BETOVERD AGENTSCHAP IN DE STATES INDIANA, USA *<-« DRINGEND VERZOEK Schrijf voortaan bij ALLE betalingen (briefkaart, giro, postwissel, enz„Oud Abonné" als U reeds abonné bent, en „Nieuw Abonné" als U Uw eerste betaling doet Dit betekent enorme ver lichting van onze administratie. Dank U. Ik heb nu al verscheidene jobs gehad als tuin man (M. bedoelt: boerenknecht) en een beetje geld verdiend Van dit geld zal ik een auto kopen (2e of 3de hands 1952 of zoiets). Vakantie is voor de deur en ik heb mijn rijbewijs dus heb ik een 100 °/o kans om een goede baan te vinden (je hebt hier namelijk geen kans om een baan te krij gen als je geen eigen auto hebt) een jaar meer en dan is het afgelopen met school. Dit jaar hebben de twee hoogste klassen een grote fuif, het begint om 9 uur met een grote dans en dan om twaalf uur een banquet en om één uur Rock 6 Roll en tenslotte ontbijt in de morgen. Jon gens zijn verplicht een meisje mee te nemen voor de grote dans, maar niet voor het banquet. Ik had het oog op een verbazende schoonheid (14 j.) en vroeg haar om met mij te gaan, maar mijn schoonheidsvader en -moeder zeiden dat ze nog te jong was. Ik zei toen tegelijk: volgend jaar of zodra ze 15 is, kan ze dan uitgaan? „Maar na tuurlijk!" was het antwoord zodra ik uit school ben, zal ik hoogstwaarschijnlijk een baan krijgen als switchman bij de Central Rail Roads van 22,50 per dag denk je even in! Maar dat is volgend jaar en ik kan beter zien wat ik dit jaar ga doen (farm misschien weer of tuinman of auto wasser 1Leven in Amerika is allesbehalve honing en melk; zolang je geen auto hebt is het zure melk met rotte kaas. MARTIN BOON (17 j.) RFD 1, Elkhart. Het aantal abonnées in TONG-TONG groeit zó gestadig, dat we aan ver zending daarheen al méér dan de handen vol hebben. En eerlijk gezegd er is af en toe al wat misgelopen met de contacten daar. Maar waar Indische Ne derlanders zijn, daar zijn altijd helpende handen. En zo'n hand is ons dezer da gen toegestoken door Chris Deykerhoff, ex-inspecteur van politie in ons oude Indië. Weet U nog hoe klein ons politie-apparaat was voor een gebied zo groot als half Europa? Die politiemensen weten van wanten! Nu nog steeds. Chris Deykerhoff heeft zich al „poekoelend ter- roes" op een ouwerwetse manier in verbazing wekkend korte tijd van meelopertje beneden op gewerkt tot zelfstandig businessman en hij neemt er TONG-TONG geheel con amove ook nog bij. We zeggen maar zo: als je burger bent van het land waar je kan opklimmen van krantenjongen tot magnaat, waarom als Indische jongen dan óók niet? Als we denken aan de schat van waarden, die wij nog brengen kunnen, dan hoeft het hele maal geen wonder te zijn als Chris het met TONG TONG ook nog een heel eind brengt. Zijn agentschap wordt als het ware de deur voor Indische waarden (en waren?) tot Amerika. Ajo Chris, wijd open die deur! Selamat djalan! Nu de condities: 1Naam en adres van de agent: Chris Deykerhoff 210 Heckelstreet Belleville New Jersey U.S.A. 2. Het abonnement in de States kost 1.75 per kwartaal en 6 per jaar. De prijs is hier op zettelijk hoger gesteld dan in Nederland om langzamerhand de fondsen te fokken voor een eigen contactcentrum tussen de Indische Ne derlanders daar en elders, zowel sociaal, cul tureel als zakelijk. 3. Lopende abonnementen worden nog door ons kantoor in Den Haag afgewerkt, maar de nieuw ingaande abonnementen gaan gemakshalve ook over Chris. 4. Alle lezers, die familie of kennissen in de States hebben, kunnen hen in kennis stellen van het agentschap of kunnen ons die adressen toestu ren ter verdere opzending naar de States. 5. Lezers die binnenkort ook naar de States emi greren kunnen via ons de overschrijving van hun abonnement regelen. Boven: Hier heb je een paar meisjes van mijn klas proberen om hun worstjes te roosteren. Deze zijn niet bepaald ..good-lookng" maar er zijn ,,some possibilities"Er zijn heel wat beter uitziende „broads" in mijn klas of een andere Onder: Hier heb je mij met een kalf (r.) dat on geveer een half jaar oud is. Deze kalveren hebben meer pep dan je denkt en kunnen je onderste bo ven lopen wanneer ze maar willen. ,,Saja toekang sapilbrani bengkelai/ajo-ajo/bawah kerbo!" Vele jaren geleden was ik als schooljongen in de kost bij de fam. N. Zij woonden in Soerabaia. Op een dag kwamen kostheer en -vrouw van een weekeind thuis, die zij op Pasoeroean hadden door gebracht. Mevrouw moest met zware hoofdpijn direct te bed blijven. Tegen de avond zat zij op met verwilderde ogen. Herkende niemand van ons en prevelde alsmaar hoogjavaanse woorden. Steeds had zij het over „sekar Abrid", dit betekent rode bloemen. Daarbij keek zij woest de ruimte in. Mijnheer N. liet ogenblikkelijk de dokter komen. Dr. v. H. kon blijkbaar zijn diagnose niet stellen. Schreef wel een kalmerend drankje voor en zou de volgende dag met enige collega s terugkomen. Wij hielden a tour de beurt de wacht bij de zieke. De volgende morgen kwamen Dr. v. H. vergezeld van Dr. W. en Dr. V. naar de patiënt kijken Zij constateerden typhus en adviseerden dat het hoofd haar moest worden kortgeknipt. Het was jammer, want mevrouw had mooi lang zwart haar! Gedu rende de nacht, ook gedurende mijn oppasbeurt, kwamen nu en dan boze woorden over haar lippen en steeds maar weer over rode bloemen. Het drankje moest ieder uur worden ingegeven. De toestand veranderde niet. Een familielid en een kennis kwamen op ziekenbezoek. De kennis ried de familie aan een zekere arabier te ontbieden. Mijnheer was er sterk op tegen. Hij moest niets hebben van „hocuspocus". Maar de familieraad besliste, echter onder voorwaarde, die het hoofd van het gezin stelde, dat niets mocht worden inge geven, de arabier te laten komen. In de middag uren kwam de Said. Hij liep regelrecht naar de patiënt toe, die nog steeds abnormaal deed. De Said hield met duim en wijsvinger het voorhoofd vast en sprak gebiedende arabische woorden, daar bij strak kijkende in de brutale ogen van de zieke. Totdat deze gedwee de ogen sloot en in slaap viel. De Said vroeg nog wanneer de eerste verschijn selen zich hadden voorgedaan. Het antwoord was, drie dagen geleden, tegen een uur of twee in de middag. „Dan zal mevrouw van nacht om twee uur wakker worden en om wat eten vragen". Ik moest met hem mee naar zijn huis met mede neming van een fles water. Na enige manupulaties kreeg ik de fles terug met de opdracht, dit water door haar dochter de patiënt in te smeren. Tegen twee uur middernacht waren wij vol spanning in de ziekenkamer verzameld, in afwachting van de uitwerking van Saids woorden. De twee klokslagen waren nauwelijks verklonken of mevrouw deed haar ogen open. Herkende ons weer en verzocht haar dochter om vruchten op water die zij in de goedang wist. De vreugde van ons allen kenden geen gren zen. Spoedig viel zij na de verorbering van de vruchten in een diepe en normale slaap. Dr. v. H. en Dr. V. kwamen op het gewone uur en werden door de patiënt verwelkomd. De schrik en verbazing waren op de gezichten te lezen. Wij hadden het avontuur met de Said vooralsnog niet verteld, bang zijnde voor hun toorn dat bij even tuele terugvallen, zij ons in de steek zouden laten. Na enige jaren werd ik heel toevallig voor het afsluiten van een verzekering door Dr. V. gekeurd. Hij herkende mij en informeerde naar mevrouw N. Ik biechtte toen het hele verhaal op. Wat hem deed ontlokken, dat de artsenkunde toch nog wat tekort schoot bij dergelijke gevallen. De zondag na de emotionele week kwam de broer zijn zieke zuster opzoeken. Hij vernam vanzelf de wonderbare genezing. Ik vroeg terloops naar de wandelingen van mevrouw gedurende die week eind. „Heeft zij bloemen geplukt? Hij dacht een ogenblik na en wist te vertellen: „Ja mijn zuster verzamelde in de tuin nabij een suikeronderneming bloemen om een boeketje samen te stellen." Dit vertelde ik anderdaags aan de toean Said en verzocht mij het verband samen te stellen van die „sekar abrid" en de ziekte van mevrouw N. „Och, zei hij, ik verjoeg de geest van een oude vrouw, die gebruik maakte van het lichaam van die dame.Die oude javaanse vrouw was niet ge sticht over het plukken van bloemen van haar graf. Wat weten wij nog weinig van betovering en behekst zijn. OLLY. VITAMINE. We zaten in Siam als krijgsgevange in het kamp KWIMA om een weg te maken. Als wij Jasmé hebben, proberen wij altijd naar de kampong te gaan. Op een dag is dat gelukt, met een vriend en juist kwamen wij een huis binnen waar het eten net klaar is. Wij natuurlijk vragen of het te koop is, de Siamees zei ja, nou toen is het tolaij (hoe veel). Hij antwoord bhadneng (1 gulden). Enfin, wij aan het smullen tot 4 gulden de persoon. Toen wij al betaald hadden, wil mijn vriend weten wat voor vlees dat is. De man lachte, steekt zijn arm in de hoogte en roept tokéh, tokéh. Mijn vriend schrok ervan en wil zijn vinger in zijn kee'gat stoppen, maar ik gaf hem een duw en zei, laat maar toch, vitamine. (Noot: In Siam zijn die tokéhs erg groot, lengtes van 25 tot 30 cm.) F. SMIT.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 5