DE W.NX EN ZIJN VISUM
4
X U vergeet toch niet de PASAR MALAM 1,2 en 3 juli - Haagse Dierentuin X
NASSI
RUBRIEK
Propagandaplaat
Eppo Doeve
Er zijn mensen in Indonesië, die niet weten dat ze een visum moeten aanvragen en nog minder hoe ze
dat moeten doen. Officiële publicaties over deze mogelijkheden zijn nooit verschenen en de buitenlandse
pers heeft zeer weinig aandacht voor Nederland en Nederlandse aangelegenheden. Wat over visa
bekend werd ging als regel via „kabar angin" en bet duurde jaren voor de W.N.I. in Indonesië op de
hoogte was. De weg naar het visum is een moeili'ke en de teleurstellingen zijn vele.
HET INVULFORMULIER
Normaal begint het met de aanvraag van een in-
vulformulier bij de Nederlandse Vertegenwoordi
ging in Djakarta, alwaar het ook weer moet wor
den ingeleverd.
Het invulformulier bevat gegevens over gezinssa
menstelling, huwelijk, ouders (grootouders) van
echtgenoot en echtgenote, militaire dienst, fami
lieleden in Nederland, referenties, opleiding, ar
beid en eventuele garanties in Nederland.
Alles moet met bewijzen, dus alle mogelijke akten
e.d. worden gestaafd. Een zware opgave, wanneer
het mensen betreft, die in heel andere plaatsen, dan
waar ze oorspronkelijk woonden, terecht zijn ge
komen
Men zal er zelf op af moeten of een „makelaar"
in de arm moeten nemen en dan zal er wel het
nodige geld op tafel moeten komen om het goed
in orde te krijgen.
En wat, als er zoals zo vaak gebeurd is ar
chieven zijn verbrand of vernietigd? Reizen is een
kostbare en vooral moeilijke zaak in een eilandenrijk
dat zich uitstrekt over een oppervlakte van Ier
land tot in Siberië en van Zuid-Noorwegen tot in
de Sahara. Bijna niemand in Nederland kan zich
enige voorstelling maken, hoe moeilijk dit alles is en
wat een enorm doorzettingsvermogen vereist wordt
om de invulling van het formulier met het bewijs
materiaal tot een goed einde te brengen. Ook al
werd men in het voormalig Nederlands-Indië als
Nederlander beschouwd en al is men in militaire
dienst geweest, en heeft men een Nederlands
paspoort bezeten dan legt men de omgekeerde be
wijslast op en eist het onomstotelijk bewijs van
het vroegere Nederlanderschap via geboorte- en
huwelijksakten e.d. Toch kan het C.C.K.P. in menig
geval nog wel wegen vinden om aan bewijsmate
riaal te komen.
HET VISUMREKEST
Naast het invulformulier moet een visumrekest wor
den ingediend. Na een korte vermelding van perso
nalia volgen dan de redenen of oorzaken, waarom
of waardoor men W.N.I. is geworden en de re
denen, waarom men een visum voor Nederland
verzoekt.
De wijze, waarop dit visumrekest wordt gesteld en
de motivering van het verzoek zijn van de grootste
betekenis.
Hierbij komen allerlei vragen in het geding.
a. de (eventueel) voor de oorlog beklede functies
met referenties;
b. de binding met Nederland;
c. de binding met Indonesië;
d. de mogelijkheid tot integratie in Nederland;
e. de Westers-Nederlandse instelling;
ABONNEMENTEN BUITENLAND
Per jaar
Nw. Zeeland, Australië, Zd. Afrika, Brazilië;
Per Luchtpost: 30,Per Zeepost: 12,
Nw. Guinea, Canada, U.S.A.:
Per Luchtpost 24,Per Zeepost 12,
Suriname, Antillen:
Per Luchtpost 18,—. Per Zeepost: 12,
West-Europese Landen:
Per Luchtpost: 12,
Agent voor de Ver. Staten: Chris Deyker-
hoff, 210 Heckelstreet, Belleville, New Jer-
sy, U.S.A.
Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Seur-
Ziinmt-r, 1 Richviewside Road. Weston,
Ontario, Canada.
f. de opvoeding der kinderen en wat zich daarom
afspeelt;
g. het al of niet werkzaam zijn en de mogelijkhe
den en gevaren daaraan gepaard.
Hoe beklemmender redenen men kan aanvoeren,
hoe groter de kans op voorrang voor een visum,
vooral als er van acuut gevaar en directe nood
sprake is.
DE PROCEDURE
Invulformulier en visumrekest worden naar Ne
derland opgezonden. Er wordt -althans tegen
woordig, zoals men ons verzekert van uit In
donesië geen beoordeling gegeven. De beslissing
voor de visumtoewijzing berust geheel bij Justitie
in Nederland. De vreemdelingendienst gaat dus nu
aan het werk. De referenties worden nagegaan, fa
milielede.] worden opgeroepen en nauwkeurig
wordt onderzocht of er al dan niet garanties voor
onderhoud en/of onderdak aanwezig zijn, of over
tocht betaald kan worden e.d.
Elke aanvraag wordt op haar eigen merites onder
zocht.
Dit is een onderzoek dat in de regel vele maanden
vergt en het behoeft derhalve geen verwondering
te wekken, als er een jaar of soms nog langer voor
bij gaat, alvorens men antwoord krijgt. Voor men
sen, die door bittere nood gedrongen een visum aan
vragen is deze lange tijd van wachten een marteling.
Wie in nood verkeert kan eigenlijk niet wachten
en moet direct geholpen worden. Dit kan in verre
weg de meeste gevallen niet. Intussen verergert de
situatie in Indonesië bij de dag.
