'Twee mannen in uniform
kwamen aan de deur
en mijn moeder moest
vreselijk huilen'
Humor en eenzaamheid
40 moesson
weer hard geworden. Nog een reep chocola,
in stukjes gebroken, de verpakking is aan
één kant open. Een pakje Lucky Strike. Dan
nog een plat blikje met sigaretten, waaruit
na 55 jaar de tabaksgeur opstijgt. Ook het
flesje 'Aqua Velva for after shaving' ruikt
nog als we het open maken. Dan vinden we
condooms. In twee kleine groen met witte
doosjes zitten in zilverpapier verpakte 'pro-
filactics'. Er is ook nog een in een katoenen
doekje gewikkeld kwart-liter-jenever-flesje.
De kurk is los gegaan, de vlekken op de lap
laten zien dat de jenever in de kist langzaam
is weggelekt en verdampt.
Dan is er nog een plat sigarenblikje, waarin
Nico fotootjes bewaarde. Foto's uit Indië,
zijn zusjes, een 'pleegmoeder', een foto van
soldaat Cunningham, die achterop had ge
schreven dat die foto was 'for Nicko, a damn
good buddy'. Maar die van zijn moeder droeg
hij in zijn portefeuille: jouw mammi' staat
er achterop geschreven. Deze leren porte
feuille zit in een bundeltje waarin ook nog
een kammetje zit, een identiteitsplaatje, en
een polshorloge. Dan vinden we een badge
van de Verenigde Naties, hetzelfde helder
blauwe embleem dat ons al jaren op jour
naalbeelden tegemoet flitst. Nico Geesdorp
was lid van de eerste VN vredesmissie, hij
was een blauwhelm.
Zo komt Nico Geesdorp heel dichtbij. Hij
staat symbool voor veel jonge mensen, uit
de oorlogsjaren in Indië, maar ook voor de
blauwhelmen van nu. Wie was hij, wat voor
soort jongen, hoe stierf hij? Had hij nog
familie, behalve zijn onvindbare moeder die
in Soerabaja had gewoond?
Documenten uit de kist geven wat antwoor
den. Volgens het uittreksel van het geboor
teregister werd hij in 1927 geboren als de
zoon van een (Nederlandse) ordonnans van
de resident van Djokjakarta en een inlandse
moeder. Zijn doopbewijs laat zien dat hij
katholiek is gedoopt.
Tussen de spullen
vind ik ook een paar
foto's van hemzelf.
Pasfoto's en een
groepsfoto, met een
paar soldaten maar
ook burgers, Indi
sche mensen. Nico is
een knappe jongen,
gaaf gezicht, innemende lach. Hij kijkt heel
vriendelijk, lief is eigenlijk een beter woord.
Er is één pasfoto waar hij heel ernstig kijkt.
Bovenaan is zijn legernummer gedrukt: het
is een foto uit de tijd dat hij zich meldde
voor Korea. In een kladje voor een brief aan
een meisje in Holland, met wie hij graag
wil corresponderen, beschrijft hij zichzelf:
'lengte 1.70m, zwarte ogen. Overigens ben
ik tamelijk slank van postuur, maar mijn
enig gebrek is dat mijn linker voet rechts zit
en mijn rechter voet links'. Humor heeft hij,