DE BANKIER VAN JOGJA
Flip Willemsen
Leven en werken van George Weijnschenk
en zijn naaste verwanten (deel II)
MUSIC MAKES ME
1 1
Een jonge man in de kracht van zijn leven, kon,
hoe ook getroffen door het verlies van zijn be
minde vrouw, op den duur niet alleen blijven,
en zo vond ook George de in die jaren gebruike
lijke oplossing, hij zocht en vond een huishoudster
in de persoon der vrije Javaanse vrouw Raimag,
ook genaamd Boesoek, geboren te Semarang in
Januari 1825, dochter van de Maleier July en de
Javaanse vrouw Moedie. Deze relatie ontstond in
het jaar 1841, maar zoals te doen gebruikelijk,
wachtten zij met de bezegeling van hun huwelijk
tot dit gezegend was met een vijftal spruiten, te
weten:
a. Maria Dorothea, geb. te Jogja 28-7-1842, over
leden te 's-Gravenhage 4-10-1868. Zij huwde te
Jogja 9-11-1861 Theodorus Hermanus JosephusMa-
rie Vermeulen, geb. te 22-10-1830, overleden Se
marang -1865, le Luitenant der artillerie, zoon
van Josephus Thomas Vermeulen en Cornelia
Theresia Rijnders.
b. Maria Johanna Weijnschenk, geb. Jogja 3-9-1845,
aldaar gehuwd op 4-6-1863 met Jan Albertus Wil
helm Eilers, geb. 31-5-1837, le Luitenant Inf., la
ter bankier, zoon van Herman Andries en Johanna
Maria Bestelmaier.
c. George Lodewijk Weijnschenk (LOUIS), zie
onder C.
d. Anna Ambrosina, geb. Jogja 15-1-1850, huwde
te Jogja 15-1-1867 Louis Joseph Ferdinand Edu-
ard von Ende, Batavia 5-11-1835, overl. 1896,
zoon van Friedrich Nicolaas von Ende, admini
strateur van kleding te Batavia en diens le vrouw
Oranina Bloemenstiena van Riemsdijk.
e. Carel Lodewijk, geb. Jogja 20-4-1851, jong over
leden.
f. George Junior, geb. Jogja 30-10-1852, overle
den aldaar 25-4-1931, zie D.
g. Johannes Cornelis, geb. Jogja 29-1-1854, over
leden te 's-Gravenhage 2-3-1934. Ongehuwd.
h. Leopold, geb. Jogja 26-2-1855, overleden al
daar 12-5-1871, bijgezet aldaar in graf 185 op het
Kerkhof bij de Oude Passar. Hij was lichamelijk
gebrekkig, en volgens de familielegende gelastte
zijn Vader, dat geen zijner nakomelingen meer
de naam Leopold zou mogen dragen.
i. Anna Catharina, geb. Jogja 10-6-1856, overle
den te 1936. Zij huwde Jogja 15-4-1875, over
leden.
Gepensionneerd officier Inf., zoon van Mr.
Jan Karei en Maria Wilhelmina Chevalier, en
broer van de bekende schrijfster over Java: Augus
ta de Wit. Nadat het echtpaar zich in Europa ge
vestigd had, verzamelden zij voornamelijk in Italië
veel oude kunst, waartoe zij hun huis te 's-Gra
venhage op de Groot Hertoginnelaan 4 geheel
lieten inrichten. Er was oorspronkelijk sprake van,
dat dit huis met inhoud als museum aan de Ge
meente 's-Gravenhage zou komen, doch uiteindelijk
zijn de collecties in Maastricht beland,
k. Cherrie geb. Jogja 9-7-1857, overleden aldaar
2-1-1935 zie E.
1. Georgine Louise (tante Wies), geb. Jogja 19-5-
1859 overleden te 's-Gravenhage, Willem de Zwij
gerlaan 29 op 5-5-1939. Zij huwde le Jogja 10-
9-1878 Henricus Josephus Bernardus Dekema, geb.
te -1852, Mil. apotheker, overleden te zoon
van Jan Simon Dekema en Maria Anna Hendrika
Hubertina Machon.