Een visumaanvraag brengt bovendien het risico
mede, dat de aanvrager uit zijn betrekking ontsla
gen wordt en dan is de ellende niet te overzien.
De nood moet dus wel hoog gestegen zijn, wil
men in staat zijn alle bezwaren en tegenslagen het
hoofd te blijven bieden en door te zetten tot het
einde.
Het is gewenst om bij elke verandering, die prak
tisch altijd een verslechtering inhoudt, bij rappel
rekest kennis te geven aan het Min. van Justitie.
Het is jammer, dat voor vele W.N.I.-ers de narig
heid, waarin ze verkeren, zo vanzelf spreekt, dat
ze vergeten juist de markante feiten in hun rekest
of rappèl te vermelden. Het C.C.K.P. geeft daar
om aan familieleden in Nederland uitgebreide
voorlichting over de wijze, waarop een rekest moet
worden opgesteld en over de inhoud van het ver
zoek. Indien de gegevens over een gezin of per
soon gunstig zijn, dan worden bij steunrekest door
het C.C.K.P. aangedrongen op toewijzing van een
visum.
Dat familieleden en/of referenties in Nederland of
elders hetzelfde bepleiten, ook persoonlijk, kan al
leen maar gunstig werken.
Men moet hiervoor wezen bij de afdeling Vreem
delingen Zaken van het Min. van Justitie, Raam-
weg 47 's-Gravenhage.
Op geregelde tijden worden ook de meest urgente
gevallen door het C.C.K.P. mondeling bij de
Vreemdelingendienst bepleit.
Bij een visumaanvrage gaat het meermalen om
pijnlijke en delicate aangelegenheden en het is be
grijpelijk dat tal van mensen in openhartige mede
deling van de feiten te kort schieten. Daarmede
is echter niemand gebaat. Men doet wel geen om
standigheden te verbloemen of een overdreven voor
stelling van zaken te geven. Daarmede verzwakt
men de visumaanvrage. Ook doet men er goed aan
om op geregelde tijden een rappèlrekest in te zen
den.
En wanneer dan eindelijk het visum verkregen is,
begint de strijd om een exit-permit. Maar dat is
een geheel ander verhaal.
Uit: „ONTMOETING" Mei 1960 Nr. 7.
Deze NASSI-rubriek kan helaas niet lang zijn,
omdat wij van Tong-Tong al veel ruimte hebben
ingenomen voor een lang artikel uit het tijdschrift
„ONTMOETING" waarin de nodige aanwijzingen
gegeven worden voor de W.N.I. en zijn visum. Hier
willen wij melding maken van enige reacties op
onze brochure. Een dame uit Den Haag schrijft:
„In het besef van de grote menselijke ellende waar
in deze spijtoptanten verkeren en de voorspoed
die wij daarentegen in Nederland genieten, acht ik
het een dure plicht van ons volk deze mensen allen
zo spoedig mogelijk te verlossen van een verblijf
in een hen vijandig gezind land. De kwelling die
zij dagelijks moeten ondervinden moet iets vrese
lijks zijn. Nog erger moet dit zijn voor degenen die
kinderen hebben en wier ouderhart verscheurd
dreigt te worden door de vrees dat hun kinderen
iets zal overkomen; dan wel dat zij hen niet zul
len kunnen voeden en kleden." Een andere familie
schrijft: „Met welk recht veroordelen wij onze me
demens tot een leven in ballingschap en ellende?
Het is hoogmoedig, pijnlijk en afschuwelijk!"
Weer een ander: „Ik hoop, dat deze regering zal
inzien, dat het standpunt om niet meer dan 2.000
spijtoptanten per jaar binnen de Nederlandse
grenzen te halen, niet juist is. Dit is tegen de
Rechten van de Mens, welke wij toch als vrije natie
in ere hebben te houden en bovendien bestaat er
toch nog altijd de plicht tegenover de naaste, vooral
als deze hulp behoeft." In dezelfde geest schrijft
iemand: „Ook ik vind de afwijzende houding van
de regering hemeltergend". Een andere briefschrij
ver deelt mede het geheel eens te zijn met de in
houd van onze brochure en dat het inderdaad „een
gewetenszaak is voor onze natie en ten alle tijde
beschamend voor de Nederlandse regering".
Wij willen deze NASSI-rubriek beëindigen met een
woord van dank uit Indonesië: „Het doet ons
hier in Indonesië ik bedoel hiermee ook de
mensen die nog op een visum wachten wer
kelijk goed te weten dat er in Nederland nog per
sonen zijn die daadwerkelijk vechten voor ons wel
en wee en hun krachten hiervoor geven. Hierdoor
hebben wij de moed niet opgegeven en bleven
steeds hopen, alhoewel de eerste afwijzing zeer de
primerend op ons heeft gewerkt. Moge God U
allen hiervoor zijn zegen geven."
Wij zijn uiteraard dankbaar voor deze goede wen
sen, maar zouden nog dankbaarder zijn wanneer
wij merken, dat onze nationale actie t.b.v. de spijt
optanten ook bij onze eigen regering weerklank
vindt. En daar merken wij helaas nog niets van!
Een volgende keer vertellen we weer over onze
NASSI-avonden op verschillende plaatsen.
Bij het N.A.S.S I.-Secretariaat. Prins Maurits-
laan 36. Den Haag, is behalve de bekende
brochure nu ook beschikbaar als
een vergroting van de voorpagina van deze
brochure, getekend door
(afmeting 35 X 50 cm.)
Degenen, die mee willen helpen met de
verspreiding er van. gelieven zich te wenden
tot het N.A.S.S.I.-Secretariaat.