HET WITTE HART
VAN
NIEUW GUINEA
14
WILLEM BRANDT: Het geheim
Dr. L. D. Brongersme en G. F. Venema
Van de bekende dichter en schrijver Willem Brandt
verscheen dezer dagen bij W. van Hoeve te
's-Gravenhage onder bovenstaande titel een wel
bijzonder fraai uitgevoerd boekske, waarvan het
fijne linnen bandje en het evenals de illustraties
door Eppo Doeve verzorgde omslag letterlijk
een lust voor de ogen zijn.
Het verhaal werd geschreven in opdracht van de
Nederlandse Radio Unie en op 5 mei 1960, de
dag waarop in ons land het derde lustrum van de
bevrijding werd herdacht, in het nationaal pro
gramma voorgedragen door niemand minder
dan Paul Steenbergen.
„Het geheim" - aldus de korte inleiding - is het
verhaal van een bevrijdingsuur in een Japans con
centratiekamp op Sumatra, een ware geschiedenis,
waarin de auteur de gevoelens en ontroeringen
heeft weergegeven niet alleen van zichzelf en zijn
naaste lotgenoten, maar - zo meent de inleider
- zonder twijfel van allen, die langer dan drie jaar
achter Japans prikkeldraad hebben gezucht.
Het verhaal is bedoeld als document en een eer
bewijs. Een document dat waard is aan de ver
getelheid te worden ontrukt, omdat het spreekt
van een groot tragisch gebeuren, waar vele dui
zenden Nederlanders bij betrokken zijn geweest.
Een eerbewijs voor die tallozen, die zich daarginds
in het Oosten als goede Nederlanders, maar voor
al als eerlijke en geestelijk vrije mensen hebben
gehandhaafd, onder de bitterste en ellendigste
omstandigheden. Tallozen, waarvan zeer velen het
hoogste offer hebben gebracht: een offer voor de
Nederlandse vlag, die voor hen tot in de zwartste
uren altoos het edele en levende sijmbool van vrij
heid en rechtvaardigheid is geweest.
Tot zover deze inleiding.
Ik heb dit boekje met gemengde gevoelens gelezen.
Men zou van mening kunnen zijn - en ik moet
bekennen dat deze mening de mijne is - dat er in de
beide wereldoorlogen overal onnoemelijk is gele
den. Wanneer we alleen maar denken aan de na
twintig eeuwen menselijke beschaving mensonterende
Jodenslachting, aan de gruwelijke gevolgen van de
atoombommen op Hirosjima en Nagasaki, en ont
zettende bombardementen van dorpen en steden,
dan vragen we ons af in hoeverre we het recht
hebben, eigen leed nog eens te releveren.
(Lees verder volgende pag.)
Er zijn van die boeken, die Uw boekenkrabbelaar nu eenmaal met bijzonder veel genoegen aankondigt.
Boeken, die om met Beb Vuyk te spreken de wilde groene geur van het avontuur ademen. Het
prachtige werk, dat ons midden in het witte hart van Nieuw-Guinee voert, is er zo een. Rijk geïllu
streerd met een uitzonderlijk groot aantal zeer fraaie foto's, waarvan vele in kleur, en voorzien van
overzichtelijke situatie- en route-kaartjes en een uitgebreid register, verscheen het dezer dagen bij
Scheltens en Giltay te Amsterdam. In prettig leesbare vorm geeft het een levendig, onopgesmukt
relaas waaraan ook de humor niet ontbreekt van de belevenissen van de wetenschappelijke expe
ditie, welke in 1959 een deel van het toen nog vrijwel geheel onbekende centrale bergland het witte
hart van Nieuw-Guinea onderzocht.
dit stellig op bij een ieder, die ooit in ons verloren
tropenparadijs de rimboe leerde kennen en waar
deren.
De lezing ervan en niet minder het aandachtig
bezien van de zeer vele prachtige foto's kan ik
onze Tong-Tonglezers van harte aanbevelen.
HEIN BUITENWEG
Een groep trekt door de Ok Sibil.
Wanneer we zouden beweren, dat Nieuw-Guinea in
onze dagen bij het Nederlandse volk in het centrum
van de belangstelling staat voor een boekaan-
kondiger écht zo'n aanlokkelijk zinnetje om mee
te beginnen zouden we vermoedelijk wel een
behoorlijk eind bezijden de werkelijkheid zijn. We
zouden ons kunnen voorstellen ook al werd
volgens krantenberichten het eskader dat de roem
rijke naam Doorman draagt, aan de Humboldt-
baai met groot gejuich en enthousiasme ontvangen
- dat velen, voorzover zij voor onze toekomst in
dit reusachtige gebied althans nog enige interesse
móchten hebben, in dit opzicht nogal sceptisch
gestemd zijn, wanneer zij denken aan het Kongo-
drama bij voorbeeld.
