•HEIMWEE
BRANTAS
KAWI ARDJOENO
Aan Indië
v~vJife§
Langs de steile weg heb ik de plaats hervonden
waar bloemen wachten tot je t'ruggekomen bent:
d'eenzaamheid der dennen staat nog ongeschonden
met de stilte van de vlakte trouw-verbonden,
ofschoon ze mij-alleen haast niet herkent.
't is er stilzó stil, dat ik mijn hart hoor bonzen,
als slechts een fladderende vogel haastig fluit
'k Hoor er nóg dat kleine vliegtuig gonzen,
'k zie opnieuw de jacht der wolken in een donzen
vaartVerder, verder is er geen geluid.
Danruischt zacht iets door de toppen van de bomen
en is het nèt of jij, vertrouwd, weer bij me staat
Heus. ja heus, mijn Lieveling, zij is gekomen
in de allerliefste van mijn liefste dromen
wischt zij de tranen van mijn nat gelaat.
De bomen en de bloemen ruischenlieveling
de wind, het gras, de grond, de planten en het licht
het water van de kali neuriet lieveling
de vogels tjilpen blijde lieveling
de geur van dennennaalden ademt lieveling
de morgendauw één glinstering vanlieveling
de ijle zonnestralen spellen lieveling
de bossen en de bergen roepenlieveling
In allesalleszie ik slechts je innig-lief gezicht
PIERTJE PELIKAAN
Wie herinnert zich Piertje Pelikaan niet, zoals
hij in de Indische pers zo lang zijn lustige of droe
vige gedichtjes schreef over onze rare wereld en
over het dierbare Vaderland achter de kim! Nu
zit Piertje Pelikaan in Holland. De wereld is even
raar, maar hij zit dan toch in Holland, ja? En
kijk: steeds weer vluchten zijn gedachten naar het
dierbare Indië achter de kim
Via de Hallen van Parijs naar
Pasar Menteng
Twee jaar geleden was ik weer eens in Parijs.Ikhad
de moed om 's morgens om 4 uur op te staan en slen
terde toen kalmaan naar de Hallen. Straatje rechts,
rechts bocht links, nog eens zo en dan maar door
in zuidelijke richting.
„Les Halles" de grote centrale pasar van Parijs.
Nou, daar heb ik mijn ogen uitgekeken. Steeds maar
kwamen daar varkens, koeien, kippen, groenten,
vis, bloemen, enz. (alles al dood, behalve de bloe
men) in vrachtauto's aangereden.
Zeg en dan onze Pasar Menteng! Hoe lang sjokten
die arme tani's niet en de „kerbos" en die mormels
van wat eens „Paard" heette? En toch ook die leuke
eettentjes of te wel waroengs?
Maar ook bij de Hallen heb je deze. Kleine, enigszins
vieze (nou ja soeda) eettentjes. Daar komen de
nachtbars-bezoekers, toeristen, enz. „uiensoep eten.
Deed ik ook (maakte het thuis na en ze vonden het
allemaal lekker). Maar wat ik nu zeggen wilde. Je
zit daar dan lekker te slurpen en te suffen
Maar dat gesuf leidt soms tot denk-aan-vroeger.
Enfin, na die soep tippelde ik weer terug en nu
door 't „Marais". U kunt met de Métro gaan hoor,
maar Parijs onder de grond is net als ieder ander
hol waar naar, je beleeft er nèks.
Maar laat maar, je blijft boven dus, al zijn je voeten
op kookpunt.
Hoe deze vervallen buurten er uit zien? Als je nu
bekend bent met de zijstraatjes van de Tijgersgracht
en andere grachten van Batavia, dan heb je enig
idee hiervan. Hoewel het Marais veel meer verval
len is volgens mijn mening. Die Chinese achter
straatjes hebben ook een „cour" en een „porte
d'entrée
Maar al die vergelijkingen zijn met het Batavia uit
de Compagniestijd. Daar, op Pasar Ikan, bij de
Stadsherberg, fort Mauritius en vergeet nu ook niet
de Portugese kerk (de oudste en tweede) en die
schitterende Indische kanjeuse huizen!
Wie weet hiervan de geschiedenis en de overlevering
te vertellen? Straks is dit alles vergeten. En dat is
in historische zin gesproken, zonde!
't Kanon Batavia? Is 't al verenigd met die an
dere?
