Hoe staat het nu eigenlijk met de Dl MONTI S HALLO BANDOENG Zelfs in een Australische fruitfabriek: 1 1 „Henry de LaGardère is niet dood, zie hij leeft!" Velen onzer oudere lezers herinneren zich wellicht deze claus uit de geliefde draak onzer grootouders: „De gebochelde", van Paul Féval. In ons artikel van 31 oktober 1960 stelden we de vraag: Zijn de Di Monti's uitgestorven? Hierop kwamen van on ze lezers velerlei reacties, mededelingen, foto's etc., alleen de naamdragers zélf reageerden niet. Waar we echter wèl hunne adressen hier te lande verkregen, wachtten we (helaas tevergeefs) op ant woord op onze brieven, wat oorzaak werd, dat het door ons geprojecteerde, aardig geïllustreerde artikel in ons Kerstnummer, moest uitblijven. Een paar vriendelijke dames, die zich beijverd hadden ons foto's te zenden, vroegen die weer terug, en, waar wij het artikel toch niet behoorlijk konden afsluiten, zagen wij geen reden deze terugzending nog langer op te houden. Er is zovéél belangrijke stof voorradig, en als nu de familie zélf zo dui delijk blijk geeft, van niet het geringste belang in haar historie te stellen, kunnen we ons beter ont houden. Wij besloten ons dus te beperken tot een kort entre-filet, waarin de ons bekend geworden gegevens opgenomen zouden worden, mitsgaders een opgave van de adressen van de zwijgzame naamdragers, voor het geval, anderen vroeg of laat verder willen speuren. In ons nummer van 15-1 vroeg de Malakka-erfenis te veel ruimte, om er plaats voor te laten, en zo besloot Navorser in overleg met de redactie nog éénmaal de oesterach tige naamdragers aan te schrijven (wat helaas geen resultaat opleverde!) Maar ja, ons werk heeft naast zijn downs toch ook zijn ups, en eind januari dwarrelde op onze schrijftafel een brief van een, ons tot dusver vrij wel onbekende naamdraagster, die we in Tjepoe waanden, en die ons over de état présent inlichtte. En zo zijn we dan nu in staat, al is het door het gebrek aan medewerking van enkele nog levende naamdragers niet zo volledig als wij wel wensten, tóch een redelijk overzicht der familie Di Monti in de 20e eeuw te brengen. Maar nu ter zake: Alle nog levende DiMonti's stammen uit de landhuurder Louis Guillaume Alexandre Di Monti (1841-1889). Zijn voorkin deren waren Wilhelmina Frangoise (tante Fransje) overleden 1935, gehuwd met George Nolson, en misschien Willem, de ordonnans van de Sultan, waarover hieronder. Uit het huwelijk van L. G. A. met Caroline Philip pine Flohr (tante Pipi), sproten a.: Jeannette, gehuwd met Bernard H. C. Martens, machinist Sf. Tandjong Tirto, later te Bandoeng, waar hij in 1945 overleed. Na het overlijden van Jeannette(a) hertrouwde hij met haar zuster (b) Hermien of Wil helmina (bij Kleian vermeld als L.G.J., misschien Guillelmine)beide huwelijken bleven kinderloos. De 3e dochter was (c) Adèle, gehuwd met Gerrit Willem Wiegers (niet Wichers, zoals de vorige op gave luidde), Chef-opnemer van het Boswezen, we duwnaar van ook dit huwelijk bleef kinder loos. Zowel de heer Wiegers als zijn vrouw overleden in juli 1946 in het Bersiapkamp te Poerworedjo, en zijn daar begraven. Ten slotte (d) Charles Dimonti, geb. te Klatèn 21-3-1875, overleden te Bandoeng 15-8-1945, Com mies der Posterijen. Hij