TANAH GOJANG ONTNUCHTERING IN CELLULOID M *r JT» K$*. MJ. *-«355; Hoe langer je in Holland bent, hoe meer je geneigd bent het vroegere leven in Indië te idealiseren. In de dagelijkse saaie regelmaat, in een atmosfeer van uitzichtloze vervlakking, gecultiveerde bemoei zucht, kwartjes- en dubbeltjesgeest, snoepje van de week, stomvervelende collectebusjes en het onein dig doorzagen van flut onderwerpen en gebeurte nissen, zie je al gauw het oude Indië als een hy per-ideaal land. Hoe meer de herinneringen ver vagen, hoe mooier ze worden tot ze bijna Para dijselijke hoogten hebben bereikt. ]e heimwee stijgt recht evenredig tot een zorgvuldig gekoesterde zoete pijn. Totdat je toevallig een Indische kleurenfilm ziet met doodgewone tafereeltjes van alledag. Het grijswarme asfalt, de toekang botol, de betja Tjap Liong, warongs, huizen, een regenboom, de passar al die heel gewone dingen die je zo goed kent zie je opeens levensecht weer voor je. Je voelt de hitte van het asfalt je onbarmhartig inkapselen je ruikt de geuren en de stank je ziet slordige tuinen vol glasscherven en rommel je slaat weer „kwaaie bui" naar een rotmuskiet en je vloekt hartgrondig als je uitglijdt over tembeleh ajam. Met een akelige ruk word je vanuit ijle sferen hardhandig op je blote voeten gezet en je reali seert je ineens, dat het land van je dromen maar luttele dagen vliegen is en dat je er eigenlijk weer lijfelijk een deel van zou kunnen zijn. En dan ontdek je met een verlammende schok hoe Hollands je tóch nog bent geworden: hoe je ge- wend bent geraakt aan eentonige netheid en dege- lijke oer-burgerlijkheid; je bent net zo benauwd voor de toekomst als ieder ander; je vindt het m de watten gelegd zijn toch wel een plezierige ge waarwording; de schone kunst van het „kachelzit- ten" heb je al heel aardig te pakken Dagen lang sta je zonder enige steun, je tast in grauwe verbijstering rond. En dan vind je jezelf terug. In een bevrijdende flits zie je het. een alles doordringende dankbaar heid schiet door je heen. De dingen van vroeger zijn de dingen van nu. Juist in hun felle realiteit hebben zij ten goede en ten kwade - je ge vormd tot wat je in je diepste innerlijk bent. In hun totaliteit hebben zij een onuitwisbaar stempel op je gedrukt; uitgekristalliseerd in een andere levenskijk, die andere norm, dat andere gebaar. Zelfs de dikste lagen watten kunnen deze kern niet blijven verdoezelen; zelfs de meest verwoede verloochening ervan zal vroeg of laat op jezelf terugslaan als een boemerang. In je pas herwon nen evenwicht besef je meteen, dat dit eigene op zichzelf je niet het minste recht geeft hautain aan de kant te blijven zitten en af te geven op alles wat je niet aanstaat. Dat is slap negatief! Je zult met de nuttige en goede waarden voor de dag moeten treden, ze waar maken op welke gebied dan ook, zodat anderen er hun voordeel mee kun nen doen. Heftige tegenstand en dom vooroordeel zullen je niet bespaard blijven. Haar dan mag je „vegen", boeng, dan ben je positief. M Iedereen, die in een vulkanisch gebied gewoond heeft, weet uit ondervinding, wat een eigenaardige, om niet te zeggen: griezelige ervaring een aardbe ving is. Ikzelf heb jarenlang in Menado gewoond, en aangezien de Minahassa een erg „woelig ge bied is, heb ik er diverse meegemaakt. tir kwamen per jaar wel enige aard- of zeebevingen voor. Meestal waren ze, hoewel duidelijk voelbaar, niet zo hevig, dat er ongelukken gebeurden, maar je kon nooit weten, en bij de eerste aanduiding vloog iedereen zo gauw mogelijk het huis uit. Dan stond je buiten zo ver mogelijk van de gebouwen af, het hart klopte je in de keel. alles zwaaide heen en weer. Hoewel er geen wind was, ruisten de bomen als bij een hevige storm, en er klonk een vreemd, zacht, ondefiniëerbaar geluid. Het was angstig. Toch heb ik eens erg moeten lachen om een ba- roe. D.w.z. hij was kersvers uit Java geïmporteerd en had nog nooit een Minahassase beving mee" gemaakt. Terwijl iedereen zenuwachtig en bedrukt al een hele tijd buiten stond te wachten, tot het afgelopen zou zijn, kwam hij ineens op zijn dooie gemak het huis uit met een big cigar in het hoofd. ,Huh, een aardbeving!" sprak hij opgewekt. „Nu snap ik het. Ik dacht eerst: Wat word ik toch beróérd van die sigaar! Al gauw leerde je letten op kleine aanwijzingen, die een aardbeving verrieden. Een lamp, die begon te slingeren, een kast, die zomaar ineens kraakte, een klok, die stil stond, of onregelmatig ging tikken. De zwaarste beving heb ik meegemaakt