EMIGRATIE OOK ONS GROTE PROBLEEM Kanttekeningen bij de studie van Prof. Dr. Sj. Groenman In het Haagse dagblad „Hel Vaderland" heeft onlangs een serie artikelen gestaan over emigratie van de hand van prof. dr. Sj. Groenman. De artikelen berustend op een grondige studie van het emigratie-vraagstuk -is in alle opzichten het lezen overwaard. Het spijt ons dat plaatsgebrek ons niet veroorlooft uitvoeriger op deze artikelen in te gaan. Om meer dan één reden: 1. Er zitten zwakke punten in het betoog van de professor, 2. het mist positieve conclusies t.a.v. een nieuwe emigratie- opzet, 3. prof. Groenman heeft verzuimd de groot ste Nederlandse emigratie te onderzoeken die ons land gekend heeft: de contenue trek van hon derdduizenden Nederlanders naar Indië. E.e.a. heeft o.m. ten gevolge gehad dat sommige lezers en lezeressen van TONG-TONG wat al te voorbarig uitspraken van prof. Groenman uit hun verband hebben gerukt en hem scherp aangevallen wensen te zien in ons blad. Dit zou niet billijk zijn en bovendien het grote nut dat prof. Groen plans studie kan hebben voor Nederland, grote afbreuk doen. Op een enkel bezwaar willen wij nochtans ingaan. POGING TOT ONTSNAPPING De meest aangevallen uitspraak van Prof. Groen man was diewaarin hij zei: Dat de emigran ten het beste deel van het Nederlandse volk zouden vormen lijkt na het onderzoek onwaar schijnlijk. Voor deze gangbare voorstelling wordt in het geheel geen materiaal aangedragen"En verder: Het kan ook zijn dat weinig flinkheid in het spel is, en dat eerder gesproken moet worden van ontsnapping" De geschiedenis kent talloze voorbeelden van flin ke Nederlanders, die hier niet op konden tegen de „moeilijkheden" van beperktheid, nauwheid van geest, kastjesmentaliteit, kleinburgerlijke bemoei zucht, levensvrees, peuterigheid, preektoondeftig heid en hypocrisie (om maar een paar dingen op te noemen, waar elke Hollander óók over mop pert Wim Kan het vaakst!) en doodeenvoudig een té ruime geest en een te grote daadkracht hadden om hun leven hier te „verkankelemienen" in klein bestek om pas in de wijde wereld tot waarachtige ontplooiing te komen van hun talen ten. Had Michiel de Ruyter op zijn lijnbaan moe ten blijven soms? Of Roggeveen, Tasman, Bonte koe en Coen? Ons Nederlands-Indië heeft DUI ZENDEN voorbeelden gekend van Hollanders met waarachtig te veel pit om hun leven te verbeuze len met politieke of geloofstwistjes, blokken voor diploma-tjes, ruzie met buren of kruideniers, be lachelijke beperkingen van bredere handelsgeest of ondernemingslust. Prof. Groenman moet beseffen dat een hoop Nederlanders worden GEBOREN voor meer ruimte dan „binnen-de-dijken" alleen. Massa's moeilijkheden waar in pers en politiek eindeloos over gewauwauwd wordt, zijn in wer kelijkheid alleen maar peuterigheden. Verder: een „gangbare voorstelling" heeft AL TIJD ergens een kern van waarheid. Als er geen materiaal is aangedragen voor deze voorstelling, hoeft dat nog geen reden te zijn om te zeggen: dus IS er geen materiaal. Prof. Groenman bestu- dere de Indische geschiedenis en hij komt gewis tot andere uitspraken. Prof. Groenman en elke professor of student kan met een beetje meer zorg een studie samen stellen, waarbij het accent juist valt op de vele goede elementen die geëmigreerd zijn en daarmee de LUST OPWEKKEN om te emigreren op grotere schaal en dus een algemeen belang dat van de NOODZAKELIJKE emigratie op de juiste wijze dienen. Een kind begrijpt immers ook wel, dat als wij de indruk wekken dat alleen beroerlingen „op de vlucht gaan en de besten hier blijven, wij op den duur een emigratie krijgen die zulke slechte re sultaten afwerpt in den vreemde dat alle grenzen voor ons gesloten worden als voor de pest. Want inderdaad: een beroerde Nederlander kan erg be roerd zijn! Als daarentegen het beste deel van het Nederland se volk wordt aangespoord om te emigreren, zal de Nederlandse emigrant in het buitenland zó'n goede naam krijgen dat emigratie in een sneller en positiever vorm kan plaats hebben. PETJE AF VOOR DE VROUWEN Dat is zonder meer juist. TONG-TONG heeft bij zonder veel contacten met emigrerende en ge- emigreerde Indische Nedrelanders. In vele geval len blijkt inderdaad de vrouw de doorslag gegeven te hebben en waar het de man was, die het besluit nam, werkte de vrouw niet tegen. Vooral voor de Indische groep, waar min of meer ge sproken kan worden van matriarchale gezinsver houdingen, is dit initiatief van de vrouw van het grootste belang. Typische omkering van de „psychologie van de ondernemingslust in de zeventiende eeuw, toen de Nederlandse MAN zo branie was en overal naar toe trok, durfde de vrouw niet weg (In Coen s tijd konden alleen weesmeisjes ertoe GE