f
f oiij foiTi?
MEER DAN ÉÉN
FOTO'S
4e JAARGANG, No. 21
16 MEI 1960
TROUW - BRANIE - ONDiRNEMEMD
HET ENIGE INDISCHE BLAD IN NEDERLAND -
Dat doe je niet als Europeaan
Dat doe je niet als Indische jongen
V
HONDERD JAAR GEWETEN
AMSTERDAM VOOR NASSI
„Dat doe je niet als Europeaan" is in het voor
malige Nederlandsch Indië een „Leitmotiv" ge
weest voor het Europese gedrag onder Aziaten,
waardoor in opvallend sterke mate ons maatschap
pelijk fatsoen werd bepaald en het criminaliteits
cijfer gedrukt. In zo sterke mate zelfs dat nu nog
steeds in Nederland de mensen uit Indië opvallen
door hun „innerlijke beschaving".
Dit is een heel typische gang van zaken in alle
maatschappijen waar een uiterlijk opvallende mi
noriteit zijn bestaan in een overgrote majori
teit niet alleen moet handhaven door voorbeeldige
ijver, maar ook door voorbeeldig gedrag.
Alleen het feit al dat de Nederlanders in Indië
zich eeuwen lang als geziene minoriteit in Ned. In
dië hebben kunnen handhaven bewijst dat wij niet
zo n verachtelijk koloniaal leven leidden als men
hier in Nederland wel eens denkt. Menige ruwe
klant uit Nederland heeft zich in Indië fatsoenlijk
leren te gedragen. En wel' in zo'n sterke mate,
dat vele Indischgasten die voor het eerst van hun
leven in Nederland zijn, zich verbazen over de
vele krantenberichten over moord en doodslag, mes
sentrekkerijen, aanrandingen, fraude, dronken
schap, etc. etc. „Lo! Hoe kan dat! Als Europeaan
deed je toch zulke dingen niet?"
Hetzelfde (alleen in omgekeerde zin) gebeurt nu
wéérIndische mensen, die door hun opvallen
de bruine huidskleur een kleine minoriteit vormen
in de blanke maatschappij moeten dubbel goed op
hun gedragingen Ietten, willen zij niet in de publie
ke opinie een slechte naam krijgen.
We hebben dit al vaak gemerkt. Over betrekkelijk
kleine vergrijpen van Indische Nederlanders wor
den in dagbladen vaak opvallend grote artikelen
geschreven, waarbij soms min of meer onomwon
den de stelling wordt geponeerd dat deze „Indo
nesische Nederlanders" die slechte gewoonten na
tuurlijk uit dat onbeschaafde land van herkomst
hebben meegebracht.
Hoe onbillijk en ongegrond zulke beschuldigingen
ook zijn, zij zijn er toch maar en de verkeerde
gedachten-associatie ligt gemakkelijk voor de hand:
een bruine dronkaard, vechtersbaas of dief valt nu
eenmaal direct op temidden van een blank publiek.
En zo licht denken toeschouwers: „Daar heb i*
wéér zo'n bruine boef!"
Het ellendige is nu eenmaal dat de „tegenpropa-
ganda" ontbreekt. D.w.z. pers en publiciteit wijden
nauwelijks aandacht aan goede of zelfs uitmun
tende Indische burgers. Ook dit is onbillijk. Eén
van de zaken waar Tong-Tong onvermoeid voor
strijdt is het algemener bekend stellen van goede
Indische daden, zodat vanzelf een tegenwicht ont-
Soms vindt de lezer meer dan één Tong-Tong in
zijn brievenbus.
Dit is geen vergissing.
Onze propaganda-actie is dan bezig nieuwe
adreslijsten af te werken.
Als u méér dan één Tong-Tong ontvangt, vindt
u wel een adres in uw buurt om hem daar in de
bus te stoppen, ja? Zo vindt onze extra-spreiding
dan tóch nog een goede bestemming.
staat voor de nu eenmaal onvermijdelijke slechte
daden.
Maar het blijft goed dat algemeen in Indische
kringen een nieu\v „Leitmotiv" gehoord wordt:
„Zoiets doe je niet als Indische jongen (Indisch
meisje)Indische heethoofden leren hier hun
vechtlust bedwingen: Indische meisjes zijn minder
luchthartig en vrij. Volwassenen onthouden zich
jan boze discussies in het openbaar. Er groeit lang
zaam maar zeker een aparte fatsoensstand.
Merkwaardig is dat de Nederlandse maatschappij,
die zich eensgezind uitspreekt voor assimilatie (ge
lijkwording aan de Nederlander), aan de andere
kant onbewust zó „provocerend" een normaal per
centage Indische vergrijpen tegen fatsoen en wet
signaleert dat vanzelf de assimilatie wordt tegen
gewerkt en wij op den duur (net als in Indië) een
apart standje gaan vormen, opvallend door extra
goede uitspraak, extra nette kleding, extra beschaafd
gedrag. En misschien op deze wijze wéér prikke
lend gaan werken op de omgeving
Arme Indo, zal je wel ooit ergens helemaal „thuis"
kunnen zijn?