PRUL
In de nacht van 12 op 13 mei overleed, practisch
onopgemerkt en vergeten, mevrouw Alice Mulder
Versteegh (ja, een nicht van de beroemde Me
vrouw KloppenburgVersteegh). Zij was één van
de oudste abonnees van Tong-Tong, altijd hulp-
bereid, nooit boos op fouten en tekortkomingen,
nooit aandacht eisend: een Indisch dame-tje van
top tot teen. Het soort dat nooit klaagt en vooral
nooit „rèwèlt"; met een klein aantal, maar on
wrikbare principes. We kennen er zoveel. Wat gaat
er in hen om?
Onder haar schaarse bezittingen vonden we een
gedicht van eigen hand. Dit:
'k Verliet mijn land
Welbewust; en in mijn hand
hield ik een weinig zand,
dat 'k nam van de stoep
van 't dierbaar huis,
dat ik achterliet
O zonnelicht,
O klare sterrennachten,
Mijn blauwe bergen
Kembodjabloem,
Waringinboom
Waarom verliet ik u?
Mijn hart sterft eenzaam,
verlaten in een ver, koud land
Gij allen die ik achterliet
Mag ik dan nooit terug, om daar te sterven?
'k Wil begraven zyn onder de kemoening-
bloesems
Brantas Kawi Ardjoeno
iininiii/itiiiv.
■rihiihiiinuH"
Holland, dat is zo ongeveer het land van Simon
Vinkenoog: „Zolang te water". Indië dat is het
land va ndit plaatje: „Altijd te water"Want altijd
waren de kali's daar vol baders en baadsters, ws-
sers, vissers, zndduikers, zwemmers. De orman-
tische onbewerkte oevers, de sterke aardegeur, de
zalige stroming. En hoe menig jongeling en zelrs
jongmeisje) van goeden huize heeft in de stille
middaguren hier heerlijk ge-„ketjeboerd"!
Wij, Indische meisjes en jongens, kunnen niet dich
ten zegt men. En vooral de „oudjes", vroeger
of later is het tóch met hen gedaan. Nietwaar?
Vergeet ze. Vergeet Indonesië. Vergeet God's
Schepping.
En dan komt deze simpele afscheidsgroet. Op een
velletje verkreukt papier. Onder een hoofdkussen.
In een la tussen andere vodjes papier en keplek-
kaarten. Een aarzelende oriëntering; een stilaan
uit het leven gerangeerd vrouwtje, dat onnozel nog
wat stof meeneemt van de stoep van het Laatste
Huis in Het Paradijs.
Lach niet minzaam, onwetenden. „It is not that
it is not that at all!" Niet een handjevol zand, niet
wat sentimentele herinneringen aan kemoening en
bepaling in die aangrijpende slot-apotheose:
Brantas Kawi Ardjoeno
Vaste namen van vaste zaken over alle eeuwen
heen. Namen met een ontzaglijke poëtische zeg
gingskracht, van begrippen die symbolisch zijn
zonder weerga: de Brantas. Welke andere rivier
ter wereld stroomt als het menselijk zoeken naar
waarheid eerst naar het Zuiden, dan naar het
Westen, dan naar het Noorden en tenslotte weer
naar het Oosten? En in dit formidabel quadraat
van richtingen, precies in het middelpunt, daar
verheft zich weergaloos machtig, schoon en wijs
gerig de Kawi Ardjoeno Hoeveel poëzie en hoe
veel wijsheid in maar één versregel, twee namen,
drie woorden!
Alice heeft in Wonderland geleefd. Dit is haar
„summing up". Hoeveel (of hoe weinig) van onze
lezers begrijpen het? De rusteloze stroom van haar
leven, zóveel windstreken uit, is nu eindelijk tot
rust gekomen vér van haar oorsprong, vér van de
bergen met waringins en kemoenings, in de lage
tambaks. Vér en toch ook dichtbij: immers met
de (onbewuste, maar positieve) oriëntering: Bran
tas Kawi Ardjoeno.
Ai, Nederlanders uit Indië. Verdreven naar alle
windstreken der aarde: het Zuiden (Australië, Nw
Zealand), het Westen (Noord- en Zuid Amerika),
het Noorden (Nederland, Europa) zullen wij
ooit naar het Oosten teruggaan? Daar toeven
nochtans altijd onze mooiste gedachen: Brantas
Kawi Ardjoeno T. R.