Zij huwde 2e P van der Meyden, geb. overle.
(voor 1939,) gepd. Kapitein Infanterie, weduwnaar
van A.E.Hubenet.
m. Joan, geb. Jogja 14-6-1860, overl. Bandoeng
28-8-1937. Zie F.
n. Pieter Henry, geb. Jogja 12-9-1861, overleden
te 's-Gravenhage 9-1-1957, zie G.
Tot zover de kinderen uit George's 2e huwelijk met
Ramag of Boesook.
Hij hertrouwde te Jogja op 7-7-1864 met zijn gewe
zen schoonzuster Wilhelmina Frederika Kramer,
geb. Batavia 29-3-1824, overleden te Jogja 21-7-
1886, sinds 1859 weduwe van zijn broer George
Lodewijk (B., onder welke afdeling ook meerdere
bijzonderheden over dit uit zakelijk oogpunt tot
stand gekomen huwelijk zullen volgen.)
Uit dit huwelijk sproot slechts één kind, te weten:
O. Egbert Johannes, geb. Jogja 12-6-1865, over
leden te 's-Gravenhage, Parkweg 17, Villa „Mata-
ram" op 1-9-1936.
Hij huwde Jogja 21-11-1887 Julia Louise Vroom,
geb. Jogja 25-7-1857, overl. en kinderloos
dochter van Julius en Th. L. N. v.d. Klugt.
Behalve deze trits van wettige nakomelingen, liet
George door zijn vriend Pieter Dom, een zestal
kinderen van de inlandse vrouw Sampit adopte
ren, geboren tussen de jaren 1855-1865, waarvan
als vader werd genoemd Wijnschenk. Oorspronke
lijk bekend onder de naam Wijnschenk Dom, ble
ven de nakomelingen dier kinderen voortleven als
Wijnschenk's. Met hen zullen we ons e.v. artikel
anvangen. NAVORSER
Alle jazz-musici vatten hun muzikale taak ernstig
op. En volkomen terecht. Het is dan ook begrij
pelijk dat zij, sterk geconcentreerd, daarbij een hoogst
ernstig gezicht zetten.
Maar er zijn er een stuk of wat die zo maar met
een blijde lach langs hun neus, of liever gezegd
onder hun neus weg musiceren. Vele mensen heb
ben dit feit als een verademing geconstateerd bij
jazz-gitarist Flip Willemsen. Hij is net zo serieus
als de anderen, maar het spelen geeft hem zoveel
muzikaal genot dat het tot uiting moét komen in
een bright smile! Precies zo is zijn stijl: ontwa
penend, speels, brillant.
Flip Willemsen is geboren en getogen in good old
Betawie. Op zijn vijftiende jaar begon hij gitaar
te spelen. Zoals het altijd met talentvolle musici
gaat, kwam hij later natuurlijk prompt in allerlei
ensembles terecht. Toch trad hij in Indië nog niet
op de voorgrond. Dat is pas hier in Holland
gebeurd. En hoe!
Met wie hij ook speelde, van welk soort ensemble
hij ook deel uitmaakte, altijd viel hij op. Het kan
niet missen. Werkelijk talent verloochent zich nooit.
Flip heeft in talrijke combinaties en in alle stijlen
gespeeld. Van hawaian-muziek, via moderne jazz
en swing tot dixieland toe. Bij alle soorten muziek
past hij zich uitstekend aan. Maar het liefst speelt
hij toch in de swing-stijl. De stijl van de jaren
dertig, van Count Basie, Jimmy Lunceford en Ben
ny Goodman; maar dan natuurlijk aangepast aan
deze tijd, met een modernere inslag dus.
