KEP ANDJÉN K. 3e JAARGANG, No. 20 30 APRIL 1959 HET ENIGE INDISCHE BLAD IN NEDERLAND - TROUW - BRANIE - ONDERNEMEND TONG-TONG Onafhankelijk Indisch Tijdschrift Onder redactie van TJALIE ROBINSON Verschijnt tweemaal in de maand Prijs p. nummer f 0,25. Kwartaal f, 1,50 Halfjaar f 3,Per jaar f6,— Bij vooruitbetaling te voldoen Uitgave GAMBIR Uitgeverij voor Oost en West Adres Red. en Adm. Banstraat 27 Den Haag - Tel. 32.56.35, Giro 6685 30 APRIL 1909-1959 De oude heer B. was bezig iets in elkaar te fa brieken, maar niemand wist wat het worden moest. Hij zaagde, vijlde, hamerde, boorde en als ken nissen vroegen: „Wat maak je, B., een oorlog schip?" dan lachte hij maar en zei; „Je zult het wel merken!" Op een gegeven dag was het werk klaar en ieder een wreef zich de ogen uit. Het was een KANON! Uiteraard geen 7JVi cm. snelvuur Bofors waar we in Batu Djadjar en Baros mee schoten of een 15 cm. Houwitzer, maar een doodgewone voorlader. Het ding zag er met z'n lange loop keurig netjes uit en er gingen wel twee bussen F in. Weet U wat F is? Zal ik U vertellen. Dat kocht je in mijn jonge jaren op Kembang Djepoon bij de Tjina rombengan. De platte, roodgelakte bussen hingen aan ijzerdraadjes te bengelen vóór in de toko. Zo'n busje kostte de kapitale som van 1 kwartje, wat vroeger „heul veul" geld was. Je had ook FF en FFF en dat was het fijnste spul. Nu weet U wat ik bedoel: doodgewoon zwart kruit. Als je er mee schoot uit de dubbele 12 moest je eerst een meter opzij springen om te zien of je wat geraakt had vanwege het rookgordijn dat na het donderende schot over het terrein hing. De Controleur was ook al erg actief. Hij trom melde geregeld alle loerah's uit de omliggende dessa's bij elkaar om ze zelf toe te spreken. Nog nooit hadden ze zulke aangename printah's aange hoord: Iedereen en alles moest titirs 2) en ken ton gans 1) maken. En de Regent maar oreren: „Loe- rah loerah, roengokno sing bener. Kiro-kiro tang galjèn marijamé ndoro toean B. moeni, kabeh titir jo. Odjo lali. Anakmoe, bodjomoe, moro-toe- wo-moe, nènèk-mojangmoe, TITIR! Sebabé, anoe anoe, etc. etc. 3). En ze hadden het goed begrepen en riepen in koor: „INGGIH'. Na de kopi toebroek geslurpt en de koewé semprong gekraakt te hebben vertrokken ze weer naar hun dessa. Wat was er eigenlijk gaande? Iedereen hield de adem in. Mijn beste vader, toentertijd haltechef, week niet van het Morse-apparaat. Tot op die eigenste dag. Het Morse-apparaat tikte maar en de witte papie ren strook, waarop voor de leek zo vreemde stippen en strepen voorkwamen, rolde traag af. Iedereen, die deze tekens kende, stond om het apparaat in het kleine SS-kantoortje. Dienstberichten, steeds maar weer dienstberichten. Op eens, daar stond het: PRINSES GEBOREN - VLAGGEN. Oude heer B. was snel gewaarschuwd. De lont siste even en het donderde en bliksemde uit de ijzeren vuurmond. Honderdvoudig kaatsten de om liggende heuvels het geluid terug. De wind voerde het mee naar de verste uithoeken. Over ravijnen, sawahs en over de toppen van de djatibomen. Geef het door. Er is een ANAK RADJA geboren! De stilte die toen intrad duurde niet lang. De loerah's hadden het sein gehoord en ze reageerden prompt. Het concert van de kentongans en titirs zette in. Eerst schuchter, later luider. De ene kam pong nam het van de andere over. Het geluid was dichtbij en veraf, zwol aan, zakte af, om weer in intensiteit toe te nemen. Gij die in Indië geleefd hebt kunt zich dat voor stellen. Dat vreemde gevoel dat in je omhoog kruipt als je heel in de verte op de kentongan hoort slaan. Vermenigvuldig dat geluid nu met duizend en het is iets overweldigends' Dan zwijg je maar, je luistert en er komt een brok in je keel. Met de volle inzet van ALLE NEDER LANDERS UIT INDIË, die het Ned. volk vertellen willen hóe wij W E R K E L IJ K leefden, en die overtuigd' zijn van de nood zaak om met veel van onze waarden het leven hier te verrijken. Deze kentongans en titirs zeiden het: „Mensen, verheug je en vier feest, want er is een ANAK RADJA geboren!" Het was 30 april 1909. G. H. BARTMAN en nu is het 30 april 1959. Een halve eeuw later. Twee wereldoorlogen zijn over ons heengegaan. Twee generaties zijn gestorven. De derde generatie leeft vèr van 't Tweede Vader land, verstrooid over de hele wereld, van New Zealand tot Canada, van Argentinië tot Abessy- nië, van Transvaal tot Denemarken. De meesten van ons leven nu dicht geschaard om Haar die wij eens „Ons Juliaantje" noemden, en nu is Hare Geëerbiedigde en Geliefde Majesteit Ju liana, Koningin der Nederlanden. Wat moet zijn, dat zal zijn. We maken ons op voor een nieuw leven. Maar hoe vreemd is het dat op deze verjaardag vijftig jaar geleden onze gedachten hierheen gingen en nu, nu gaan onze gedachten daarheen. We zien de driekleur weer wapperen met lange oranje wimpel tegen het intens azuur van de tro penhemel. We zien de parades op de aloon-aloans, de wtte haneveren en de korte witte pluimen op de kepi's. We zien de orange cocardes op de borst, de vaantjes op de dogcars. We zien de kinder-aubades voor de G.G. of voor de Resident. We zien de erepoorten van jong klapperblad bij de kampongs en desa's. DUS zullen wij deze verjaardag vieren met een dubbele vreugde: de feesten van vandaag en de herinneringsfeesten van gisteren. Lang zal Zij leven in de gloria! T. R. 1) kentongan tong-tong van hout (uitgehold, zie tekening in kop). 2) titir tong-tong van bamboe. 3) Loerahs. luistert goed. Ongeveer op als het kanon van den heer B. af gaat, moeten jullie allemaal titir. Niet vergeten! Jullie kinderen, jullie echtgenoten, jullie schoonouders, jullie grootouders. TITIR! Wantenz. enz. ABONNEMENTEN BUITEN Nw. Zeeland f 2.50 p. maand Zd. Afrika f 2.50 p. maand Brazilië f 2.50 p. maand f 2.50 p. maand Nw. Guinea f 2.00 p. maand f 2.00 p. maand Ver. Staten f 2.00 p. maand Suriname f 1.50 p. maand Antillen f 1.50 p. maand ALLES PER LUCHTPOST

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 1