MARY KÜHN
Anders dan gewoon
NA GEDANE ARBEID
IS HET ZALIG WERKEN
P If m
Over de werkende moeder is weinig goeds gezegd door radio, televisie en dagblad
pers. Egoïsme, gebrek aan verantwoordelijkheid en ouderliefde, ongezonde hang
naar luxe, dat was wat men haar verweet. O ja, er waren wel een paar uitzonde
ringsgevallen, moeders die werkten uit noodzaak. Wat een onzin dacht ik, juist
deze gevallen zijn regel, die andere zijn uitzonderingen die de regel bevestigen.
Net toen ik daarover piekerde op een ochtend in de tram, zag ik Mary Kühn-
Bronkhorst.
„Waar moet je in hemelsnaam zo vroeg in de
ochtend naar toe?"
„Lach niet", haar koolzwarte ogen schitteren
van ingehouden pret, ,,ik werk op kantoor
„Jij, op kantoor? Met 9 kinderen?" ik sta
gewoon paf.
„Ach weet je Li, het kan zo makkelijk. Je
weet mijn anaks zijn al groot, ze doen alles
zelf. Wat doe je zo de hele dag thuis als
het werk gedaan is. Ik dacht, ajo, ik wil wel
weer eens op kantoor zitten, dat brengt wat
extra geld in het laadje waar we allemaal
plezier van kunnen hebben en bovendien: ik
rust nu pas goed uit!
„Kan ik zaterdagochtend even komen?' vraag
ik.
„Oké gezellig, breng je kinderen mee! O, ik
moet er hier uit, dag!"
Kwiek als een teen-ager springt ze de tram
uit. Daar loopt ze, „petite" en mollig met
baar geruite mantel, op flatjes die haar naar
het enorme kantoor brengen waar ze zoals
ze zelf zegt: uitrust van gedane huisarbeid!
De deur wordt me opengedaan door 3 meis
jes tegelijk. Ze lijken zo sprekend op elkaar
als een echte drieling behoort te doen.
„Dit is Jolande, dit is Francis en dit Hedy
stelt Mary ze voor en daar heb je mijn Ben
jamin Reggie", en in een adem door, „zet je
fneteen koffiewater op, jong?"
Een zonnige, fris gemeubileerde huiskamer,
zo kraakhelder en aan kant dat je je niet
kunt voorstellen dat hier zoveel mensen wo
nen en leven. Maar zo is haar hele huis, aan
kant, stofvrij, opgeruimd.
„Hoe krijg je dat voor elkaar?" vraag ik.
„Het is pas half elf 's ochtends!"
„kwestie van handig inpikken. We hebben
7 kamers, je begrijpt dat iedereen mee moet
helpen om de boel netjes te houden. Maar ik
ga toch nooit naar bed voor ik in ieder geval
de huiskamer heb opgeruimd. Dat spaart me
tijd in de ochtend"
„Het klinkt gemakkelijker dan het is, met
zoveel personen in huis", zeg ik.
„Je doet net of ik een of ander wondermens
ben", vindt Mary en lacht een beetje maloe.
„Ach weet je, ik geloof dat het allemaal komt
omdat ik eigenlijk nooit moe ben. Als je
goed gezond bent kun je immers alles?" haas
tig zoekt ze naar een plekje om af te kloppen.
„Nou dan, om te beginnen: ik sta altijd om
6 uur op. Eerst mijn kopje koffie en dan
hier en daar wat opruimen en stofafnemen.
Dan voor het ontbijt zorgen. Mijn man gaat
ook al vroeg de deur uit, die werkt buiten
de stad. Om 7.30 moeten de kinderen eruit.
Ze doen hun eigen kamer en ruimen alles op.
Na het ontbijt wassen ze ook zelf om. Om
8 uur moet ik zelf naar kantoor. Zaterdag is
voor mij schoonmaak-dag"
„En hoe doe je met het eten, je bent pas
over vijven thuis?"
„O, koken gebeurt de avond van tevoren al.