Hoe het ook zij, we hebben dit boek, dat zich op
zuiver wetenschappelijk gebied beweegt echter
zonder wetenschappelijk-dor te zijn, noch ook po-
litiek-tendentieus - - met bijzonder veel genoegen
en bijna in één adem uitgelezen. Het is een kro
niek van grote moeilijkheden, van spanning, van
tegenslagen, van koppig volhouden en overwinnen.
Van avontuur en mannenwerk, in de ware bete
kennis van dit vaak misbruikte woord. Het eerste
van de dertien hoofdstukken, die tesamen bijna
280 bladzijden beslaan, schetst zonder enige op
hef de enorme voorbereiding, welke deze expeditie
door de grotendeels onbekende groene wildernis
sen van Nieuw-Guinee heeft vereist, een voorbe
reiding, die dan ook niet minder dan zes jaar in
beslag heeft genomen. Het is niet eenvoudig een
boek als dit er een is in een kort bestek te bespre
ken. Al lezende telkens weer opnieuw geboeid
door het ruige avontuur kom je in de verleiding
interessante passages aan te halen. Waarin wordt
verteld van contacten met mannen, vrouwen en
kinderen van verschillende bevolkingsgroepen, ver
kenningstochten door de uitgestrekte jungle, langs
en door de vaak bandjirende rivieren, onder
vaak stromende tropische regens, aanleg van pri
mitieve landingsterreinen voor de vliegtuigen voor
de bevoorrading, die op andere wijze niet mogelijk
was.
Al lezende kunnen we ons levendig indenken, dat
tijdens de voorbereiding van dit wetenschappelijk
avontuur stromen brieven werden ontvangen van
lieden, die dolgraag mee wilden: een slager, die
een maaltijd voor twaalf personen kon koken en
waarlijk nog kon slachten ook, van een hotelbe
diende, van een meneer die in een confectiebedrijf
werkzaam was, van een strandtentenverhuurder en
een huisschilder en van drie jongedamles, die de
huishouding wilden doen en de kleren verstellen en
kanibalen veel minder gevaarlijk vonden dan het
moderne verkeer.
Geen wonder: op zeer vele onderzoekers heeft N.G.
een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitge
oefend. Zelden zo lezen we vindt men onder
de evenaar zo grote verschillen in klimaat en ter
reingesteldheid bijeen. Koraalriffen met een bonte
verscheidenheid aan dieren, stranden van helwit
zand met daarachter wuivende klapperpalmen, uit
gestrekte oerwouden en moerassen, grote rivieren
en meren, een hoog en sterk doorsneden bergter-
rein, waarvan de hoogste toppen met eeuwige
sneeuw en ijs bedekt zijn. Plaatsen met een jaar
lijkse regenval van zes tot zeven meter, waar men
geen verschil tussen de seizoenen heeft en plaatsen,
waar slechts 150 cm regen valt. Dit alles heeft zijn
invloed laten gelden op de plantenwereld en zon
der twijfel ook op de mensen, die er wonen.
Kortom, stellig wel een eldorado op wetenschappe
lijk gebied voor de deelnemers aan deze expeditie,
de anthropologen, botanici, geologen, zoölogen en
de taalkundige, die evenmin ontbrak.
En zo trokken deze mannen door het reusachtige
onbekende gebied, door de groene vlakten naar
de hoge bergtoppen. Tochten over vlak, modde
rig terrein, waar de voeten in wegzakten, moeizaam
klauteren langs beboste hellingen, struikelend over
verraderlijke boomwortels, omhoog over het
Oriongebergte, waar een schitterend uitzicht en
weldadige koelte hen wachtten. In de avond
wordt het primitieve bivak opgeslagen, een uitge
spannen zeil, waar de wind fris onderdoor blaast,
terwijl boven een rokerig vuurtje de natte kle
ren te drogen worden gehangen. Tussen reusach
tige rotsblokken stromen schuimend en bruisend
de rivieren. De dragers, ieder met een last van 18
kg aan de draagband springen op hun blote woud
lopersvoeten van steen tot steen lachend om het
stumperig gedoe van de blanken. Zouden de ster
ren voor deze moedige kerels ooit schoner hebben
gestraald dan toen, na een adembenemende tocht
in sneeuw en dichte mist het hoogste punt werd
bereikt?
Bijna zes maanden heeft de expeditie in het Ster
rengebergte doorgebracht. Er zijn boeken, die
het weemoedige verlangen in ons opwekken, weer
jong te zijn, weg te kunnen vluchten uit de
schijnbeschaving van deze „grootse tijd in het
ruige avontuur. Een dwaas verlangen, toegegeven,
maar een boek als waarover wij in deze bespre
king helaas niet anders dan kort konden zijn, wekt
Eén van de vele prachtige foto's: