VAN HIER EN GUNDER DE WEG 6e JAARGANG No. 21 Onafhankelijk Indisch Tijdschrift Prins Mauritslaan 36 - Den Haag Tel. 542.542 - Giro 6685 De afstand tussen mij en jou wordt steeas groter. Ingezonden artikelen, waarvan je me verzekerde dat ze goed zijn, zijn na maanden nog steeds niet geplaatst. Een enkel bezoettie e,tt er niet meer bij. Als dat over de hete time zo gaat, stort Tong-Tong tóch weer in elkaar" Dit is inderdaad bedroevend. Weet je dat het me vaak nachtenlang achtervolgt als een soort schuldbesef? Ik roep vriendschappen en activi teiten op en dan laat ik ze liggenIk weet nochtans geen oplossing. Ik heb tienduizend contacten. Als ik daar maar één procent van onderhoud door een avondje te komen bab belen, ben ik er honderd dagen achtereen mee kwijt. En pas na honderd dagen komt nummer één weer aan de beurt. En 9-900 krijgen nooit een beurt. En dan heb ikzelf geen enkele eigen avond. Weet je dat ik zel den of nooit naar de bioscoop ga, hoogstzelden naar andere vormen van amusement of ont wikkeling? Dat van de niet-bezoek-avonden er gemiddeld drie per week „op" gaan aan vergaderingen en twee aan werk? Dit is on mogelijk bij te houden. Dito met ingezonden stukken. We krijgen er gemiddeld (grote en kleine) drie honderd per maand en kunnen er maar zestig van plaatsen. Zelfs met strenge selectie komen we er met Tong-Tong niet uit. Veel „bewaren we dus voorlopig omdat we hopen ze eens gebundeld in pockets uit te geven. Ook hopen we met 20.000 abonnees een Tong-Tong te kunnen betalen van 32 of meer pagina's. Dan kunnen we veel meer plaatsen... en krijgen misschien dubbel zoveel en raken wéér vast. Het moet ook daarheen gaan dat het contact niet meer gevoeld wordt met Tjalie, maar met Tong-Tong. Net zoals niemand ernaar verlangt om zijn redacteur van de NRC, Parool, Vaderland, enz. enz. te spreken, maar aan de krant genoeg heeft. West je, ik ken verreweg de meeste brief schrijvers en inzenders van artikelen óók niet persoonlijk en zou ze héél graag willen ont moeten. Kan niet, maar toch ken ik ze en zijn ze me dierbaar. Zou het in omgekeerde rich ting ook kunnen? Dan hoeft Tong-Tong niet „in te storten". „De geruchten dat ie weggaat, blijven aan houden. Je spreekt ze niet tegen en je ontkent ze ook niet. Op zo'n manier verdwijnt alle vertrouwen in een toekomst van Tong-Tong. Wie besteedt zijn geld en energie aan iets wat niet zeker is?" Mevr. R. de V Welke moeder besteedt niet al haar geld en energie aan kinderen, van wie ze ook niet weet of ze niet vroeg zullen sterven? Of weg lopen? Of voor korte of lange tijd wegblij ven? Wie gaat een huwelijk of vriendschap niet aan, omdat het object van de genegen heid sterfelijk en onzeker is? Wie bedankt voor zijn dagblad of zijn weekblad omdat de redacteur elk ogenblik vertrekken kan? Ik heb herhaaldelijk in Tong-Tong gezegd dat ik dit werk nooit in de steek laat. Ik zal voor dit werk vaak voor korte of lange tijd weg móeten zijn. Ik zal voor deze plichtsop vatting veel moeten reizen. En Tong-Tong zal dat niet betalen. Dat zal mijn schrijvers pen doen. Wat zal de toekomst brengen? Welke grote verschuivingen zijn op til? Hoevelen van ons zullen van standplaats veranderen, ja ook van nationaliteit? Zijn ze dan „weg"? T.a.v. veel lezers heb ik het gevoel een vader te zijn, die niet even de deur uit kan gaan of de kinderen barsten in luid geweeklaag uit omdat ze niet alleen willen zijn. Vele meten mij met de maatstaf die voor henzelf aangelegd moet worden. Hoeveel brief kaartjes hebben wij niet ontvangen met een „Verzoeke mij af te schrijven als abonnee wegens vertrek". Rang rang, rang! Hoevaak moeten wij aanhoren: „Als ik de kans krijg om me te vestigen in Spanje (Canarische Ei landen, de West, Amerika, Indonesië, enz. enz.), saluut hoor Tjalie!" Mopper ik daar ooit over? Ik weet immers dat ze straks in hun nieuwe vaderland weer con tact met ons zoeken, vooral als het slecht gaat? Dan zoek ik ze op; help een band te organiseren. Dat moet, dat moet. Wij zijn onzer broeders hoeder. Niet met kettingen, maar met vriendschapsbanden. En die moeten LOS zijn! E. R- ,,Met het nummer van T.T. (van 30l3J heb je met de voorplaat wel precies in de roos geschoten. Ik ging deze iveg voor het laatst - hoewel de betekenis door allerlei soesah van de laatste dagen niet geheel tot mij door drong op 19 februari 1952... na 24 jaren. Ik zie het alles nog, maar ik roep het liever zo weinig mogelijk in mijn gedachten terug. Op het moment zelf voelde