V. P. T. L.
fcixs
s/swarfi ara?- -
z tsnsX -E--
22«j;5« - cïr, SttSlA?
"*dS"SL«
SABEN HARI MASOEK PAJA
ZUurn, m. m» f"' "alt
i'Ht
Achter deze apocriefe afkorting- verschuilt zkhpohüeEpolitfo'nele^'taak 'van het
Aanhangsel van het Voorschrift voor de u 9 en zijn historie niet) en dit
ontmoeting in grote nood van »letna" 'j'ONG-TONG. Luister naar ons appel. Bre g
sche Nederlanders met verantwoordelgkheidsgevoel en
orde in onze gelederen.
Tegen het vallen van de avond was het bivak
in de avond betrokken, waar de troep met trei
zij het dan ook eniger mate op elkaar gedrongen,
juist voldoende ruimte vond.
Het zal omstreeks 2 uur 's nachts zijn. De maan
scheen vol en verlichtte het terrein helder .Vanaf
zijn zitplaats als officier van de nacht had de
toenmalige luitenant H. Gramberg eeri goed ov -
zicht over de slapende troep en de uitgezette
wachtposten. Meer om zelf wakker te blijven dan
cm de goedwaakse posten te controleren, maakte
hij voor de zoveelste maal een rondgang en be
vond zich juist ter plaatse waar de d™^ ee*
onder de bewaking van een post rustten, toe
groep van „Adoeh toeloeng zijn oor trot en
hij in de schaduw van een rotsblok worstelende
gestalten ontwaarde. Samen met de schildwac
trok hij een dwangarbeider van een lotgenoot af,
dien deze met een kapmes bewerkt had. ontwapen
de de man en gaf hem over aan de toegesnelde
wacht. Een en ander speelde zich snel af. doe
even vlug plantte het gebeurde zich voort als een
lawine Wakker geworden dwangarbeiders
schreeuwden ..Orang Atjeh!". de troep ontwaakte
met schrik, riep „Moesoeh", greep naar de wapens
en l:ep elkaar in de weg.
Reeds hoorde luit. Gramberg boven het geroeze
moes het qelik van grendels welke geopend en ge
goten en van patroonhouders, die in het magazijn
DeUTotstend dreigde gevaarlijk te worden en
tagrijnen was onmiddellijk nodig. Op dat ogen
blik liep een jonge Menadonese h°SS blijk-
does tegen de luitenant aan. De man was blijk
baar aangegrepen door een schrik. Luit. Gramberg
vatte hem bij beide schouders, plaatste
dat het volle licht op hem scheen en vroeg
woordde- .Toean Letnan Waarop luit. Gram
berg hernam: „Tidak ada orang Atjeh, orang stra-
pan sadja benkelai. Sekerang slompret mesti tioep
afslaa De man begreep hem, vatte zijn hoorn en
blies flink e™ zonder haperen afslag. Dit signaa
had een afdoende uitwerking en kalmeerde de
troep, doch de rust voor die nacht was verdwe
nen Onder het roken van sigaretten werd het
gebeurde in de sectiën besproken en de jonge sol
daten moesten van enkele oude sergeanten heel
wat horen.
De marechaussees, die, eveneens gealarmeerd, kalm
aanqetreden stonden, in afwachting van orders,
werden ten voorbeeld gesteld, opdat deze les aan
dc jonge troepen geen herhaling zouden behoeven.
Hij stond 's morgens op het volle acbterbal5.°,nu;^s
van de Amsterdamse tram. Zoals gewoonlijk was
het balconnetje vol natte mensen, want het regen
de. Hij keek over natte schouders heen naar natte
straten en betjèkke velden volplassenJEa hg gl
lachte filosofisch en zei zachtjes voor zich heen
maar ongetwijfeld bedoeld voor mij,ook brui
ne man: „Saben hari masoek paja. Nanti mat
Haf'waf was dat: ..Elke dag het moeras imStraks
"s ik dood ben, ben ik pas rijk! Dat Holland
vaak één groot moeras lijkt, dat is waar En dat je,
hoe hard je ook ploetert, maar niet toe kan komen
dat is vaak ook waar. Maar toch:
je dood bent? Wat een pessimisme! En hoe rijmde
dat met dat geduldige glimlachje.
Deze man, lezer, waar hij ook werkt, bij de ij
havens of Hemweg, was eens Atjeh-soldaat en hij
citeerde twee versregels uit een bekend refrein van
een bekend soldatenliedje van Brammet,e (de At
ieh-officier du Croo). Hoe antwoordde ik hem.
Met wee andere versregels: „Koeala Baroe Koeala
Baroe I 't Is terlaloe. manisee!" Hl, knipoogde.
We stonden geduldig mee te schommelen en te
2C b L ci.l Station.
onze wegen Hi] groette „aowl.jks.
met hoog opgetrokken kraag en handen in de zak
ken weg zeulde in de regen. En verbeeldde ik he
rae of Ooot hij het werkelijk? Ik hoorde toch zeker
het onvergelijkelijk moedige refrein, gezongen door
meer gesneuvelden dan overlevenden.
„Manisee, manisee!!
't Is terlaloe, manisee .1
„ADOE MAMAHE!"
Hier een liedje dat ik uit de tangsi Sabang van
de Pèlpolisie leerde:
„Adoe Mamahé
Djadi serdadoe
Pigi di perangan^
Tida takoet mati!"
Dan toonladder van boven naar beneden:
Di endral van Heutz mati di Lombok rawit.
"do si la sol la mi re do
Inz. door mej. L. M. Prins.
Ajo, nog meer van die oude oudjes! Laat ze met
sterven! Een branig-ras is ermee opgegroeid.
DJANGAN DERREKÜ
Milicien-fuif te Malang. Toneeluitvoering in de
Soos Aangrijpend stuk. Een der spelers, beroeps-
serqeant getrouwd met Inlandse vrouw, moet in
de dolk opheft, commotie in de zaal. Vrouw- staa
het stuk zelfmoord plegen. Op het moment dat hij
op en gilt: „Djangan Derrèk! Ingat anak-anakü
(Niet doen, Dirk! Denk aan de kinderen.)
EEN LEZER.
Van de heer A. Schakel kregen wij deze tant™tis^'e Stoombarkls'fn de omgehaalde
jaar Onzes Heren 1S93: „Landingsdivis.e van Hr. /ieeff e n belangrijk
van toen en die van na! Hlmsteralorie; toen was het doodgewoon keihard dienst-
Nu is het avontuur en wetenschap en t 9 lanae diensttijd door ..O, Grote God.
Je kmcmen. hel geiommelem L „ZZn Lel een, op He meneer recht,
VERZUCHTINGEN
(van een Hollandse huisvrouw van etage II over
nieuwe (Indische) bewoners van etage 1)
en stinke mens. in die keuke, stinke. Alles_m
knoflook as je mijn fraagt. En de hele dag maar
met fan die stene knotse tamme in far.diei gro
fiisels - ja watte? weet ik feel! gul sijn
wek daar niet fan! wille me altijt late proeve
son koekie of son flappie of so n ball^je
maar ik seg maar dat ik een sieke maag heb -
ik kijk wel uit, hoor, ik kijk wel link, uit.
meneer loop de hele dag in piama of hij lei
de hele dag in bet! En smorreges gaat-ie naar d
weesee met een hele fles water om ut daar op te
Se nou seg ik je toch - fan hiero sijn se
biertje, geen affekaatje. Ut sijn fast geen goeie
ldoniale!"
Het zoete heeft hij niet verdiend, die het bittere
niet heeft geproefd. Qvidius.