Direct na de afwas (waarbij alle kinderen,
ook de groten, hun beurt hebben) drinken
we eerst samen koffie. Dan verdwijn ik weer
in mijn schone keuken om het eten voor de
volgende dag te koken. We eten iedere dag
rijst, dat is gemakkelijk, alle gerechten kun je
makkelijk de volgende dag opwarmen. Trou
wens je weet; koken is zo'n probleem niet
voor ons. Je kunt er nog van alles tussendoor
doen. Af en toe naar de tv kijken bijvoor
beeld. Maar ik zorg wel dat ik klaar ben
als er een goed programma is!'
„En de boodschappen?"
,,'s Middags haalt Francis me van de tram
halte af. Ik geef haar een lijstje met de
dingen die ik 's avonds nodig heb voor het
Voedt uw kinderen op, opdat ze leren zich
zelf op te voeden.
koken. Francis kan goed met geld omgaan,
die vertrouw ik mijn hele huishoudbeurs toe.
Jolande is de huishoudster die is zo netjes!
Ze moeten niet proberen rommel te laten
slingeren, krijgen ze meteen een standje. Jo
stofzuigt, doet de kamers en Hedy is een
duvelstoejager, die helpt in huis en met de
boodschappen. Net als Reggie. Hij is 11".
Ze vertelt me over de oudste zoon die geëmi
greerd is en zijn broer die binnenkort ook
naar de States gaat. Over Ronnie en Nanda,
allebei getrouwd, maar Nanda woont met
haar man in. „Ze is nog zo jong, nu leert ze
van zelf wat meer van het huishouden".
Toen ze pas in Holland waren, verloor ze een
zoontje van 8 door dyphterie. Drie en een
half jaar woonde ze in contract-pensions voor
ze een huis kregen.
„Vertel eens iets over die tijd?"
„In 1951 zijn we gerepatrieerd. Dat werd de
eerste keer dat ik uit Bandoeng wegging.
Weet je dat ik mijn hele leven lang in Ban
doeng heb gewoond aan de Lembangweg?
Daar zijn alle kinderen geboren. We hebben
een heel zware bersiap-tijd meegemaakt, door
een toeval aan uitmoording ontkomen. Mijn
man werkte bij de Staatsspoorwegen. De hele
Jappentijd zijn we goed doorgekomen maar
de tijd daarna was vreselijk. Op een gegeven
moment waren we helemaal afgesloten van
de stad. Je kon moeilijk aan eten komen,
we werden zwaar geboycot. Rudi die donker
is, kon nog wel tempeh en tahoe kopen van
een goede langganan maar Ronny die blank
is, verkochten ze niets. Op een avond moes
ten we vluchten, we werden gewaarschuwd
door iemand die ons goed gezind was. Er
werd verschrikkelijk geschoten en de granaten
gierden over ons heen. Gelukkig had ik tóén
nog geen 10 kinderen", voegt ze er optimis
tisch aan toe.
„Nou ja, met ons zaten er duizenden gezinnen
'overal in Indië in hetzelfde schuitje. Als je
het de mensen hier vertelt, kunnen ze zich dat
niet voorstellen. Soedah. In ieder geval raad
den men ons aan te repatriëren. Een vriendin
schreef me: „Alles wat je hier nodig hebt is:
veel warme kleren en een wasmachine, de
rest komt wel. Gelijk had ze wel, toen ik
hier aankwam was de drieling 21/2 en de
jongste 8 maanden".
„Kreeg je gauw een goed pension?
„In Bussum hebben we 8 maanden gezeten,
toen moesten we naar Amsterdam verhuizen.
Maar daar in het pension aan de Keizers
gracht wachtte de pensionhoudster ons aan
de trap op. „Wat, 10 kinderen? Geen kwes
tie van, Daar komt niets van in!" En ze liet
ons in de kou staan. Met onze bultzakken,
koffers en boengkoesans met kleren en 10
kinderen
„In „Huize Holland", werd alles goed.
jaar hebben we daar gewoond. Ik kon goed
opschieten met de pensionhoudster. Je weet
misschien uit ervaring, de rijsttafel die je
daar krijgt is niet naar onze smaak bereid,
dus bood ik aan tweemaal in de week voor
het pension te koken. Zo had ik weer wat te
doen. In zo'n pension zit je maar te zitten, dat
(Lees verder volgende pagina)
Francis, Jolande en Hedy (13) met Reggie (11) in het midden. De jongste teamworkets in
huize Kiihn.
13