rn gesprek met Reggie Baay
In de Indische literatuur komen we hem tegen: het personage van de zwijgende vader.
De Indische man die, beschadigd door de gebeurtenissen tussen 1942 en 1950, niet of
nauwelijks over het verleden spreekt. Dat was ook het geval bij de vader van Reggie
Baay. Toen Reggie na het overlijden van zijn vader onverwacht meer over hem te we
ten kwam, besloot hij een boek over hem te schrijven, De Ogen van Solo.
HERMKE HOMMES
De Ogen
van Solo
'Mijn vader was een zwijger. Uit mijn kindertijd
kan ik me langdurige periodes herinneren dat
hij echt nauwelijks sprak. Een gevolg van zijn
traumatische ervaringen tijdens zijn krijgs
gevangenschap in Birma en Siam en - later
-tijdens de bersiap.Toen ik ouder werd, kon ik
dat zwijgen pas duiden en begreep ik dat het
niet een kwestie was van niet willen, maar sim
pelweg een kwestie van niet kunnen. Natuurlijk
heb ik er op bepaalde momenten moeite mee
gehad dat ik op vragen geen antwoord kreeg.
Geen antwoord kon krijgen. Naarmate ik ouder
werd begreep ik echter dat ik beter kon investe
ren in wat hij wél zei, hoe beknopt of onvol
ledig dat ook was. Als hij er straks niet meer
zou zijn,zo redeneerde ik,zou alle informatie
immers voor altijd verloren zijn.'
'Toen mijn vader plotseling overleed in 1998,
liet hij een stapel documenten en foto's uit
zijn verleden na. Ik vond dit materiaal bij het
ontruimen van het ouderlijk huis. Hij had die
spullen, zo voel ik dat althans, speciaal voor mij
bewaard. Aan de hand van deze documenten
en foto's én de weinige informatie die ik van
hem kreeg tijdens zijn leven heb ik dit boek
geschreven. Voor mijzelf, voor mijn kinderen
maar vooral ook voor anderen wilde ik dit beeld
van mijn vader schetsen. En daarmee het beeld
van zijn generatie. Mijn vaders geschiedenis is
immers exemplarisch voor de gehele Indische
eerste generatie. Je zou kunnen zeggen dat ik
De Ogen van Solo geschreven heb als eerbe
toon aan hem en zijn generatie; als hormat.'
Mystiek speelt een belangrijke rol in De Ogen
van Solo, maar voor mij ook in het dagelijks
leven. Dat wat men in het westen gemaks
halve maar"toeval" noemt, omdat er geen
rationele verklaring voor is, noem ik liever "de
loop der dingen". Het staat voor het besef van
- laat ik het zo maar noemen - het bestaan
van een "bijzondere wereld" buiten de onze.
Over mijn vaders graf heb ik, zoals ik ook in
het boek beschrijf, aarde uit Solo uitgestrooid.
Dat gaf me rust en voldoening; het gevoel dat
de cirkel daarmee rond was. Ik brand menjan
bij bepaalde gelegenheden en geef selama-
tans bij bijzondere gebeurtenissen. Niet zo
zeer in de hoop daarmee "de loop der dingen"
in positieve zin te beïnvloeden, maar meer
om hen die die bijzondere wereld bevolken
respect te betuigen.'
'Ik hoop dat uit het boek duidelijk wordt dat
ik bewondering heb voor mijn vader en zijn
generatie. Het is de veerkracht van de mense
lijke geest die mij fascineert. Het vormt een
belangrijk motiefin het boek. Hoe richten
we ons op na (zware) traumatische ervarin
gen? En welke mechanismen hanteren we
hiervoor? De eerste generatie heeft daarvan
sterke staaltjes geleverd. Ik vind dat bewon
derenswaardig en fascinerend.'
mei 2006
49