huwde te Solo 7-3-1899 met Marie Louise Pauline Virgine Goewie, geb. te Solo 27-8-1875, thans wonende te Amstelveen, dochter van Bernard W. M. en L. A. Weiss (on derneming Kradjegan te Solo). Dit huwelijk werd door de Rechtbank te Semarang op 21-10-1909 ont bonden, waarna hij op 30-6-1921 te Solo hertrouw de met zijn nichtje Flora Flohr, geb. te Solo 29-7-1891, eveneens te Bandoeng overleden?? II. Uit het le huwelijk sproten: 1. Elvire Hortense Eveline DiMonti, geb. Poer woredjo 5-6-1900, thans te Amstelveen. Zij huwde te Solo 1926, Gerard Hofman, geb. te Velsen, oud Deli-planter, uit welk huwelijk één zoon en 2 doch ters, wonende resp. te Auckland, te Melbourne en te Vlaardingen. 2. Freddy Richard Marius Charles DiMonti, geb. te Solo 3-9-1901, overleden te Bandoeng 1959, on gehuwd. 3. Alexander, Willem Bernard Bert) Di Monti geb. Ternate 1-9-1902, overleden (in 1938 machi nist Sf. Djo-mbang, huwde te met Christine Th. J. Haaxman, geb. overleden kinderen: III III. 1. Louis Eugène Di Monti, geb. te wo nende te Zeelst (N.Br.) Hij huwde waaruit één kind. Hij is de stamhouder der familie. 2. Ilse DiMonti, geb. gehuwd met Jacobus Huy- ser. Uit het 2e huwelijk van Charles met Flora Flohr sproot: II. 4. Arthur René DiMonti, geb. Solo 21-2-1923, thans te Bandoeng. Gepd. politieambtenaar. Nam de Indonesische nationaliteit aan, is invalide en ver vroegd gepensioneerd. Uit zijn huwelijk met een Indonesische vrouw, sproot een zoontje, waarover verder niets bekend. Nu keren we terug tot de ons verder vrijwel on bekende Willem, die Ordonnans van de Sultan was. Hij is vóór 1917 overleden, wellicht veel vroeger, daar zijn echtgenote in 1902 alleen ver meld staat als koekbakster, haar spekkoek schijnt beroemd geweest te zijn. Hij is vóór 1866 gehuwd met Anna Catharina de Veer, de mysterieuse „tante Antje" die omstr. 1920 bij Oom John Israel in huis woonde, en daar in 1923 overleed. Zij is de dame met het kindje op het bij ons vorig ar tikel afgebeelde kopje. Haar dochtertje was de Johanna Elisabeth Charlotte DiMonti, geb. overl. en op 14-12-1878 te Jogja gehuwd met Gerard Anthonio Rudolph, employé der Sf. Ba- rongan. Lotje, zoals zij genoemd werd, had 3 kin deren: Leo, empl. Sf. Tandjong Tirto te Jogja, Gerard Rudolf (Peng) en Lucie Anthonio gehuwd met J. M. van Braam, opzichter L. Waterstaat, met uitgebreid nageslacht. Een andere correspon dente noemt ook nog ene Marie Anthonio, gehuwd met H. de Veer, bosarcl tect Boswezen, waaruit allianties met de families Hoeke en van der Wal. Daarnaast hadden Oom Willem en tante Antje nog een zoon, nl. Henricus Fredericus DiMonti, geb. te Jogja 27-10-1867, overleden te Sema rang 18-2-1920. Hij huwde te Jogja 3-7-1888 met Wilhelmina Frederica Engelina Keiler, welk huwe lijk op 1-8-1900 ontbonden werd. Kort daarop her trouwde hij met Honoria Doralize Haverwey (tan te Dora), geb. te Jogja 16-11-1879, overleden te Djakarta Djalan Gredja Ingris op 8-10-1960. Uit dit huwelijk sproten: 1. Amelia Constance (Stans) DiMonti, geb. Jogja 14-2-1903, werkzaam aan het kadaster te Djakar ta. 2. Johannes Willem (Willy) DiMonti, geb. Jogja 3-10-1904, oud ambtenaar B.B., thans verblijven de te Rotterdam. Meerdere foto's van tante Antje, zijn nog in het