in 1932. Ik lag al te slapen. Mijn vader, net terug gekeerd van een tournee van een dag of drie, zat aan tafel om nog een hapje te eten. Het zal een uur of tien geweest zijn. Vóór was het huis al gesloten. In eens klonk vanuit de verte een zwaar gerommel, dat razend snel dichterbij kwam. Tanah gojang. En wat voor één! Het ergste geluid werd veroor zaakt door het gerammel van de zinken daken. In een oogwenk had mijn vader de boel georgani seerd. Met twee woorden stuurde hij mijn moe der de achterdeur uit, die nog openstond, en rende zelf naar mijn kamer, al roepende: „Er uit! Er uit!" Meteen liep hij door, om de voordeur open te ma ken. Ik werd met schrik wakker. Eerst hoorde ik een oorverdovend lawaai: ons zinken dak. En daar doorheen de stem van mijn vader, die me blijkbaar uit bed wou hebben. Nou was mijn va der geen man, om niet onmiddellijk te gehoorza men, dus, getraind als ik was, vloog ik mijn bed uit, hoewel ik de situatie, zo slaapdronken, nog helemaal niet door had. In een mum stond ik naast hem bij de voordeur, die echter zó klemde, dat hij niet open te krijgen was! „Wat is er? schreeuw de ik door het lawaai heen „Aardbeving!" riep mijn vader, terwijl hij uit alle macht tegen de deur duwde. Gelukkig vloog die op dat moment open, en wij schoten als hazen de voorgalerij af naar buiten. Toen ik de stoep af sprong, dacht ik: „Nu stort het huis in! zo hevig was het lawaai. Op straat stond mijn moeder al angstig op ons te wachten. Nou, dat was een aardbeving! We moesten ons aan elkaar vasthouden, om niet te vallen. En een lawaai, en een gegil! Late bezoekers, die als dronken matro zen naar huis probeerden te rennen: „Onze kinderen, onze kinderen liggen in bed! Asphalt scheurde, waterleidingbuizen sprongen, de draden van het electrisch licht dansten tegen elkaar en veroorzaakten het nodige vuurwerk. Op ons voor erf stond in elke hoek een grote palmboom. De- ze twee bomen bogen plechtig maar wild hun krui- nen tegen elkaar, zwiepten dan gelijktijdig weer terug, om dit hoffelijke gebaar steeds weer te her halen. Dit duurde zo een minuut of zeven. Toen was het over. Het is een wonder, dat er betrekkelijk weinig ongelukken zijn gebeurd. Ik geloof dat in de hele Minahassa maar een stuk of zes mensen hierbij om het leven zijn gekomen. Gelukkig gebeurde het 's avonds: de school in Kakas lag helemaal tegen de vlakte, plat als een dubbeltje! Later kwamen de min- of meer komische verhalen los. Iemand die net aan een bord snert bezig was, vond zichzelf terug op straat, zenuwachtig heen en weer lopend, terwijl hij alsmaar gloeiend hete snert at! Een ander zag tot zijn verbazing zijn garagedeuren kalm openzwaaien, waarna de auto netjes achter uit de garage uitkwam! Weer een ander sprong zó uit zijn bed door het raam naar buiten. Nu had hij kort tevoren verteld, dat als het héél erg warm was, hij in zijn blote tida-ada sliep. Heel Menado gonsde er van. Het was heel erg warm die nacht Nu ben ik er al heel lang weg, maar die inge bouwde seismograaf schijnt nog altijd goed te func tioneren. Dat blijkt wel hieruit: in 1951 stond ik in de badkamer, toen ik ineens het gevoel kreeg, tanah gojang! Meteen vloog mijn blik naar een handdoekje, dat aan een spijker hing (het enige „los" hangende voorwerp in de kamer!) en ja... het bewoog! Mana bisa, hier in Holland! Ik vragennie mand had iets gemerkt. Volgende dag in de krant: door een instorting in Limburg was er een aardschokje ontstaan, voel baar in die en die gemeenten, o.a. daar, waar ik woon! ELS. SINT IN HET KAMP In het kamp, waar ook aan Sint Nicolaas werd gedaan, werd de benodigde kleding van allerlei lappen samengetoverd; alles wat nog enigszins te gebruiken was (en dat was niet veel na die jaren lange opsluiting) werd tevoorschijn gehaald en het resultaat was een Sinterklaas, waarvan onder staand liedje getuigt: Sinterklaas hoet hedih man. Schoenenja met bolongan Klerenja met tambalan Sinterklaas djadi paman. F. RETEL HELMRICH. Als je zon foto aan Indischgasten laat zien, dan zeggen ze in negen van de tien Bevallen prompt: "Die is vast in Padang gemaakt!" En in negen van de tien gevallen hebben ze gelijk ook. De Padanjjse vinkies waar men zich nauwelijks druk meer om maakte. Hoogstens ging - omdat daf uöorschn/t nas ZestZ voor een minuut of'zo de klas uit met zn kinderen. Maar ^ms Uvam et ook wel een lelijke aardbeving tussendoor. Deze is de berüchté Van 1926 foto Padahg Pahdjèhg, h

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1959 | | pagina 7