DWONGEN worden naar Indië te gaan!) Tegen woordig is de man „durf-loos en is het de vrouw die resoluter aanpakt. Bij ons, Indische groep, is de branie vaak verbazingwekkend groot. Eén voorbeeld: ik ken een Indische dame van een eind over de vijftig. Heel eenvoudig milieu. Vaak zag ik haar in winkels nogal gelaten kijken naar het haaiebaaierig elleboogwerkend geduvel van buurvrouwen voor de toonbank, om als haar beurt gekomen was even gelaten een onver schillige keus te doen uit de toch altijd weer de zelfde saaie zaken. Onlangs hoorde ik opeens dat ze naar Amerika ging emigreren. Terstond was ze begonnen Engelse lessen te nemen, moeizaam, maar koppig: „My kitchen is messy." Ze heeft lak aan zulke opmerken als: „In de States, als je ziek bent, krijg je geen steun. En dan hoeZe gaat. Punt. Afgelopen. You are a dear, old girl. God bless you! TJALIE ROBINSON P.S. Dit artikel is geschreven met onze sympathie aan de kant van toekomstige emigranten. Het is te hopen dat de „blijver" nu niet zegt: „Ik blijf hier en vind die emigranten maar stom" of, nog erger: „De ratten verlaten het zinkende schip, maar dat zij inzien dat emigratie OOK in het belang is van de blijver. In feite is emigratie een AL GEMEEN volksbelang, waarbij dus een gezond wederzijds begrip en een positieve samenwerking geboden zijn. En schaadt dus de bekende variant op de IEV-leus: „lek kijck wel uyt; ick blijf bij jou" SAKIT HATI Daar zit de oude baboe En droomt bij 't windgeruis. Des avonds komt ze steeds nog En kijkt naar 't lege huis. Weg is de nonjah moeda. Met toean en Sinjoh Cor. Gesloten zijn de luiken, De tuin is droog en dor. Wat miste zij hen allen. Waarom toch heen gegaan? Wie moet voor haar Sinjoh zorgen? Kassian, hij kon pas staan. En uit de oude ogen Valt 'n traan op d'rimplige hand. Een schip vaart statig verder. Op weg naar 't vaderland. OMA v. d. BERG. Uit Wellington in Nw. Zealand kregen we boven staand kiekje van de ,,Koempoelan"een groep van ex-Indischgasten, die zich in het buitenland uitstekend weten te handhaven over assimilatie wordt niet gepraat), maar toch niets vergeten wil len van de Schoonheden uit de vorige incarnatie" Zoor wie er oude kontjo's in terug meent te vin den, hier de namen: Staande, van links naar rechts: Letty van W aver en, Ko Kingma, Ada Bristow (de Vries) en Allister Bristow, Hans Sprey. Knielend: Theo van Waveren. Zittend, achterste rij: Bé Sutorius, Mary Kingma, Anneke Sprey, Hans Brandt, Anneke Brandt, Gerda (Prul) Monod de Froideville. Zittend, voorste rij: Jenny Mitchell (dari Semarang), Flip Sutorius Roger Mitchell, Jan Binnendijk. Niet op de foto verhinderd of „dringend afwe zig"!) Nel Binnendijk, Jan en Dorothy Hartgerink, Paul Monod de Froideville was de toekang-portrèt Henk Telford (voorheen van Hoogstraten)Rinus en Aleid van Zweeden, Niek en Dé Wildeboer. VELEN ZULLEN EMIGREREN TONG-TONG waagt zich hier aan een voorspel ling: Veel Indische gezinnen zullen repatriëren in de toekomst. Meer en meer zal men ontdekken dat na de vervolgingen in het oude Indonesië het veilige Holland „toch ook niet alles is". Zeker zullen^ er slechtere tijden aanbreken met „moeilijk heden" die wij niet aan kunnen EN NIET AAN WILLEN. En zeker zullen we in een klimaat dat ons past EN IN EEN RUIMTE DIE ONS PAST veel meer kunnen doen en Holland zal ervan profiteren, zoals het altijd van Indië geprofiteerd heeft. Als het Nederlandse volk bij monde van haar Regering deze emigratie op een wat royaler en eervoller manier aanpakt dan met het huidige „systeem dat meer lijkt op „opgeruimd staat net jes". De Indische groep is lang genoeg te kort gedaan en „gekotjokt". Wij hebben RECHT op een fatsoenlijker tegemoetkoming aan onze emi gratieverlangens dan op een behandeling, die op gehangen schijnt te zijn aan het „dat de emigran ten het beste deel zouden vormen van het Ned. volk, lijkt onwaarschijnlijk". Wij spreken namens de kwart miljoen Nederlanders die uit Indië terug gekomen zijn: wij spreken uit ervaring en wij dur ven te zeggen dat onder ons verhoudingsgewijs. WEL het beste deel zat van het Nederlandse volk. En we voelen er niets voor om op ongeveer de zelfde manier het land uitgewerkt te worden als destijds misdadig Engeland naar Australië. FLAUW „Op welke partij stem je?" „Op de Partij van der Steur." TONG-TONG AMSTERDAM organiseert op 14 februari in „Slotania", Slotermeer (A dam West) een grote dans avond met floorshow en andere attracties Kaarten verkrijgbaar bij Wanrooy, Woutertje Pietersestraat 341II en B. Lawson, Dr. Colijnstraat 218/11, Am sterdam West. Zoals alle andere attracties van de Amster dammers zal ook deze fuif wel weer een „hit" worden.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 3