bezit harer achterkleindochter Mw. Hoeke-de Veer, Slotermeer bij Amsterdam. Wij vermelden hier graag de bijzondere medewer king van de Franse Consul op Mauritius M. Pierre de Sornay, auteur van een historisch werk over het lie de France, die zich zeer veel moeite gaf nog iets naders te vinden over de komst der Sanso- vani's op dit eiland. Behoudens drie naamdragers, die we tot dusver niet konden plaatsen, is de puzzle nu compleet. Deze drie zijn: A. P. Dimonti, vermeld in Kleian 1917 in Salatiga. Mej. D. DiMonti, empl. Toko M. Os te Semarang id. id. en ten slotte een ietwat vaag persoon, gesignaleerd door Mevr. M. von Hombracht te Groningen, die in oct./nov. 1960 in de Gooi en Eenlander een overlijdensannonce gelezen had van ene Mevr. von Prehn, ondertekend door Mw. van Lith de Jeude von Prehn, en medeondertekend door een DiMonti ergens in de Betuwe. Misschien zeggen deze gegevens onze lezers iets meer dan ons, wij konden geen verband ontdekken, en vragen ons af, of dit geen Weynschenk is geweest, waarvan v.P.'s wèl geparenteerd zijn. Desondanks achtten wij het onze plicht, ook dit gegeven even vast te leggen, opdat de bedoeling der inzendster tot zijn recht komt. NAVORSER De bel, de bel! Kom gauw naar binnen. Wie te laat is moet naar de „Dirk". „Jongens" en „meisjes" van de Kweek, je hebt de bel gehoord. Na zoveel jaren gaan we nog eens onze klas binnen. Weet je nog, het gebouw op Tjikoedapateuh, waar je de trein zag stoppen aan het stationnetje, als je op het gym-veld sport en spel had? Zie je jezelf nog dol-blij de Papandajan- school verlaten, diploma-op-zak? Dat alles is niet zomaar voorbij, het is er nu nog. De bel, de bel! Kom, op naar de reünie! Geef uw naam en adres op aan: E. W. E. Burger, Waldeck Pyrmontkade 70, Den Haag, tel. 070- 325815. Hoe denkt u over zondag 2 of 9 juli a.s. als datum van reünie te houden in Den Haag? In de Cannery. Maar nu niet bij de pines, de ananassen, maar bij de peaches. Lekkere sappige peren met een cream en rose schil. We mogen er net zoveel van eten als we willen, waardoor we ze na zo'n hele morgen niet meer kunnen zién. Met z'n vieren staan we om een grote bak, waar uit we in een zeer snel tempo telkens een peach moeten nemen om die te ontpitten. Allemaal heb ben we een kaartje met nummer en naam op ons gummischort gespeld. Dat van mijn buurvrouw is half verborgen onder de kraag van haar jurk. Ter sluiks neem ik haar eens op. Ze is groot en blond. Vast geen Australische. Ik schuif wat dichter naar haar toe om de naam op het kaartje te kunnen ontcijferen. Zie je wel? Van Een Hollandse Als het geraas van de machines even vermindert en we moeten wachten op een nieuwe bak met vruchten, begin ik vrouwelijk nieuwsgierig een gesprek. „Are you Dutch?" „Yes, you too?" „En óf" ga ik over op Hollands, „eigenlijk uit Indonesië." „Ik ook." „Uit Soerabaia." „Ik ook." „Coenboulevard," zeg ik dan, ietwat geïrriteerd. „Ik ook", is het lachend gegeven antwoord. „Allémensen, that's funny. Wat een toeval Dus óók oud-Soerabaiaan. Nu, ik heet Tilly hoor." „Ik óók," roept ze bijna ademloos. „Tilly van Opstal." Zo zie je, zélfs in een Australische fruitfabriek TILLY BREEMAN

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1961 | | pagina 11