VAN HIER EN GUNDER Van Hier en Gunder is onze belangrijkste rubriek. Voor het eerst in de historie van de Indische journalistiek bestaat ergens een vrije uitwisseling van gedachten over de meest uiteenlopende onder werpen. De Indische burger stuurde destijds haast nooit ingezonden stukken in en doet het nog steeds i perS* ®mc*at wi' llier vaak „als vreemden'' spreken en niet verstaan worden. In I UNb-iUNG voeden wij elkaar op. sterker dan uit welke andere kolom ook in dit blad is hier dc psychologie van de Indischman te herkennen. BETAALDE VLUCHT. Op Uw aanvrage is aan U van Rijkswege voor schot toegekend voor de financiering van Uw overtocht en die van Uw echtgenote van Indo nesië/Singapore naar Nederland. Op grond hiervan zijn ten laste van mijn Ministe rie de navolgende uitgaven verricht, passage per m.s. „Sibajak" d.d. 23-12- 1957 f 2200 boordgelden 34, f2254,— Ik nodig U uit laatstgenoemd bedrag ad f 2254, te storten op postrekening nr. 552796 ten name van 's Rijks schatkist ten behoeve van het Ministerie van Maatschappelijk Werk te 's-Gravenhage. Mocht het hiermede gemoeide bedrag uiterlijk ul timo dezer nog niet t.b.v. het Ministerie van Maat schappelijk Werk te 's-Gravenhage op postreke ning nr. 552796 ten name van 's Rijks schatkist zijn gestort, dan zal ik tot mijn leedwezen genoopt zijn gerechtelijke invordering te overwegen. Denkt men „daarboven" nog steeds dat het een pleziertochtje was, destijds van ons naar Neder land? Hadden de Nederlanders in Indië het nor male burgerrecht niet? Als men hier in Holland van zijn grond gezet wordt, gebeurt dat ook zonder schadevergoeding en moet men zijn verhuizing ook maar zelf betalen? Is het „netjes" om van zijn eigen regering te horen: „Ja hoor es, je kan beter Indo nesiër worden, want in Holland is het toch niets gedaan"? Is het netjes om wetende dat een pas poort wettelijke moeilijkheden kan veroorzaken onder allerlei voorwendsels géén pasporten te ver strekken? Is het humaan om Nederlanders, die spijt hebben van een (door hogerhand aangemoedigde) misstap, thans als spijtoptant maandenlang te laten „antichambreren onder vaak levensgevaarlijk omstandigheden? Wat houdt burgerschap in? Bc- talingsplicht door de burger, maar géén behoedings- plicht van de Staat? Waarom is in al die nobele verkiezingsprogramma's nergens dit pijnlijke onrecht op de lijst gezet? Vragen staat vrijen het weigren erbij! „Wat mij in het Kampnummer treft, is de sporti viteit, waarmee over de apanner gesproken wordt, al weten wij dat hij onberekenbaar leed heeft toe gebracht. In Indische kringen hoor ik nooit meer praten over de ,,gele apen"terwijl in Holland nog steeds afgegeven wordt op „die rotmoffen". Ach ter de Indische welgemanierdheid zit blijkbaar ook karakter v. d. O. „Ik ben het moe om me voortdurend te weer te stellen tegen wanbegrip, domheid, vitlust en be nepenheid. Je stelde onlangs de verhouding goed: we vormen maar het 44ste deel van de bevolking van Nederland. En één tegen 44 is werkelijk te veel." v. d. W. Wel eens in het nauw gezeten? Wel eens gebokst of gevochten? Dan ken je de waarde van die oude strategische wijsheid: „De beste verdediging is de aanval! Projecteer je op de massa wacht niet tot de massa je op de vingers tikt en je verwijt dat je niet zoals zij bent. Te deksel, dat zijn we niet en nooit. Maar het gaat ook om wat we wél zijn. En als we dat maar eerlijker, trotser en moediger weten hah! „Eén tegen 44 is niets!" Het is erg eenvoudig; ben je een rotvent? Nee. Ben je min derwaardig? Nee. Nou, wees dan jezelf en treed op naar buiten. You'll win, brother! T. R. Ik heb echt van Tong-Tong genoten, wij mogen dan totoks zijn, maar ik heb mijn hele jeugd in Indië doorgebracht. Men zegt dat alles went en repatrianten een jaar of twee nodig hebben om te acclimatiseren. Aan een kant hoop ik 't, aan de andere kant wil ik nooit één worden met dit saaie, stijf-burgerlijke ge doe. In mij heerst dezelfde geest als in Tong-Tong. Als we niet de hoop houden, eens weer onder de klapperboom te kunnen lopen, heeft 't leven wei nig waarde." Mevr. L. B.-K. „Ik blijf het gebruik van Indisch in TONG TONG vervelend vinden. Het moet toch mogelijk zijn iets te maken dat iedereen apprecieert R. P. „Ja zeker. Bankpapier." ,,U schrijft dat U elke Indische mening een eer lijke kans geeft in TONG-TONG. Ik weet zeker dat veel lezers scherpe critiek hebben op Indone sië. Waar blijft die stem?" Mevr. de R.