Hij speelde als begeleidingsgitarist (met af en toe
knappe soli) bij de ,,Mena Moeria Minstrels" on
der leiding van Rudi Wairata en later zonder deze
prima hawaianist met de zangeres Sylvie van Re-
nesse. Maar toch trok de jazz hem meer. In 1954
vormde hij met Doddy Gootjes (piano) en Jules van
Hogezand (bas) het „Metro Combo". In de Haag
se Dierentuin behaalden zij tijdens de AVRO jazz-
competitie de eerste prijs in de moderne stijl. Flip
was een van de best improvisierende solisten. Ook
zijn uitstekende begeleidingen vielen op; een be
langrijk onderdeel van het gitaarspel, een stuwende
opbouwende taak die andere solisten tot grote pres
taties kan opvoeren.
Een jaar later richtte hij samen met pianist Max
Lim het „Flimax Kwartet" (Fli (p)-Max) op, geas
sisteerd door bassist Dick van der Capellen en
drummer Han de Jonge. Deze modern georiënteer
de combinatie won op een jazz-concours in Hilver
sum de tweede prijs en Flip Willemsen sleepte er
als solist nog een speciale onderscheiding weg? Zij
maakten ook een goede gramofoonplaat, waarbij
vooral de vertolking van het franse liedje „Boum"
de aandacht trok.
Tijdens een ander jazz-festival in het Kurhaus
in Scheveningen trad hij met een trio op.
Ook hier weer viel hij op door zijn originele
vertolkingen en zijn knappe arrangementen.
Uiteraard is hij ook verschillende malen voor
radio en t.v. opgetreden.
Hij behoorde, met Dick van der Capellen, tot het
„Stido Alstrpmm Sextet", dat zijn aandeel leverde
aan een Nederlandse langspeler „Jazz behind the
Dikes (III)". In variërende bezettingen heeft hij
op alle mogelijke feestavonden in en buiten Den
Haag acte de presence gegeven.
Met de bekende klarinettist/saxofonist Peter Schil-
peroort maakte hij in 1959 een reeks populair
geworden gramofoonopnamen als „Petite Fleur",
„Morgen" en „Lonesome".
En in de stijl van de beroemde „Hot Club de
France" maakte Flip met hotviolist Frans van
Bergen, Ab de Molenaar (ritmegitaar) en Hank
Wood (bas) als „Hot Club de Frans" (leuk ge
vonden!) een paar sublieme opnamen. Yes, Sir!
Rasechte swing en Flip Willemsen op zijn aller
best. Met een ingehouden dynamiek en toch heer
lijk relaxed, sprankelend en verkwikkend als koele
waterdruppels die na een warme vermoeiende
tocht op je neerdalen!
Toch wil Flip Willemsen geen beroepsmusicus
worden. Hij werkt als chef tekenkamer op een
architectenbureau in Den Haag en hij studeert al
acht jaar voor bouwkundig ingenieur. Volgend jaar
hoopt hij de titel voor zijn naam te mogen zetten.
Momenteel maakt hij deel uit van „The Old Dutch
Jazz Band", een dixieland orkest dat tot het beste
van Nederland behoort. Hij speelt er samen met
onder meer Jan Morks en Martien Beenen (beide
afkomstig van de D.S.C.-band)Het afgelopen sei
zoen traden zij op in Scheveningen's „Caveau Tzi
gane" en het Casino in Noordwijk.
In maart van dit jaar deed Flip Willemsen mee in
het moderne trio van drummer Louis de Lussanet
aan een jazz-concours in Delft. Het trio eindigde
op een eervolle plaats. Flip won de solisten-
prijs! De „Haagsche Courant" haalde bij deze ge
legenheid in haar verslag de woorden aan van
jurylid Theo Uden Masman (de bekende leider van
de „Ramblers")! „Het beste dat ik jaren ooit
gehoord heb. Wat deze gitarist presenteerde was
fantastisch. Noch bij de radio, noch bij de
televisie komen we momenteel een gitarist van dit
formaat tegen."
En Theo Uden Masman kan het weten! Ja, toch?
MAUS
FLIP WILLEMSEN. Musicus
van klasse, brillant jazz-gitarist.
Vele insiders rekenen hem tot de
allerbeste Nederlandse jazz-vertol-
kers.