ik te weinig dat hiermede een periode van „leven" werd afge sloten, misschien ook was er wel een gevoel van „bevrijding" omdat vele onaangenaam heden, zoals die er in die dagen over en weer waren, veel moois van het tropenleven hadden weggenomen. Ik ging de weg die je hebt afgebeeld met nog een knaap; hij was na de oorlog gekomen, een OVW'-er, die een baan had gekregen en niet naar Holland was teruggekeerd. Hij vond het verschrikkelijk om weg te gaan en hij ging met mij dezelfde weg, deze weg van zoveel geluk maar ook van zoveel stil verdriet. Wij hebben niet gevochten om te mogen blijven; het zou ook geen zin gehad hebben, het zou de tegenstellingen alleen nog maar meer ver scherpt hebben. Men zou een novelle kunnen schrijven over deze weg naar Priok. „De Weg". Er moeten er onder ons zijn die dat kunnen, zoals duizenden novellen over Indië geschreven kunnen worden. Ik zou tegen een ieder die in dit land heeft gewoond en het oprecht heeft liefgehad willen zeggen: eens is dit alles historie; eens zal er misschien nie mand om U heen zijn met wie U over deze mooiste tijd van uw leven kunt praten... en dan zijn het de kostbaarste herinneringen. Be waar ze en vertel ervan aan ieder die erover horen wil! Aan dit alles dacht ik, Tjalie, toen ik deze foto van de Priokweg zag". J. H. KERBERT Uit bovenstaande ontboezeming van de heer Kerbert spreekt een geest die typerend is voor de Indischman. Het treft ons steeds weer. Het stille verdriet dat moedig wordt weggeslikt en dat toch niet leidt tot gevoelens van wrok of bitterheid, het meten met één blinde maat. Eerder een houding van subtiele verdraag zaamheid, een rustig beschouwende kijk op menselijke verhoudingen, die alleen maar te vinden zijn bij en helemaal begrepen worden door mensen die werkelijk ruim geleefd heb ben. Dat impliceert terugkijken op het ver leden zonder vertroebeling door tijdelijke rancunegevoelens, en tegelijkertijd de moed en het vermogen om vèr vooruit te zien. Door de eeuwen heen is deze levensbeschou wing het kompas geweest naar een betere verstandhouding tussen de mensen; heeft brug gen geslagen over kloven die onoverbrugbaar schenen. Zolang deze geestesgesteldheid een deel van ons diepste wezen blijft, lezers, djangan ta- koet wij zullen er wèl bij varen overal ter wereldRt BIJ DE VOORPLAAT: Elke jonge generatie kan het begin zijn van een nieuiv tijdperk vol nieuwe ideeën. Sinds de Grote Ontdekkingsreizen, die als geen andere beschaving een algehele omspanning hebben gebracht van de gehele aarde en een nauw contact tussen alle rassen en volken van alle windstreken, hebben millioenen en nog eens millioenen jonge mensen met verschillende huidskleur, verschillend geloof, verschillende zeden en gewoonten, elkaar gevonden in een nieuw verbond van rijper en wijder wereld blik. En uit al deze eerste vormen van jong en schuchter geluk zijn tenslotte geheel nieuwe vormen van cultuur gegroeid, die de vele verouderde conflicten overvleugeld hebben. Kolonialisme wijkt voor broederschap in het verlangen niet langer dan elkaar, maar vooral van elkaar te leren. Het verlangen naar bezit maakt plaats voor verlangen naar begrip. Dui zenden jaren hebben de behoudzuchtige volken en beschavingen elkander slechts ontmoet op het zwaard. Nu ontmoeten zij elkaar met de vriendenband en de huwelijksband. Onbekende, onbetekenende, nog „veel te jonge" mensen. En nochtans scheppen zij de Wereld van Morgen. Veel heil op uw levenspad! T. R. Foto voorplaat: LEONARD FREED. Verschijnt: de 15de en 30ste van elke maand Prijs: per nummer: 0.50 per kwartaal 2.50 per halfjaar 5. per jaar 10. Betaling geschiedt altijd VOORUIT ABONNEMENTEN BUITENLAND (per jaar): Australië: p. luchtpost: 43.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Zeeland, Zd. Afrika, Brazilië: p. luchtpost: 33.-; p. zeepost: 15.- Nieuw-Guinea, Canada, U.S.A.: p. luchtpost: 27.-; p. zeepost: 15.- Suriname, Antillen: p. luchtpost: 21.-; p. zeepost: 15.- West-Europese landen: p. luchtpost: 15.- Agente voor Canada: Mevr. E. Ie Sueur- Zimmer, 1 Richview Side Road, RR 1 Islington, Ontario, Canada. Agent voor Amerika: Roy J. Steevensz, 7919 Chatfield Ave, Whittier, Cal., U.S.A. Uitgave GAMBIR Uitgeverij voor Oost en West Onder redactie van TJALIE ROBINSON Zoekt op basis van de nuttige ervarin gen in de Gordel van Smaragd nieuwe interessen in Nederland te wekken voor de Tropengordel 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Tong Tong | 1962 | | pagina 2