T. R.
Er is grote vraag naar sprekende foto's van
spijtoptanten in hun moeilijke omstandighe
den daarginds. Wie verschaft ze?
Ook op deze wijze helpt U mee. Wees ac
tief. Helpt op alle manieren! Stuur zulke fo
to's gauw als U ze hebt.
Onafhankelijk Indisch Tijdschrift
Prins Mauritslaan 36 Den Haag
Tel. 542.542 Giro 6685
Verschijnt de 15de en 30ste van elke maand
Prijs per nummer f0.40. Kwartaal f2,25
Halfjaar 4,Per jaar f 7,
Betaling geschiedt altijd VOORUIT
Voor
BUITENLANDSE ABONNEMENTEN
zie pag. 4
Uitgave GAMBIR
Uitgeverij voor Oost en West
Onder redactie van TJALIE ROBINSON
Met de volle inzet van ALLE NEDER
LANDERS UIT INDIË. die het Ned. volk
vertellen willen hoe wij W E R K E L I] K
leefden en die overtuigd zijn van de nood
zaak om met veel van onze waarden het
leven hier te vehijken.
Ongeveer een eeuw terug kwam een teleurgesteld
„repatriant" in Nederland terug. Hij kon niet aar-
den in het land van zijn geboorte en zwierf tot zijn
dood toe in het buitenland rond. Deze man heette
E. Douwes Dekker. Hij schreef onder het pseudo-
niem Multatuli („Ik heb veel geleden"). Zijn meest
bekende werk was „Max Havelaar", dat vertaald
in tientallen talen over de hele wereld gelezen is.
Nu, na honderd jaren, leeft hij nóg!
In heel Nederland en België starten deze maand
de herdenkingsplechtigheden van „Honderd Jaren
Max Havelaar" en niemand, die dit vlammende
boek leest, zal willen ontkennen dat het naast de
literaire kwaliteiten vooral het diep-menselijke ge
weten is, dat tot iedere lezer spreekt. Het fel be
wogen ten strijde trekken tegen onrecht en tegen
koude onverschilligheid. In de loop van honderd
jaren is veel critiek uitgeoefend en veel, dat niet
helemaal verantwoord was, is rechtgezet. Maar
desondanks is de eerlijke stem van het menselijk
geweten behouden gebleven. En elke mens zal
eeuwig leven die opstaat voor rechtvaardigheid en
eerlijkheid.
Nu, na honderd jaren, zijn in een zee van onrecht
vaardigheden aan vele kanten tienduizenden repa
trianten naar Holland gekomen. En daar is die
merkwaardige figuur ontstaan van de „spijtoptant"
de bedrogen repatriant. Ah, als Multatuli geleefd
had, hoe laaiend van strijdlust zou hij voor hen in
de bres gesprongen zijn!
In plaats daarvan een eindeloos ge-urm en ge-
tawar, kleinzielig gepingel om kleine hoopjes ein
deloos gescreende ongetukkigen. En éen grote
massa Nederlanders, van hier en uit Indië, die er
lauw en onzeker tegenover staat. Is er dan geen
geweten meer? Ajo, lezers van Tong-Tong, net als
Multatuli afkomstig van De Gordel van Smaragd,
laat ons een voorbeeld nemen aan deze strijdvaar
dige repatriant en al onze krachten inzetten voor
de „Zaak der Spijtoptanten", dei in feite is EEN
NATIONALE GEWETENSZAAK
Boekjes van Multatuli lezen is niet genoeg. Cultu
reel doen op herdenkingsplechtigheden is niet ge
noeg. Max Havelaar betekent: branie zijn om voor
het recht van een medemens op te komen. DOE
het. Doe het NU. Ontketen acties, houd in
zamelingen, pleit overal eindeloos, stort op Giro
nummer 8118.
NUNUAls beste eerbewijs aan de geest van
Multatuli.
Drie energieke leden van de Vrouw. Studenten
Ver. (Vrije Universiteit Amsterdam) hebben het
initiatief genomen voor een ontspanningsavond,
waarvan de opbrengst ten bate komt aan het
NASSI-Comité voor de „spijtoptanten" in Indo
nesië.
Het programma wordt verzorgd door de Stichting
De Oprechte Amateur in samenwerking met
Tong-Tong-Amsterdam. Op deze avond zal ook
Tjalie Robinson spreken. Het entree bedraagt
2,50. De avond wordt gehouden op 24 mei in het
Minerva Paviljoen en vangt aan om acht uur.
Kaarten verkrijgbaar bij Mevr. Blaauw, J. Ver-
hulststraat 107A", Amsterdam.