-W Het tegendeel is waar: iedere T.T.-lezer houdt van Indonesië. Men heeft wel critiek op een bepaalde overheersende mentaliteit. Maar die critiek heeft men ook op een bepaalde overheersende mentali teit in Nederland. Twee volken zijn op een treuri ge wijze slachtoffer van partijpolitiek. Het lust mij niet terwille van partijpolitiek twee volken zwart te maken Ook wil ik de goede sfeer in T.T. niet verknoeien met schelden op Soekarno of welke minister-president ook of door het ophalen van bloederige herinneringen uit de bersiaptijd. Ook geloof ik in een terugkeer van betere tijden. Elk mens iieeft zijn verkeerde tijden, waarom elk volk ni.W Tenslotte is schelden op Indonesië (de Indo nesiër) inconsequent, of op zijn minst aanmatigend. Waarom zou de Indonesiër van vroeger baik zijn, en die van nu opeens boesoek? Omdat wij toen de leidsels in handen hadden? Nee, nee, nee, van welke kant men het ook bekijkt, critiek op het Indonesië van vandaag is fout. Wij houden over de ravijnen van vandaag het oog gericht op de bergtoppen van later. Ze zijn er. We gaan er weer naar toe. T. R. „Je onderschrift van de foto van de dame in Span je heeft bij enkele Hollandse kennissen ontstem ming verwekt. Als we hier aanvaard willen wor den, moeten we zuiniger zijn met zulke opmerkin gen Wat bedoel je eigenlijkL. M. W. (Het ging om het onderschrift „Liever óp een ezel daar dan bij duizend ezels hier"). Ik bedoel precies hetzelfde als wat duizenden Hol landers zo vaak zeggen: „Als je in de zon kan zit ten, ben je wel een grote ezel als je het niet doet!" Merkwaardig is dat iedereen er bij ons op aan dringt, dat we assimileren. Doén we het en ge- dragen we ons als elke Hollander (dus ontwikke len we dezelfde kijk op het leven) dan worden we direct op de vingers getikt. Het meest onsympa thieke woord in Uw brief (NIET UW mening) is „aanvaard". Mijnheer, wij zitten hier niet bij de gratie van het Nederlandse volk, wij ZIJN Neder lands volk. WIJ aanvaarden het leven hier, dat is heel wat anders. Het is een leuke foto maar het is ook een tra gische foto. Te bedenken dat die enorme samen leving van het oude Indië zestig millioen zielen) géén academie had voor beeldende kunsten, géén conservatorium voor musici. Enkele bevoorrech ten (geld bepaalde de mogelijkheid hier meer dan talent) konden naar Europa gaan. Menig artist ging ten onder in het ambtenaarschap. Hoe vele Indonesiërs en Indische jongens waren artistiek „tot in hun vingertoppen"hoe menig Totok werd op een nieuwe aangrijpende wijze beroerd door de Nieuwe Wereld. Men zegt wel eens: „Waarom laten die lui hier dan niet zien wat ze waard zijn?" Het is niet waar: men laat het vaak genoeg zien, maar geen beoordelaar schijnt enig benul te hebben van wat er omgaat in de ziel van een Indisch kunstenaar, De kunstmaatstaven van hier gaan slecht op voor ons. Zoals het in de pers, het geloof, de politiek, het sociale leven is, zo is het ook in de kunst. Maar het kan veranderen als WIJ maar WIL LEN. WAT IS HET VERSCHIL? Brieven van abonnées worden veel te vaak ver keerd geadresseerd. Men weet het verschil niet tussen „Redactie" en „Administratie". Men onthoude.- brieven betreffende verzending, abonnering, voldoening ab.gelden, verhuizing, gaan naar de Administratie. Brieven die betrekking hebben op de inhoud van het blad, ingezonden copy of foto's, verzoeken om hulp, algemene informaties, gaan naar de Redactie. In dit beginstadium van TONG-TONG gaan ook advertenties naar de Redactie. Brieven die aan Tjalie Robinson gericht zijn, wor den gericht aai_ hem persoonlijk, eventueel voor zien van de aantekening privé. Dit laatste moet men echter niet te gauw doen. Zaken van alge meen redactioneel belang kunnen gewoon aan de Redactie gericht worden. T. R. ziet namelijk alles tóch wel, maar dringende zaken kunnen direct worden afgehandeld. Cliché's, Men stuurt ons vaak cliché's (negatieven) toe van foto's, die men graag in TONG-TONG wil heb ben. Dat is verkeerd. Men moet de foto's zelf sturen. Dat komt omdat men in de war is met kranten- cliché's. Dit zijn dingen van, lood, zink, koper of plastic, een soort stempels dus. Deze dingen heb ben alleen kranten, U niet. U moet dus altijd de foto zelf sturen, tenzij wij om speciale redenen om het negatief vragen.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 11