300 JAAR ONDERDRUKKING?
In het oktobernummer van Moesson staat in
het artikel over Beb Vuijk dat ze de pemoeda's
in bescherming neemt omdat die onder ande
re 'geestelijk weerloos door 300 jaar koloniaal
regime'zouden zijn. In ditjaarvan herdenking
stoor ik me vooral aan die 300 jaar koloniaal
regime, als zou dat één en al verschrikking zijn
geweest. Kent u onze'koloniale'geschiedenis?
Na de oorlog kende ik die nog niet goed door
de studie-afbreking. Maar in de jaren 1950
erfden wij een uitgave van de Winkler Prins
Algemene Encyclopaedie. Daarin las ik hoe de
VOC is opgericht in zestienhonderdzoveel,
voor betere strijdkracht tegen de vele andere
handelsverenigingen uit onder andere Europa
en daarna pas in achtienhonderdzoveel komt
de Nederlandse regering in beeld en ontstond
uit de handelskoloniën - handelsvestigingen
- langzaam Nederlands-lndië. Ik las hoe dat
grote eilandenrijk werd bestuurd en met ken
nis van zaken aan de opbouw en ontplooiing
werd gewerkt door alle bevolkingsgroepen,
verschillende nationaliteiten met hun eigen
godsdienst naast en met elkaar levend en wer
kend. Dit is echt niet alleen maar onderdruk
king en discriminatie, zoals dat tegenwoordig
voor in de mond ligt. In het Nederland van
toen was het niet beter-en nu?
Is de geschiedenis van Nederlands-lndië niet
goed onderwerp om over te schrijven in onze
50-jarige Moesson? Dan weten onze jongere
generaties tenminste hoe de zaak echt in
elkaar zit, zonder een politieke kleur.
Wat is er over de bersiaptijd bekend? In
Djokja kregen wij te maken met jongelui,
gewapend met bamboespiezen en kapmes
sen, direct na de capitulatie ontstond er een
gezagsvacuüm. De Engelsen moesten de
macht van de Japanners overnemen, maar
kwamen te laat![...j
Mevrouw L Wolff, Terneuzen
DE KASTROLIEPLANT (2)
Ik wil graag reageren op de brief van H. Ulrich
in het decembernummer over de Djarakplant
(kastrolieplant).
ledereen moest deze plant tijdens de oorlog
in de tuin kweken en de pitten inleveren.
Daarvan werd olie geperst voor Japanse
vliegtuigen, werd alom gezegd.
Tot mijn grote verrassing zag ik vele jaren
geleden in Spanje de djarak overal in het wild
groeien. Aldaar heet de plant (struik) Palma
Christi, heeft gevlekte bladeren en is mooi.
Tijdens mijn 20-jarig verblijf in Spanje heb ik
nooit de pitten zien oogsten.
K. Koets, Amsterdam
HALIN
Als reactie op het artikel 'Help Halin hel
pen' in het decembernummer, graag het
volgende. Interviewer Vilan van de Loo had
mijns inziens toch moeten weten dat onze
achtergebleven landgenoten in Indonesië
geen Indische Nederlanders zijn, doch warga
negara Indonesia.
Wat Pierre Bovens over Soekarno beweert
gold bij mijn weten alleen voor diegenen
die in het bezit waren van een Nederlands
paspoort. Indo's die voor het Indonesisch
staatsburgerschap hadden geopteerd en
ambtenaar waren, werden niet ontslagen.
Ik was toen spijtoptant en was tot aan mijn
vertrek naar Nederland in januari 1965 amb
tenaar in Indonesische overheidsdienst en
heb op eigen verzoek ontslag genomen. Gelet
op de door mij opgemerkte onjuistheden
behoeft het artikel rectificatie.
Harold Charles, Maastricht
12
moesson